nieuwe wildernis 45

6
üll

Upload: rene-zanderink

Post on 15-Mar-2016

225 views

Category:

Documents


0 download

DESCRIPTION

cover, inhoud en 1 artikel

TRANSCRIPT

üll

3 RedactioneelEcopresident.

5 Eilandtheorie in Nederlandse contextTheory of island biogeography in de Waddenzee

7 Wilde zwervende zwijnen in NederlandIrritante lastpakken die overlast veroorzaken en onderauto's komen?

II Red wolvesCreating economie Opportunity Through Ecotourism in RuralNorth Carolina.

~_[)e-nTeuwe weidevogelsColumn van Tom Bade.

15 Financiële instellingen,chocolade én de lynxDe (herstelde) verspreiding van de lynx in Zwitserland.

19 Food for thought uit BarcelonaToerisme naar wild en wildernis. Kan dat?

21 SnippersRubriek met boeken, nieuws en berichten.

23 BuitenboelSale, sale, saleLezersaanbieding: Dood doet leven.

OmslagEen wilde zwervende sneeuwuil in Nederland: een zeldzamewintergast uit het hoge noorden.

ColofonRechts: voederplaats op de Veluwe met liksteen en krachtvoervoor de zwijntjes.links:: Heekrund (Ecolander)bovenenwildzwijnonder.

Alle foto's in dit nummer: Ruud Lardinois, tenzijbij de foto's anders is vermeld.

"W"ILDE ZWIJNEN IN NEDERLAND:

RUIMTE VOOR ZWERVERS?LASTPAKKEN DIE OVERLAST VEROORZAKEN EN ONDER AUTOS'S KOMEN?

Door Reinier En.zerink

Hoe komt het toch dat bij onze Oosterburen minder moeilijk wordt gedaan

over 'overlast' door wilde zwijnen? Waarom is de kenmerkende verdraag-

zaamheid van de gemiddelde Nederlander zo ver te zoeken als het gaat om

Het 1ilde zwijn, S;us Scrofa, neemt de afgelