bru

65
30 juni 2006 Investeringsplan 2007 – 2014 1 Brussels Hoofdstedelijk Gewest 30 juni 2006

Upload: elia-nv

Post on 28-Mar-2016

214 views

Category:

Documents


1 download

DESCRIPTION

http://www.eliagroup.eu/nl/investor-relations/~/media/files/Elia/publications-2/investment-plans/brussels/investeringsplan-brussels-hoofdstedelijk-gewest-20072014_NL-def.pdf

TRANSCRIPT

30 juni 2006 Investeringsplan 2007 – 2014 1

Brussels Hoofdstedelijk Gewest 30 juni 2006

2 Investeringsplan 2007 – 2014 30 juni 2006

30 juni 2006 Investeringsplan 2007 – 2014 3

“We are a team of dedicated professionals,

accountable for keeping the lights on,

by serving our customers and the community in an efficient way”

Brussels Hoofdstedelijk Gewest 30 juni 2006

4 Investeringsplan 2007 – 2014 30 juni 2006

30 juni 2006 Investeringsplan 2007 – 2014 5

INHOUDSOPGAVE INHOUDSOPGAVE 5

LIJST VAN FIGUREN EN TABELLEN 8

Inleiding 9

VOORWERP 11

WETTELIJKE CONTEXT 11

DRIE DOELSTELLINGEN AAN DE BASIS VAN DE ONTWIKKELING VAN HET ELEKTRICITEITSNET: ENERGIE, MILIEU, ECONOMIE 11

BELEID INZAKE DE ONTWIKKELING VAN HET ELEKTRICITEITSNET 12

ALGEMENE OPBOUW VAN HET INVESTERINGSPLAN 2007-2014 13

1 Basisprincipes van het netversterkingsbeleid van Elia 15

1.1 ALGEMENE STRUCTUUR VAN HET GEWESTELIJK TRANSMISSIENET VAN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST 17

1.2 NETVERSTERKINGSBELEID VOOR HET GEWESTELIJK TRANSMISSIENET VAN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST 17 1.2.1 Stijgende afnames van het middenspanningsnet 18 1.2.2 Herstructurering van het 36 kV-net 18

2 Gewestelijk referentie-transmissienet 19

2.1 VERSTERKINGEN DIE VOORZIEN WERDEN TEGEN 2003 22

2.2 VERSTERKINGEN GEPLAND TEGEN 2005 22

2.3 VERSTERKINGEN GEPLAND TEGEN 2006 23

2.4 VERSTERKINGEN GEPLAND TEGEN 2007 24

2.5 BESCHRIJVING VAN HET NET TEGEN 2007 25

6 Investeringsplan 2007 – 2014 30 juni 2006

3 Versterking van het gewestelijk transmissienet tegen 2008 27

3.1 HET ELEKTRICITEITSNET AFSTEMMEN OP DE PRODUCTIE- EN VERBRUIKSNIVEAUS 29

3.2 DIAGNOSE VAN DE KNELPUNTEN OP HET ELEKTRICITEITSNET 29

3.3 BESCHRIJVING VAN DE VERSTERKING 29

3.4 HAALBAARHEIDSONDERZOEK 30 3.4.1 Technische uitvoerbaarheid 30 3.4.2 Beperkingen inzake ruimtelijke ordening 30 3.4.3 Zoeken naar het economisch optimum vanuit het standpunt van

de eindgebruiker 30 3.4.4 Realisatieplanning 30

3.5 BESCHRIJVING VAN HET NET TEGEN 2008 30

4 Versterking van het gewestelijk transmissienet tegen 2014 33

4.1 BESCHRIJVING VAN HET NET TEGEN 2014 36

5 Handhaving van de betrouwbaar-heid van het bestaande 36 kV-net 39

5.1 HET PREVENTIEF ONDERHOUD VAN HET ELIA-NET 41

5.2 HET VERVANGINGSBELEID VAN ELIA 42

5.3 UITVOERING VAN DE VERVANGINGSINVESTERINGEN 44

5.4 SAMENVATTING VAN DE UITVOERING VAN HET ONDERHOUDSBELEID 46

6 Bescherming van het leefmilieu 49

6.1 TOEPASSING VAN DE MILIEUBELEIDSPLANNEN 51

6.2 SAMENVATTING VAN DE UITVOERING VAN DE KRACHTLIJNEN VAN HET MILIEUBELEID 52

7 Doelstellingen inzake bevoorradingszekerheid 55

30 juni 2006 Investeringsplan 2007 – 2014 7

7.1 DE INDICATOREN INZAKE BEVOORRADINGSZEKERHEID 57

7.2 RICHTWAARDE VAN DE INDICATOREN INZAKE BEVOORRADINGSZEKERHEID 57

7.3 VERGELIJKING MET HET BETROUWBAARHEIDSNIVEAU VAN ANDERE EUROPESE NETBEHEERDERS 57

Besluiten en uitvoering van het Investeringsplan 59

NETVERSTERKINGEN GEPLAND TEGEN 2008 61

NETVERSTERKINGEN GEPLAND TEGEN 2014 62

PROJECTEN INZAKE DE BETROUWBAARHEID VAN HET BESTAANDE NET TEGEN 2008 62

PROJECTEN TER BESCHERMING VAN HET LEEFMILIEU TEGEN 2008 64

DOELSTELLINGEN OP HET GEBIED VAN DUURTIJD VAN DEFECTEN, STORINGEN OP HET NET EN MILIEUVERPLICHTINGEN 65

8 Investeringsplan 2007 – 2014 30 juni 2006

LIJST VAN FIGUREN EN TABELLEN Tabel 2.1: Stand van zaken van de versterkingen die voorzien werden

tegen 2003 22 Tabel 2.2: Stand van zaken van de versterkingen die gepland werden

tegen 2005 23 Tabel 2.3: Stand van zaken van de versterkingen die gepland werden

tegen 2006 23 Tabel 2.4: Stand van zaken van de versterkingen die gepland werden

tegen 2007 24 Figuur 2.5: Referentienet in 2007 26 Tabel 3.1: Planning van de versterkingen tegen 2008 30 Figuur 3.2: Gepland net in 2008 31 Tabel 4.1: Indicatieve lijst van de investeringen tegen 2014 35 Figuur 4.2: Gepland net in 2014 37 Tabel 5.1: Uitvoering van de vervangingsinvesteringen aangekondigd

tegen 2005 44 Tabel 5.2: Uitvoering van de vervangingsinvesteringen aangekondigd

tegen 2006 44 Tabel 5.3: Uitvoering van de vervangingsinvesteringen aangekondigd

tegen 2007 45 Tabel 5.4: Nieuwe vervangingsinvesteringen tegen 2008 45 Tabel 5.5: Indicatievevervangingspistes op middellange termijn 46 Figuur 5.6: Uitvoering van het vervangingsbeleid tegen 2007

(Investeringen reeds gepland in vorige Investeringsplannen) 47 Figuur 5.7: Uitvoering van het vervangingsbeleid tegen 2008

(Nieuwe investeringen gepland in dit Investeringsplan) 48 Tabel 6.1: Uitvoering van het milieubeleid aangekondigd tegen 2006 52 Tabel 6.2: Uitvoering van het milieubeleid aangekondigd tegen 2007 52 Figuur 6.3: Uitvoering van de milieubeleidslijnen tegen 2007 53 Tabel 7.1: Planning van de netversterkingen tegen 2008 61 Tabel 7.2: Investeringen voor de handhaving van de betrouwbaarheid van het

net, gepland in het kader van de netversterkingen tegen 2008 64 Tabel 7.3: Investeringen voor de bescherming van het leefmilieu, gepland

in het kader van de netversterkingen tegen 2008. 65

30 juni 2006 Investeringsplan 2007 – 2014 9

Inleiding

10 Investeringsplan 2007 – 2014 30 juni 2006

30 juni 2006 Investeringsplan 2007 – 2014 11

VOORWERP Dit document stelt het Investeringsplan 2007-2014 voor van het gewestelijke transmissienet dat de regionale transmissienetbeheerder heeft opgesteld in overleg met de BIM. Het Investeringsplan 2007-2014 betreft de periode van 7 jaar vanaf 1 januari 2007 tot 1 januari 2014.

WETTELIJKE CONTEXT De openstelling van de elektriciteitsmarkt werd ingeluid door de Richtlijn 96/92/EEG van het Europees Parlement en van de Raad van 19 december 1996 betreffende gemeenschappelijke regels voor de interne elektriciteitsmarkt. Deze richtlijn werd in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest omgezet door de ordonnantie van 19 juli 2001 betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Deze ordonnantie werd gewijzigd door de ordonnantie van 1 april 2004 die een omzetting is van de nieuwe richtlijn 2003/54/EG van het Europees Parlement en van de Raad van 26 juni 2003, die betrekking heeft op gemeenschappelijke regels voor de interne elektriciteitsmarkt en de richtlijn 96/92/EG opheft. Artikel 12 van deze ordonnantie belast de Netbeheerders met het opstellen van een Investeringsplan. Het Investeringsplan wordt ingediend bij de dienst belast met het beheer van de energie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Het Investeringsplan dekt een periode van zeven jaar en wordt om het jaar aangepast voor de volgende zeven jaren. De periode waarop dit Investeringsplan betrekking heeft, begint op 1 januari 2007. Het Investeringsplan omvat de volgende elementen: • de netversterkingen om de continuïteit en de betrouwbaarheid van de

bevoorrading te waarborgen; • de projecten met betrekking tot het handhaven van de betrouwbaarheid van

het bestaande net en de bescherming van het milieu; • de doelstellingen in verband met de duur van de defecten, de storingen op het

net en milieuverplichtingen.

DRIE DOELSTELLINGEN AAN DE BASIS VAN DE ONTWIKKELING VAN

HET ELEKTRICITEITSNET: ENERGIE, MILIEU, ECONOMIE Het Investeringsplan voor het net beschrijft de investeringen die noodzakelijk zijn om te voldoen aan de behoeften inzake transmissiecapaciteit voor elektriciteit, betrouwbaarheid van het net en milieudoelstellingen en dit tegen de laagst mogelijke kostprijs voor de gemeenschap. De term kostprijs moet hier in een ruimere dan strikt economische zin worden begrepen en omvat ook energetische, milieu- en economische aspecten. De doelstelling is die investeringen te kiezen, die de gemeenschap het meeste baat bijbrengen.

12 Investeringsplan 2007 – 2014 30 juni 2006

Drie doelstellingen liggen aan de basis: • energie: de elektriciteitstransmissie op lange termijn waarborgen, rekening

houdend met de beschikbare productiemiddelen, het verbruik, de geografische spreiding en de evolutie ervan;

• milieu: opteren voor duurzame oplossingen, met een minimale impact op het leefmilieu en de ruimtelijke ordening;

• economie: streven naar het meest voordelige globale transmissie- en distributietarief voor de eindverbruiker, met inachtneming van de voorgaande dwingende vereisten.

De interacties tussen die verschillende doelstellingen zijn veelvuldig en vaak zelfs tegenstrijdig. Bij wijze van voorbeeld: de uitwerking van een beleid dat rekening houdt met de onzekerheden rond de evolutie en de lokalisatie van de productiemiddelen voor elektriciteit1 binnen de vrijgemaakte markt, dat tevens rekening houdt met de onzekerheden rond de evolutie van het elektriciteitsverbruik2, en/of de naleving van bepaalde milieunormen nastreeft, kan in tegenspraak lijken met de vereiste van economische rendabiliteit vanuit het oogpunt van de gemeenschap. Het zoeken naar een verantwoord evenwicht tussen die drie doelstellingen is nochtans de rode draad doorheen dit Investeringsplan. Het werd opgesteld vanuit het streven naar een optimale ontwikkeling van het elektriciteitsnet, gekenmerkt door: • een betrouwbare en zekere transmissie van elektriciteit zowel op korte als

lange termijn; • een concurrentiële en stabiele transmissieprijs; • een minimale impact op het leefmilieu en de ruimtelijke ordening; • een beperking van de risico’s inherent aan investeringsbeslissingen in de

context van een onzekere toekomst.

BELEID INZAKE DE ONTWIKKELING VAN HET ELEKTRICITEITSNET Elia is samengesteld uit twee wettelijke entiteiten die als één enkele economische entiteit werken: Elia System Operator, houder van de licenties en Elia Asset, eigenaar van het net. Het vermaasde net dat Elia System Operator (“Elia”) beheert, bestrijkt spanningsniveaus van 380 kV tot en met 30 kV3 en vormt, vanuit beheertechnisch oogpunt, één geheel. De globale krachtlijnen vormen het algemene referentiekader, ook al heeft het onderhavige Investeringsplan van Elia in strikte zin enkel betrekking op het spanningsniveau van 36 kV van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

1 De onzekerheden met betrekking tot de evolutie van de productiemiddelen spruiten onder meer voort uit het

inschakelen van hernieuwbare energiebronnen en warmtekrachtkoppeling om tegemoet te komen aan de beleidslijnen inzake duurzame ontwikkeling; de realisatie van deze doelstellingen hangt af van de respons van de markt ten aanzien van de steunmaatregelen die worden ingevoerd. Een andere bron van onzekerheden hangt samen met de beschikbaarheid van de thermische centrales en wordt veroorzaakt door de evolutie van de brandstofprijzen, die zeer volatiel zijn, zoals deze van aardolie en aardgas.

2 Hierin liggen de onzekerheden vervat verbonden aan de respons van de verbruiker op de invoering van de maatregelen inzake de beheersing van de vraag.

3 Met inbegrip van alle bijhorende elementen die nodig zijn voor het verwezenlijken van de wettelijke opdrachten en het maatschappelijk doel van Elia.

30 juni 2006 Investeringsplan 2007 – 2014 13

De krachtlijnen van het globale beleid van Elia voor de ontwikkeling van het Belgische elektriciteitsnet4 zijn de volgende: • voorrang verlenen aan het ondergronds aanleggen van nieuwe verbindingen

met een spanning van 36 kV of minder; • een maximale benutting inclusief versterking van de bestaande 70 kV, 150 kV

en 220 kV infrastructuur; • voor nieuwe verbindingen op deze spanningen, bij voorkeur opteren voor:

− ondergrondse kabels; − luchtlijnen op plaatsen waar deze kunnen worden aangelegd langs

bestaande of geplande grote infrastructuur. Ter compensatie zullen indien mogelijke bestaande lijnen worden verwijderd om een globaal milieu-evenwicht te bewaren;

• verdere ontwikkeling van zeer hoge spanningsverbindingen (380 kV) via luchtlijnen, om redenen van technische en economische aard.

ALGEMENE OPBOUW VAN HET INVESTERINGSPLAN 2007-2014 Het Investeringsplan 2007-2014 steunt op de principes die werden bepaald voor de vorige Investeringsplannen en die in het Investeringsplan 2006-2013 worden uitgelegd. Wij verwijzen de lezer naar het Investeringsplan 2006-2013 voor alle gegevens over: • de methodologie voor de ontwikkeling van het net en de

dimensioneringscriteria van het gewestelijk transmissienet die in dit Investeringsplan werden aangewend;

• de basishypotheses en de scenario’s over elektriciteitsverbruik en -productie. De doelstellingen van het Investeringsplan 2007-2014 zijn: • een stand van zaak maken van de investeringen die in 2003 werden voorzien

en die tegen 2005, 2006 en 2007 in de vorige Investeringsplannen werden gepland;

• de investeringsbeslissingen tegen 2008 voorstellen; • een actualisering geven van de indicatieve pisten voor netversterkingen en de

beslissingen over studiesprojecten, op langere termijn. Het Investeringsplan 2007-2014 is in 7 hoofdstukken ingedeeld. In hoofdstuk 1 lichten we in het kort het beleid toe op het vlak van dimensionering van het gewestelijk transmissienet. Dat is een complex proces, aangezien hierbij rekening moet worden gehouden met technische, economische en milieufactoren en met hun talrijke interacties. Hoofdstuk 2 beschrijft het gewestelijk referentietransmissienet. De projecten voor de versterking van het net, die voortvloeien uit de evolutie van het verbruik, worden in de hoofdstukken 3 en 4 beschreven.

4 Het beleid dat de regionale transmissienetbeheerder (RTNB) ter zake voert, zal soms moeten worden bijgestuurd

indien dit noodzakelijk mocht blijken om aan de geldende wetgeving te voldoen.

14 Investeringsplan 2007 – 2014 30 juni 2006

De aanvullende projecten voor het behoud van de betrouwbaarheid van het bestaande net en de bescherming van het leefmilieu vindt u in de hoofdstukken 5 en 6. Hoofdstuk 7 is gewijd aan de doelstellingen van Elia op het vlak van de duur van defecten en storingen op het net en de milieuverplichtingen. Tot besluit vat de netbeheerder het uitvoeringsplan van de verscheidene investeringen samen, dat aan het BIM werd voorgelegd.

30 juni 2006 Investeringsplan 2007 – 2014 15

1 Basisprincipes van het netversterkings-beleid van Elia

16 Investeringsplan 2007 – 2014 30 juni 2006

30 juni 2006 Investeringsplan 2007 – 2014 17

1.1 ALGEMENE STRUCTUUR VAN HET GEWESTELIJK

TRANSMISSIENET VAN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK

GEWEST De algemene structuur van het gewestelijk transmissienet van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest werd gedetailleerd beschreven in het Investeringsplan 2006-2013 (hoofdstuk 5). De principes die aan de basis liggen van de werking van het gewestelijk transmissienetwerking van het Brussels Hoofdstedelijke Gewest zijn de volgende: • de verbruikers van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest worden bevoorraad

door het net met een spanningsniveau van 36 kV of door het middenspanningsnet (11 kV, 6 kV en 5 kV) of door het laagspanningsnet. Het middenspanningsnet wordt ofwel gevoed vanuit het 36 kV-net ofwel rechtstreeks vanuit het 150 kV-net;

• het net met spanningsniveaus van 150 kV en 36 kV wordt beheerd door Elia en het distributienet met lagere spanningsniveaus door de distributienetbeheerder Sibelga.

1.2 NETVERSTERKINGSBELEID VOOR HET GEWESTELIJK

TRANSMISSIENET VAN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK

GEWEST Het elektriciteitsnet wordt voortdurend aangepast om de knelpunten weg te werken, waar de technische ontwikkelingscriteria niet langer gerespecteerd worden, bijvoorbeeld als gevolg van de evolutie van het elektriciteitsverbruik en/of van het productiepark. Zodra deze kritieke punten opgespoord zijn, worden de netversterkingen bepaald, die noodzakelijk zijn om de vereiste capaciteit te blijven waarborgen. Hiervoor wordt – behalve met technische parameters – eveneens rekening gehouden met zowel economische criteria als met de impact van de netinvesteringen op het leefmilieu. Zo komt men tot de keuze van de oplossing die het meest optimaal is voor de gemeenschap. Wij kunnen twee soorten investeringen onderscheiden bij de werken die in uitvoering zijn of in overweging worden genomen in het gewestelijk transmissienet van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest: • de investeringen die noodzakelijk zijn om het hoofd te bieden aan de stijgende

afnames van het middenspanningsnet; • de investeringen voor de herstructurering van het 36 kV-net naar een

configuratie met 36 kV-deelnetten, gevoed door drie 150/36 kV-transformatoren.

De criteria voor de ontwikkeling van het gewestelijk transmissienet werden uiteengezet in het Investeringsplan 2006-2013 (hoofdstuk 4 en bijlage bij hoofdstuk 4). In de paragrafen 1.2.1 en 1.2.2 hierna wordt het investeringsbeleid dat daaruit voortvloeit kort toegelicht.

18 Investeringsplan 2007 – 2014 30 juni 2006

1.2.1 STIJGENDE AFNAMES VAN HET MIDDENSPANNINGSNET

Om het hoofd te kunnen bieden aan de stijging van het verbruik van het middenspanningsnet past Elia het volgende beleid toe: • het transformatievermogen van de bestaande stations verhogen door:

− de versterking van het vermogen van de bestaande transformatoren; − het toevoegen van een of meer transformatoren.

• enkel indien de bestaande site volledig verzadigd is, de oprichting van een nieuwe site.

1.2.2 HERSTRUCTURERING VAN HET 36 KV-NET

Het investeringsbeleid dat wordt ontwikkeld en uitgevoerd, wil de bestaande infrastructuur maximaal benutten en de aanleg van nieuwe 36kV-verbindingen zoveel mogelijk beperken. Dit kan als volgt worden samengevat: • vorming van 36 kV-deelnetten, gevoed door drie 150/36 kV-transformatoren

om: − het geïnstalleerde vermogen van deze netten efficiënter te gebruiken; − de uitbating van het 36 kV-net te vereenvoudigen en te beveiligen door de

eventuele foute schakelingen te beperken via een "vaste" netstructuur; • overdracht van het verbruik van het 36 kV-net naar het 150 kV-net via de

installatie van 150/11 kV-transformatoren, telkens wanneer de mogelijkheid zich voordoet; het is de bedoeling het 36 kV-net en de 150/36 kV-transformatie te ontlasten en de versterking van het 36 kV-net te vermijden;

• versterking van de stations door: − de vervanging van de 150/36 kV-transformatoren van 70 MVA door

transformatoren van 125 MVA, wanneer geen enkele 150 kV-oplossing realistisch lijkt (spreiding van de belasting over het 36 kV-net, toegangs- of plaatsproblemen,…);

− de vervanging van de 36/11 kV-transformatoren van 16 MVA door 25 MVA wanneer het net dat toelaat;

• zoeken naar het economisch optimum:daartoe moet er, indien nodig, overleg zijn tussen de beheerder van het gewestelijk transmissienet en de distributienetbeheerder, om de investering te bepalen die het economisch optimum oplevert voor de eindgebruiker. Het komt er op aan kleine investeringen in middenspanning te vermijden als die onherroepelijk zouden leiden tot zware investeringen in hoogspanning, en omgekeerd.

30 juni 2006 Investeringsplan 2007 – 2014 19

2 Gewestelijk referentie-transmissienet

20 Investeringsplan 2007 – 2014 30 juni 2006

30 juni 2006 Investeringsplan 2007 – 2014 21

Het referentienet (2007) dat in het kader van dit Investeringsplan in aanmerking wordt genomen, is het huidige net zoals het er begin 2006 uitzag, samen met de versterkingen5 gepland tegen het jaar 2007 die, ingevolge de vorige Investeringsplannen, een gunstig advies kregen van de Reguleringsdienst van het BIM6. Die versterkingen worden hieronder vermeld in vier aparte categorieën, om gemakkelijker de link te kunnen maken met het Investeringsplan 2006-2013: • de in 2003 voorziene investeringen, vermeld in het Investeringsplan 2004-

2011 en, waarvan de beschrijvingbeschikbaar is in bijlage bij hoofdstuk 5 van het Investeringsplan 2006-2013;

• de investeringen die door Elia werden voorgesteld in het Investeringsplan 2004-2011 tegen 2005, waarvan de indienststelling gepland was voor 2004 en 2005;

• de investeringen die door Elia werden voorgesteld in het Investeringsplan 2005-2012 tegen 2006, waarvan de indienststelling gepland was voor 2005 en 2006;

• de investeringen die door Elia werden voorgesteld in het Investeringsplan 2006-2013 tegen 2007, waarvan de indienststelling gepland was voor 2006 en 2007.

De delen 2.1 tot 2.4 geven voor elk van deze vier categorieën de investeringslijst en de huidige stand van uitvoering. Ter herinnering, de versterkingen van het 150 kV-net die samenhangen met versterkingen in het 36 kV-net, worden hier ter informatie opgenomen teneinde een volledige en coherente beschrijving van de investeringen te kunnen geven. Hetzelfde geldt voor versterkingen van het 70 en 36/30 kV-net in het Vlaamse Gewest, van leidingen die gedeeltelijk in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest liggen. Deze versterkingen worden echter tussen haakjes vermeld omdat ze deel uitmaken van het Federaal Ontwikkelingsplan of van het Investeringsplan van het Vlaams Gewest.

5 Onder versterking verstaan we investeringen die een capaciteitsverhoging van het net genereren. 6 •Advies (SR-20031126-12) aangaande de Investeringsplannen voorgesteld door de Beheerder van het Gewestelijk

Transmissienet en de Distributienetbeheerder respectievelijk voor de periodes 2004-2011 en 2004-2008 gegeven overeenkomstig artikel 12 van de ordonnantie van 19 juli betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest - BIM - Reguleringsdienst - 26 november 2003.

•Advies (SR-20040820-20) aangaande de Investeringsplannen voorgesteld door de Beheerder van het Gewestelijk Transmissienet en de Distributienetbeheerder respectievelijk voor de periodes 2005-2012 en 2005-2009 gegeven overeenkomstig artikel 12 van de ordonnantie van 19 juli betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest - BIM - Reguleringsdienst – 20 augustus 2004.

•Advies (SR-051114-36) aangaande de Investeringsplannen voorgesteld door de Beheerder van het Gewestelijk Transmissienet en de Distributienetbeheerder respectievelijk voor de periodes 2006-2013 en 2006-2010 gegeven overeenkomstig artikel 12 van de ordonnantie van 19 juli betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest - BIM - Reguleringsdienst - 14 november 2005.

22 Investeringsplan 2007 – 2014 30 juni 2006

2.1 VERSTERKINGEN DIE VOORZIEN WERDEN TEGEN 2003 In het Investeringsplan 2004-20011 werd het net zoals het begin 2003 in gebruik was als referentienet gekozen, met inbegrip van de investeringen die nog niet volledig waren gerealiseerd, maar waarvan de uitvoering al zo ver gevorderd was dat hun indienststelling niet kon worden opgeschort zonder substantiële gevolgen. Deze versterkingen werden in detail uiteengezet. Tabel 2.1 geeft de stand van uitvoering van deze investeringen weer. Tabel 2.1: Stand van zaken van de versterkingen die voorzien werden tegen 2003

2.2 VERSTERKINGEN GEPLAND TEGEN 2005 Het Investeringsplan 2004-2011 beschrijft de versterkingen die tegen 2005 moeten uitgevoerd worden om aan het voorziene verbruiksniveau te voldoen. Tabel 2.2 geeft de stand van deze investeringen weer. De versterkingen die tegen 2005 gepland werden, worden bevestigd maar voor korte tijd uitgesteld: • de aansluiting op middenspanning van de transformator van Elan vergt een

investering in de 11 kV-cabine van Elan door de distributienetbeheerder; de indienststelling van die investering, die in coördinatie met Sibelga moet gebeuren, is uitgesteld tot 2008, als gevolg van de exploitatiemaatregelen genomen door de distributienetbeheerder: hoewel de lokale verbruikspiek de voedingscapaciteit van de 36/11 kV-transformatoren bereikt, zijn de jaarlijkse stijgingen gering; Sibelga heeft ervoor gekozen om in geval van nood de verbruikers te bevoorraden door tijdelijke belastingsoverdrachten naar andere voedingspunten; het plaatsen van de kabel tussen Elan en Elsene, verbonden aan de versterking van het station Elan is ook vertraagd;

• de indienststelling van de kabel tussen Heliport en Armateurs is uitgesteld tot 2008: om een schaalvoordeel te kunnen realiseren, wordt dit project samen met de versterking van de Vijfhoek (vermeld in deel 2.4 hieronder) gepland;

• de uitvoeringstermijn van het herstructurering van de deelnet Sint-Genesius-Rode-Elsene-Elsene is herzien als gevolg van de gedetailleerde

30 juni 2006 Investeringsplan 2007 – 2014 23

haalbaarheidsstudies: gezien de complexiteit van het project is zijn indienststelling tot 2008 uitgesteld.

Tabel 2.2: Stand van zaken van de versterkingen die gepland werden tegen 2005

2.3 VERSTERKINGEN GEPLAND TEGEN 2006 Het Investeringsplan 2005-2012 vestigde de aandacht op de investeringen die tegen 2006 moeten worden gedaan om te kunnen voldoen aan de dan voorziene verbruiksniveaus. Tegen 2006 werd slechts één investering aanbevolen. In tabel 2.3 ziet u hoever het staat met deze investering in uitvoering.

Tabel 2.3: Stand van zaken van de versterkingen die gepland werden tegen 2006

24 Investeringsplan 2007 – 2014 30 juni 2006

2.4 VERSTERKINGEN GEPLAND TEGEN 2007 Het Investeringsplan 2005-2012 vestigde de aandacht op de investeringen die tegen 2007 moeten worden gedaan om te kunnen voldoen aan de dan voorziene verbruiksniveaus. Een consensus wordt gevonden dankzij de studie die Elia en Sibelga over de versterking van de Vijfhoek in overleg hebben uitgewerkt met tot doel het economisch optimum voor de eindgebruiker te onderzoeken. De “Variant Heliport” werd gekozen: deze bestaat in het plaatsen van één 36/11 kV-transformator en één 150/11 kV-transformator in het bestaande station van Heliport. De indienststelling van deze investeringen is tegen 2008 gepland. De indienststelling van de versterking van het transformatievermogen in het station Voltaire wordt vertraagd tot 2008 gezien de complexiteit van de werken: het bestaat erin het huidige station af te breken en te verplaatsen en tegelijk een doorlopende elektriciteitsvoeding te verzekeren. De versterking van het transformatievermogen in het station Volta als gevolg van de toename van het lokale verbruik is voor korte tijd uitgesteld gezien de verlaging van de verbruiksvooruitzichten.

Tabel 2.4: Stand van zaken van de versterkingen die gepland werden tegen 2007

30 juni 2006 Investeringsplan 2007 – 2014 25

2.5 BESCHRIJVING VAN HET NET TEGEN 2007 Figuur 2.5. hierna toont het gewestelijk transmissienet van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest tegen 2007.

26 Investeringsplan 2007 – 2014 30 juni 2006

Figuur 2.5: Referentienet in 2007

30 juni 2006 Investeringsplan 2007 – 2014 27

3 Versterking van het gewestelijk transmissienet tegen 2008

28 Investeringsplan 2007 – 2014 30 juni 2006

30 juni 2006 Investeringsplan 2007 – 2014 29

3.1 HET ELEKTRICITEITSNET AFSTEMMEN OP DE PRODUCTIE- EN

VERBRUIKSNIVEAUS De scenario's voor verbruik en productie tegen 2008 werden in hoofdstukken 2 en 3 van het Investeringsplan 2006-2013 gedefinieerd. Die scenario’s blijven geldig in het kader van dit Investeringsplan. Ter herinnering: • de dimensionering van het 36 kV-net van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest

hangt nauw samen met de evolutie en lokalisatie van het verbruik; het ontwikkelingspotentieel op het gebied van de gedecentraliseerde productie is immers zeer beperkt;

• de verbruiksprognoses zijn gebaseerd op: − een macro-economisch standpunt, namelijk de vooruitzichten van het

Federaal Planbureau inzake de toename van het verbruik; − een micro-economisch standpunt, namelijk de lokale verbruiksprognoses

aangekondigd door de netgebruikers, of opgesteld in overleg met de beheerder van de middenspanningsnetten;

• voor alle 36 kV-knooppunten, die de middenspanningsnetten voeden, geldt op korte termijn overigens dat de berekening van de lokale verbruiksverwachtingen sterker wordt beïnvloed door de informatie die de netgebruikers en de beheerder van de middenspanningsnetten leveren. Deze informatie geeft immers de lokale vooruitzichten weer inzake economische ontwikkeling. Het verhogen van het transformatievermogen naar de middenspanningsnetten sluit dan ook rechtstreeks aan op deze verwachtingen.

3.2 DIAGNOSE VAN DE KNELPUNTEN OP HET ELEKTRICITEITSNET De berekeningsmodellen van de load-flows op het referentienet tegen het jaar 2007 volgens de verbruiksverwachtingen voor 2008 (hoge variant) wijzen op één enkel knelpunt binnen het gewestelijk transmissienet van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Dit knelpunt heeft te maken met het stijgende verbruik en komt aan het licht in het kader van de wederzijdse ondersteuning tussen de twee deelnetten gevoed door twee transformatoren Relegem-Schaarbeek en Heliport-Molenbeek: het is het gevolg van een onevenwicht in de capaciteiten van de verbindingen Relegem-Centenaire en Centenaire-Schaarbeek.

3.3 BESCHRIJVING VAN DE VERSTERKING Gezien de beperkingen inzake ruimtelijke ordening vermeld in deel 3.4.2 hieronder, is een overdracht van het gebruik van het 36 kV-net naar het 150 kV-net niet denkbaar voor het station Centenaire. Door het plaatsen van één extra 36 kV-kabel tussen de stations Centenaire en Schaarbeek wordt het mogelijk de nodige capaciteit voor de wederzijdse ondersteuning van de twee 36 kV-deelnetten gevoed door twee transformatoren op te zetten.

30 Investeringsplan 2007 – 2014 30 juni 2006

3.4 HAALBAARHEIDSONDERZOEK

3.4.1 TECHNISCHE UITVOERBAARHEID

In dit stadium vormen de geplande investeringen geen bijzondere moeilijkheid wat hun technische uitvoerbaarheid betreft.

3.4.2 BEPERKINGEN INZAKE RUIMTELIJKE ORDENING

Het 36 kV-station Centenaire is gelokaliseerd in het Ossegempark en geintegreerd in de basis van een brug die sinds de tentoonstelling van 1958 beschermd is: geen uitbreiding of zichtbare aanpassing is toegelaten. Voor het overige is het traject momenteel nog niet bepaald:de verschillende mogelijkheden zullen bestudeerd worden in overleg met de bevoegde administraties.

3.4.3 ZOEKEN NAAR HET ECONOMISCH OPTIMUM VANUIT HET STANDPUNT

VAN DE EINDGEBRUIKER

Het plaatsen van de extra 36 kV-kabel tussen de stations Centenaire en Schaarbeek is de optimale oplossing vanuit socio-economisch oogpunt en in termen van impact op het milieu.

3.4.4 REALISATIEPLANNING

Tabel 3.1 geeft een overzicht van het geplande realisatieschema. Tabel 3.1: Planning van de versterkingen tegen 2008

3.5 BESCHRIJVING VAN HET NET TEGEN 2008 Figuur 3.2 hierna toont het gewestelijk transmissienet van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest tegen 2008. De versterkingen van de Vijfhoek en Woluwe brengen geen wijziging in de werking in deelnetten van het net met zich mee. De algemene werking van het net tegen 2008 is gelijk aan die van het referentienet voor het jaar 2006.

30 juni 2006 Investeringsplan 2007 – 2014 31

Figuur 3.2: Gepland net in 2008

32 Investeringsplan 2007 – 2014 30 juni 2006

30 juni 2006 Investeringsplan 2007 – 2014 33

4 Versterking van het gewestelijk transmissienet tegen 2014

34 Investeringsplan 2007 – 2014 30 juni 2006

30 juni 2006 Investeringsplan 2007 – 2014 35

De investeringspistes op middellange termijn blijven in het verlengde liggen van de voorgestelde netontwikkeling. Ze werden nader uiteengezet en kregen een gunstig advies van de Reguleringsdienst van het BIM in het kader van de vorige Investeringsplannen. Ze zijn gebaseerd op het algemeen beleid dat wordt gevoerd voor de ontwikkeling van het gewestelijk transmissienet van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, samengevat in hoofdstuk 1. In het kader van dit Investeringsplan wordt ervan uitgegaan dat: • al deze investeringspistes geldig blijven; • geen enkele nieuwe investeringspiste nodig is. Gelet op de overdracht van het gebruik van het 36 kV-net van het station Woluwe naar het 150 kV-net, werd de herstructurering van het 36 kV-net naar een configuratie met 36 kV-deelnetten, gevoed door drie 150/36 kV-transformatoren, op lange termijn uitgesteld. In het kader van de versterking van het deelnet Heliport-Molenbeek wordt de mogelijkheid van versterking van het transformatiepunt Pacheco beschouwd. Bovendien wordt, na onderzoek van de betrouwbaarheid van de 36 kV-kabels Pacheco-Schaarbeek en Pacheco-Drogenbos die in de jaren ’30 werden geplaatst, de variante Pacheco verlaten. Deze variant beoogde immers het gebruik van deze 36 kV-kabels als belangrijkste voeding zoals uitgelegd in deel 6.3.1 van het Investeringsplan 2006-2013. Momenteel is in het gewestelijk transmissienet van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest geen enkele versterking van 36 kV/MS-transformatie gepland. Het spreekt vanzelf dat de versterkingen steunen op de vooruitzichten die vandaag beschikbaar zijn met betrekking tot de verbruikstoename. Mogelijk zullen in een volgend Investeringsplan voor diezelfde periode versterkingen opgenomen worden als gevolg van verbruikstoenames die nu nog niet aangekondigd zijn. Tabel 4.1 hierna geeft de indicatieve lijst van de investeringen gepland na 2008. Tabel 4.1: Indicatieve lijst van de investeringen tegen 2014

36 Investeringsplan 2007 – 2014 30 juni 2006

4.1 BESCHRIJVING VAN HET NET TEGEN 2014 Figuur 4.2 hierna toont het gewestelijk transmissienet in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest tegen 2014.

30 juni 2006 Investeringsplan 2007 – 2014 37

Figuur 4.2: Gepland net in 2014

38 Investeringsplan 2007 – 2014 30 juni 2006

30 juni 2006 Investeringsplan 2007 – 2014 39

5 Handhaving van de betrouwbaar-heid van het bestaande 36 kV-net

40 Investeringsplan 2007 – 2014 30 juni 2006

30 juni 2006 Investeringsplan 2007 – 2014 41

De netbeheerder zorgt ervoor dat het bestaande net voldoende bedrijfszeker blijft, door degradatie van de infrastructuur te voorkomen. In die optiek heeft Elia een strategie ingevoerd om het gevaar voor incidenten zo goed mogelijk preventief te beheren. Die strategie bestaat uit: • een preventief onderhoudsprogramma; • een beleid waarbij elementen met een verlaagde betrouwbaarheid worden

vervangen.

5.1 HET PREVENTIEF ONDERHOUD VAN HET ELIA-NET Het preventief onderhoud is gebaseerd op een bepaalde inspectie- en onderhoudsfrequentie voor elk type van materieel. Het maakt eveneens de opvolging mogelijk van een reeks indicatoren die een beeld geven van de werkingsstaat en de ouderdom van de verschillende netelementen, op korte of op middellange termijn, waaronder: • de transformatoren, waarvoor de follow-up bestaat uit een jaarlijkse analyse

van de olie die ze bevatten; die analyse heeft tot doel een verzwakking en/of andere werkingsproblemen van de transformatoren op te sporen; ze geeft, indien nodig, aanleiding tot: − een meer nauwgezette follow-up van de transformator in kwestie; − interventie op de verzwakte transformator; − de vervanging van de gebrekkige transformator;

• de kabels, waarvoor het onderzoek zich baseert op het aantal en de frequentie van de storingen die zich in de loop van de voorbije 10 jaar hebben voorgedaan: dit onderzoek levert een kabelkwaliteitsindicator op en resulteert eventueel in hun gedeeltelijke of volledige vervanging;

• de vermogenschakelaars, waarvan een meting van de contactweerstanden, van de uitschakeltijd en van de uitschakelsynchronisatie van de drie polen plaatsvindt tijdens het onderhoud, dat afhankelijk van het type om de drie tot vijf jaar wordt gepland; in geval van anomalie worden ze bijgeregeld;

• de beveiligingen, die eveneens worden onderzocht tijdens elk onderhoud en tijdens incidentenanalyses; de opvolging van de werkingsgebreken (niet of ontijdig werkende beveiligingen) leidt tot een classificatie van de elementen met een verlaagde betrouwbaarheid volgens de te ondernemen acties: − buitendienststelling en onmiddellijke vervanging; − zo snel mogelijke vervanging, gepland in functie van de

snijdingsmogelijkheden van de netelementen; − vervanging tijdens het onderhoud of een gepland project.

42 Investeringsplan 2007 – 2014 30 juni 2006

5.2 HET VERVANGINGSBELEID VAN ELIA Het Investeringsplan 2006-2013 identificeerde expliciet tien types vervangingsbeleid voor het 36 kV-net van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest: • vervanging van de vermogensschakelaars waarvan het

onderbrekingsvermogen ontoereikend wordt; • vervanging van beveiligingen waarvan de betrouwbaarheid niet langer

voldoende is; • installatie van elektrische vergrendelingen in bestaande 36 kV-cellen van het

open type7; • verbetering van de telecontrole in 36kV-stations; • modernisering van de centrale afstandsbediening van het 36 kV-net8;

vernieuwing van de middenspanningscabines; • vernieuwing van allerlei andere uitrustingen; • progressief wegwerken van niet meer op de markt beschikbaar materieel en

recyclage tot reservematerieel; • vervanging van transformatoren; • vervanging van de kabels. Wij herinneren eraan dat de beschrijving van die beleidstypes beschikbaar is in het Investeringsplan 2006-2013 (hoofdstuk 8 en bijlage bij hoofdstuk 8). Als gevolg van de betere prestaties van het standaardmaterieel gaat in het algemeen de vervanging van transformatoren en kabels gepaard met een toename van de capaciteit; dit type investering wordt dus opgenomen in het kader van de versterking van het gewestelijk transmissienet. Met het oog op een efficiënt netbeheer ontwikkelt Elia bovendien een methodologie aan de hand waarvan de prioriteiten worden vastgesteld voor de projecten voor instandhouding van het net en op het vlak van milieubeheer. Die methodologie heeft tot doel de stations te bepalen waarin eerst moet worden gewerkt rekening houdend met de omvang van de werkzaamheden, het risico van storingen en het belang van het station. De concepten met betrekking tot deze methodologie worden beschreven in de bijlage bij hoofdstuk 8 van het Investeringsplan 2006-2013. De investeringen inzake handhaving van de betrouwbaarheid van het bestaande 36 kV-net, vermeld in deel 5.3, hieronder zijn het resultaat van de tweede toepassing van deze methodologie in het kader van de hoogspanningsinstallaties van het type “station” in het 36 kV-net van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest: de beoogde uitrustingen zijn de vermogenschakelaars, de transformatoren en de velden9. Deze methodologie maakt het mogelijk: • enerzijds, voor elke installatie een score te bepalen die het niveau van

ouderdom en het niveau van strategisch belang van het element in het net

7 De benaming “open type” wordt gebruikt in tegenstelling tot de benaming “metaalomsloten”. In een cel van het open

type is elke uitrusting afzonderlijk geïnstalleerd en zijn de uitrustingen onderling verbonden met koperen staven. De isolatie wordt verzekerd door de lucht. Het metaalomsloten type bestaat uit compacte geprefabriceerde cellen die in één stuk ter plaatse worden gebracht. De isolatie wordt verzekerd door gas of harsen.

8 De werkzaamheden in het kader van de uitvoering van het beleid betreffende de centrale afstandsbediening zijn vandaag voltooid.

9 In het kader van deze oefening wordt een ‘veld’ beschouwd als één enkel element dat niet in zijn verschillende bestanddelen kan worden gesplitst.

30 juni 2006 Investeringsplan 2007 – 2014 43

weergeeft; de prioriteiten voor het vervangen van de verschillende elementen worden bepaald op basis van de vergelijking van de berekende scores;

• anderzijds, een gemiddelde betrouwbaarheidsindex van het net tegen een bepaalde termijn te bepalen en de lijst op te maken van de uitrustingen die moeten worden vervangen teneinde een constante betrouwbaarheid te bewaren.

De resultaten van deze analyse werden vergeleken met de vervangingsinvesteringen die worden gepland in de actieplannen die het gevolg zijn van de uitvoering van de verschillende vervangingsbeleidslijnen (bv.: beleid voor het vervangen van de vermogenschakelaars) of met de op het terrein verrichte waarnemingen in het kader van het preventieve onderhoud (bv.: waarnemen van herhaalde gebreken op een uitrusting). In dit stadium werden de resultaten geconsolideerd tegen 2008. Een indicatieve lijst van de investeringspistes op middellange termijn werd ook voor de eerste keer bepaald. Deze investeringspistes zullen niettemin opnieuw worden geëvalueerd bij de uitwerking van de volgende Investeringsplannen. De toepassing van deze methodologie zal ook worden uitgebreid tot het beheer van de prioriteiten in het kader van de hulpinstallaties van het type “station” (beveiliging, vergrendelingen, telecontrole) en van de installaties van het type “verbinding” (kabels). De resultaten van de toepassing van de methodologie op deze types van installaties zullen het voorwerp zijn van de volgende Investeringsplannen. In het kader van dit plan wordt de lijst van de vervangingsinvesteringen van de hulpinstallaties van het type “station” nog opgemaakt op grond van de criteria die werden ontwikkeld in het kader van het preventieve onderhoud. Ter herinnering, met het oog op schaalvoordelen worden de vervangingsinvesteringen bij voorrang uitgevoerd in de stations waar het net wordt versterkt. Afhankelijk van de dringendheid van de werken kunnen ook geïsoleerde projecten in aanmerking komen. Met deze voorwaarde werd ook rekening gehouden bij het plannen van de vervangingsinvesteringen tegen 2008. Deel 5.3 geeft, per beleid, de lijst van de vervangingsinvesteringen die in het kader van dit plan zijn voorgesteld.

44 Investeringsplan 2007 – 2014 30 juni 2006

5.3 UITVOERING VAN DE VERVANGINGSINVESTERINGEN

De onderstaande tabellen 5.1 tot 5.5 geven: • een actualisering van de huidige stand van uitvoering van de

vervangingsinvesteringen aangekondigd tegen 2005, 2006 en 2007 in het kader van de Investeringsplannen 2005-2012 en 2006-2013;

• de nieuwe vervangingsinvesteringen op de dag van vandaag gepland tegen 2008;

• de indicatieve vervangingspistes die op middellange termijn worden voorgesteld.

Bovendien vloeien de nieuwe investeringen voor de renovatie van de middenspanningscabines voort uit beslissingen die werden genomen in samenspraak met de distributienetbeheerder. Tabel 5.1: Uitvoering van de vervangingsinvesteringen aangekondigd tegen 2005

Tabel 5.2: Uitvoering van de vervangingsinvesteringen aangekondigd tegen 2006

30 juni 2006 Investeringsplan 2007 – 2014 45

Tabel 5.3: Uitvoering van de vervangingsinvesteringen aangekondigd tegen 2007

Tabel 5.4: Nieuwe vervangingsinvesteringen tegen 2008

46 Investeringsplan 2007 – 2014 30 juni 2006

Tabel 5.5: Indicatievevervangingspistes op middellange termijn

5.4 SAMENVATTING VAN DE UITVOERING VAN HET

ONDERHOUDSBELEID Figuur 5.6 en 5.7 geven een overzicht van de uitvoering van het vervangingsbeleid tegen 2005-2007 voor: • de projecten die in de vorige Investeringsplannen werden aangekondigd; • de projecten die in het kader van dit plan worden gepland.

30 juni 2006 Investeringsplan 2007 – 2014 47

Figuur 5.6: Uitvoering van het vervangingsbeleid tegen 2007

(Investeringen reeds gepland in vorige Investeringsplannen)

48 Investeringsplan 2007 – 2014 30 juni 2006

Figuur 5.7: Uitvoering van het vervangingsbeleid tegen 2008

(Nieuwe investeringen gepland in dit Investeringsplan)

30 juni 2006 Investeringsplan 2007 – 2014 49

6 Bescherming van het leefmilieu

50 Investeringsplan 2007 – 2014 30 juni 2006

30 juni 2006 Investeringsplan 2007 – 2014 51

Bij werken in de bestaande stations en bij alle nieuwe installaties worden alle nodige maatregelen genomen om het milieu-effect van onze installaties te beperken, meer bepaald voor wat betreft: • geluidshinder; • vervuiling van de bodem en het grondwater; • visuele hinder; • PCB10. Voor elk van die vier milieudomeinen bestaat een beleidsplan dat werd beschreven in bijlage bij hoofdstuk 9 van het Investeringsplan 2006-2013.

6.1 TOEPASSING VAN DE MILIEUBELEIDSPLANNEN Tabellen 6.1 en 6.2 tonen aan hoever de milieumaatregelen gevorderd zijn tegen 2005, 2006 en 2007 in het kader van de vorige Investeringsplannen. Op dit ogenblik zijn er geen extra investeringen gepland. De werken uitgevoerd met het oog op de verplichte verwijdering van PCB-houdende uitrustingen zijn eind 2005 voltooid. De beleidsplannen voor de bescherming van het leefmilieu worden getoetst aan een methodologie waardoor de prioriteiten zullen worden bepaald. De benadering is identiek aan deze ontwikkeld voor het vervangingsbeleid beschreven in bijlage bij hoofdstuk 8 van het Investeringsplan 2006-2013. In de stations Elan en Heliport zal de toepassing van de milieubeleidsplannen worden afgestemd op de uitvoering van de voor die stations geplande investeringen. Die investeringen zijn opgenomen in hoofdstuk 2 van dit document.

10 Familie van organische verbindingen, "polychloorbifenyls" genaamd.

52 Investeringsplan 2007 – 2014 30 juni 2006

Tabel 6.1: Uitvoering van het milieubeleid aangekondigd tegen 2006

Tabel 6.2: Uitvoering van het milieubeleid aangekondigd tegen 2007

6.2 SAMENVATTING VAN DE UITVOERING VAN DE KRACHTLIJNEN

VAN HET MILIEUBELEID Figuur 6.3 geef een overzicht van de uitvoering van de milieubeleidslijnen tegen 2008.

30 juni 2006 Investeringsplan 2007 – 2014 53

Figuur 6.3: Uitvoering van de milieubeleidslijnen tegen 2007

54 Investeringsplan 2007 – 2014 30 juni 2006

30 juni 2006 Investeringsplan 2007 – 2014 55

7 Doelstellingen inzake bevoorradings- zekerheid

56 Investeringsplan 2007 – 2014 30 juni 2006

30 juni 2006 Investeringsplan 2007 – 2014 57

7.1 DE INDICATOREN INZAKE BEVOORRADINGSZEKERHEID Op internationaal niveau worden de volgende betrouwbaarheidsindicatoren gehanteerd: • frequentie van de onderbrekingen in de elektriciteitsvoorziening

(onderbrekingen/verbruiker.jaar); • gemiddelde duur van de onderbrekingen in de elektriciteitsvoorziening

(minuten/onderbreking); • gemiddelde duur van de onderbrekingen in de elektriciteitsvoorziening

(minuten/verbruiker.jaar).

Wij wijzen er nogmaals op dat het aantal incidenten met verbruiksverlies per jaar in het 36/30 kV-net zeer beperkt is: op het grondgebied van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de rand betreft het 10 tot 15 incidenten per jaar. Een betrouwbaarheidsindicator op basis van jaarlijkse statistieken is zeer weinig representatief voor de evolutie van de betrouwbaarheid van het net. Elia geeft dan ook voorkeur aan een indicator op basis van de statistieken over de laatste jaren.

7.2 RICHTWAARDE VAN DE INDICATOREN INZAKE

BEVOORRADINGSZEKERHEID Elia ontwikkelt, onderhoudt en exploiteert het 36 kV-spanningsnet van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest teneinde dit te handhaven op het gemiddelde betrouwbaarheidsniveau van de laatste jaren voor het 36/30 kV-spanningsniveau van het net dat Elia beheert. De jaarlijkse waarden van deze indicatoren zijn: • frequentie van de onderbrekingen: 0,30/verbruiker; • gemiddelde duur van de onderbrekingen: 58 min/onderbreking; • gemiddelde duur van de onderbrekingen: 17,94 min/verbruiker.

7.3 VERGELIJKING MET HET BETROUWBAARHEIDSNIVEAU VAN

ANDERE EUROPESE NETBEHEERDERS Het is zeer moeilijk om het betrouwbaarheidsniveau van het regionale transmissienet van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest te vergelijken met dat van steden met eenzelfde omvang. Er zijn verschillende redenen voor deze moeilijkheid. Zij kunnen als volgt worden samengevat: • de omvang van het regionale transmissienet van het Brussels Hoofdstedelijk

Gewest is zeer beperkt. Dat geldt ook voor het aantal incidenten per jaar die een verbruiksverlies veroorzaken (10 tot 15 incidenten per jaar); hieruit vloeien potentiële schommelingen voort, die aanzienlijk zijn en verschillen van jaar tot jaar: een betrouwbaarheidsindicator die gebaseerd is op jaarlijkse statistieken is in feite weinig representatief voor de evolutie van de netbetrouwbaarheid;

• het aantal klanten van het regionale transmissienet van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest is ook zeer beperkt. Hieruit volgt een laag jaarlijks

58 Investeringsplan 2007 – 2014 30 juni 2006

geleverd vermogen en een aanzienlijke potentiële impact op de betrouwbaarheidsindex, als de elektriciteitsvoorziening van één of meerdere klanten wordt onderbroken;

• in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest voedt het regionale transmissienet dat door Elia wordt beheerd een beperkt aantal spanningsniveaus die zich situeren tussen 150 kV en 36 KV. Het netbeheer in andere Europese steden betreft ook de laagspanningssniveaus; dat impliceert dat die netbeheerders een net met een grotere dichtheid bedienen en ook een veel grotere cliënteel; bovendien verschillen de betrouwbaarheidsniveaus van de hoog-, midden- en laagspanningsnetten omdat hun belang en de kosten die ermee gemoeid zijn, verschillen: − de potentiële impact van een onderbreking van de voorziening op het niveau

van het hoogspanningsnet is groot; aangezien het hoogspanningsnet vermaasd is en minder dicht dan de midden- en laagspanningsnetten, kan het met telecontroleapparatuur worden uitgerust om de duur van een potentiële onderbreking te beperken;

− wat de middenspanning betreft, is de potentiële impact van een onderbreking van de elektriciteitsvoorziening ook groot; wegens de grote dichtheid van het net, bleken de kosten voor de systematische installatie van telecontroleapparatuur te hoog te zijn; en omdat het net niet vermaasd is, moeten er bij een onderbreking schakelingen worden uitgevoerd die de tijd nodig voor het herstel van de elektriciteitsvoorziening doen toenemen;

− op het niveau van de laagspanning treft een onderbreking van de elektriciteitsvoorziening in principe weinig gebruikers; dat resulteert in een kleine impact zelfs indien de hersteltijd even hoog ligt als bij middenspanning.

Om aan de wensen van het BIM tegemoet te komen, dat een vergelijking wil ondanks bovenvermelde moeilijkheden, stelt Elia voor een onderzoek te doen in samenwerking met de distributienetbeheerder, op het niveau van de eindverbruiker. Deze heeft dan immers betrekking op de hoog-, midden- en laagspanning, van het regionale transmissienet en het distributienet van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Deze benadering vormt een beter uitgangspunt voor de vergelijking met andere Europese steden. Voorzichtigheid is evenwel geboden wanneer de resultaten worden vergeleken, aangezien er geen uniforme regels bestaan voor de berekening van de betrouwbaarheidsindex.

30 juni 2006 Investeringsplan 2007 – 2014 59

Besluiten en uitvoering van het Investeringsplan

60 Investeringsplan 2007 – 2014 30 juni 2006

30 juni 2006 Investeringsplan 2007 – 2014 61

Dit Investeringsplan is gebaseerd op de hypotheses die werden uitgewerkt in het kader van het Investeringsplan 2006-2013, die op hun beurt grotendeels steunen op de macro-economische hypotheses inzake de groeivooruitzichten voor het verbruik zoals geformuleerd door het Federaal Planbureau, en op de productiehypotheses van het Indicatief Programma van de Productiemiddelen 2005-2014. De evoluties op het spanningsniveau 36 kV worden sterk beïnvloed door de spreiding van de lokale afnames. Daarom spelen de "micro-economische" prognoses die de netgebruikers meedelen of die in overleg met de distributienetbeheerders worden opgesteld, eveneens een zeer belangrijke rol. De vooruitzichten voor de evolutie van de lokale afname werden bijgewerkt volgens de meest recente beschikbare informatie in het kader van dit plan, namelijk de gegevens verzameld in de lente 2005. Het planningsproces is complex: • het houdt rekening met tal van onzekerheden die verbonden zijn aan de

markt en die in het kader van dit Investeringsplan vooral te maken hebben met de vooruitzichten inzake het verbruik en de decentrale productie, evenals de inplanting ervan;

• zowel technische, economische als milieufactoren hebben een invloed op de dimensionering.

NETVERSTERKINGEN GEPLAND TEGEN 2008 De uitvoering van de versterkingen aanbevolen door de netbeheerder met het oog op een continue en bedrijfszekere bevoorrading van de verbruiker tegen 2008 vindt u in tabel 7.1. Tabel 7.1: Planning van de netversterkingen tegen 2008

Deze investering stelt geen bijzondere problemen op het gebied van technische uitvoerbaarheid. Wat betreft beperkingen inzake ruimtelijke ordening, is het 36 kV-station gelokaliseerd in het Ossegempark en geintegreerd in de basis van een brug die sinds de tentoonstelling van 1958 berschermd is: geen uitbreiding of zichtbare aanpassing is toegelaten. Voor het overige is het traject momenteel nog niet bepaald:de verschillende mogelijkheden zullen bestudeerd worden in overleg met de bevoegde administraties.

62 Investeringsplan 2007 – 2014 30 juni 2006

NETVERSTERKINGEN GEPLAND TEGEN 2014 Tegen 2014 werden geen nieuwe versterkingen gepland: de indicatieve pistes die werden vastgelegd in het kader van het Investeringsplan 2006-2013 gelden nog steeds; bij een toekomstige herziening van het Plan kunnen deze evenwel worden gewijzigd of bevestigd.

PROJECTEN INZAKE DE BETROUWBAARHEID VAN HET BESTAANDE

NET TEGEN 2008 Om het 36 kV-net voldoende bedrijfszeker te houden door het voorkomen van degradatie van de infrastructuur, heeft Elia een strategie ontwikkeld om het risico voor incidenten zo goed mogelijk te beheersen. Die bestaat uit: • een programma van preventief onderhoud; • een beleid voor de vervanging van elementen met een verlaagde

betrouwbaarheid. Het preventief onderhoud is gebaseerd op een inspectie- en onderhoudsfrequentie die eigen is aan elk type van materieel. Het maakt eveneens de opvolging mogelijk van een reeks indicatoren die de werkingsstaat en de ouderdom van verschillende netelementen weergeven op korte of middellange termijn. Het vervangingsbeleid in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest heeft vooral betrekking op: • de vervanging van vermogenschakelaars waarvan het onderbrekingsvermogen

niet meer volstaat; • de vervanging van beveiligingen waarvan de betrouwbaarheid niet meer

voldoet; • de installatie van elektrische vergrendelingen in bestaande 36 kV-cellen van

het open type11; • de verbetering van de telecontrole van de 36 kV-stations; • de modernisering van de gecentraliseerde afstandsbediening van het 36 kV-

net; • de vernieuwing van de middenspanningscabines; • de vernieuwing van allerlei andere uitrustingen; • de progressief wegwerken van niet meer op de markt beschikbaar materieel

en recyclage tot reservematerieel; • de vervanging van transformatoren; • de vervanging van de kabels. Als gevolg van de betere prestaties van het standaardmaterieel gaat in het algemeen de vervanging van de transformatoren en kabels gepaard met een toename van de capaciteit; dit type investering wordt dus opgenomen in het kader van de verste rking van het gewestelijk transmissienet. De werkzaamheden in het kader van de uitvoering van het beleid betreffende de centrale afstandsbediening zijn vandaag voltooid.

11 De naam "open type" wordt gebruikt in tegenstelling tot de naam "metaalomsloten". In een cel van het "open" type

wordt elke uitrusting individueel geïnstalleerd en worden de toestellen onderling verbonden met koperen staven. Lucht zorgt voor de isolatie. Het "metaalomsloten" type bestaat uit compacte, geprefabriceerde cellen die in één stuk ter plaatse worden gebracht. Gas of harsen zorgen voor de isolatie.

30 juni 2006 Investeringsplan 2007 – 2014 63

Om een schaalvoordeel te kunnen realiseren worden deze werken prioritair uitgevoerd in de stations waar een netversterking wordt uitgevoerd. Afzonderlijke projecten blijven echter mogelijk naargelang de dringendheid van de ingreep. Met het oog op een efficiënt netbeheer heeft Elia bovendien een methodologie ontwikkeld (met universitaire ondersteuning) waarmee de prioriteiten van dat beleid kunnen worden bepaald. De investeringen inzake handhaving van betrouwbaarheid van het bestaande 36 kV-net vermeld in dit Plan zijn het resultaat van de tweede toepassing van deze methodologie in het kader van de hoogspanningsinstallaties van het type “station” in het 36 kV-net van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. De resultaten van deze analyse werden vergeleken met de vervangingsinvesteringen die worden gepland in de actieplannen die het gevolg zijn van de uitvoering van de verschillende vervangingsbeleidslijnen (bv.: beleid voor het vervangen van de vermogenschakelaars) of met de op het terrein verrichte waarnemingen in het kader van het preventieve onderhoud (bv.: waarnemen van herhaalde gebreken op een uitrusting). In dit stadium werden de resultaten geconsolideerd tegen 2008. Een indicatieve lijst van de investeringspistes op middellange termijn werd ook voor de eerste keer bepaald. Deze investeringspistes zullen niettemin opnieuw worden geëvalueerd bij de uitwerking van de volgende Investeringsplannen. De toepassing van deze methodologie zal ook worden uitgebreid tot het beheer van de prioriteiten in het kader van de hulpinstallaties van het type “station” (beveiligingen, vergrendelingen, telecontrole) en van de installaties van het type “verbinding” (kabels). De resultaten van de toepassing van de methodologie op deze types van installaties zullen het voorwerp zijn van de volgende Investeringsplannen. In het kader van dit plan wordt de lijst van de vervangingsinvesteringen van de hulpinstallaties van het type “station” nog opgemaakt op grond van de criteria die werden ontwikkeld in het kader van het preventieve onderhoud. Tabel 7.2 geeft de lijst van de stations waar, in het kader van de netversterkingen tegen 2008, investeringen zijn voorzien voor de handhaving van de betrouwbaarheid van het huidige net en geeft een overzicht van de voortgang van de werkzaamheden.

64 Investeringsplan 2007 – 2014 30 juni 2006

Tabel 7.2: Investeringen voor de handhaving van de betrouwbaarheid van het net, gepland in

het kader van de netversterkingen tegen 2008

PROJECTEN TER BESCHERMING VAN HET LEEFMILIEU TEGEN 2008 Wij nemen alle maatregelen om het effect van onze installaties op het leefmilieu te beperken. Dit zijn de belangrijkste effecten waarmee in dit plan rekening wordt gehouden: • geluidshinder; • vervuiling van de bodem en het grondwater; • visuele hinder; • PCB12. Om een schaalvoordeel te kunnen realiseren, worden deze werken prioritair uitgevoerd in de stations waar een netversterking wordt uitgevoerd. Afzonderlijke projecten blijven echter mogelijk volgens de dringenheid van de ingreep. Diezelfde maatregelen worden ook bij elke nieuwe installatie genomen. Tabel 7.3 geeft de lijst van de stations waarin in het kader van de netversterking investeringen en de bescherming van het leefmilieu tegen 2008 zijn gepland en geeft een overzicht van de voortgang van de werkzaamheden.

12 Familie van organische verbindingen, "polychloorbifenyls" genaamd.

30 juni 2006 Investeringsplan 2007 – 2014 65

Tabel 7.3: Investeringen voor de bescherming van het leefmilieu, gepland in het kader van de

netversterkingen tegen 2008.

DOELSTELLINGEN OP HET GEBIED VAN DUURTIJD VAN DEFECTEN, STORINGEN OP HET NET EN MILIEUVERPLICHTINGEN

Op internationaal vlak worden de volgende betrouwbaarheidsindicatoren gehanteerd: • frequentie van de onderbrekingen in de elektriciteitsvoorziening

(onderbreking/verbruiker.jaar); • gemiddelde duur van de onderbrekingen in de elektriciteitsvoorziening

(minuut/onderbreking); • gemiddelde duur van de onderbrekingen in de elektriciteitsvoorziening

(minuut/verbruiker.jaar). Elia ontwikkelt, onderhoudt en exploiteert het 36 kV-spanningsnet van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest teneinde dit te handhaven op het gemiddelde betrouwbaarheidsniveau van de laatste jaren van het 36/30 kV-spanningsniveau van het net beheerd door Elia. De jaarlijkse waarden van deze indicatoren zijn: • frequentie van de onderbrekingen: 0,30/verbruiker; • gemiddelde duur van de onderbrekingen: 58 min/onderbreking; • gemiddelde duur van de onderbrekingen: 17,94 min/verbruiker.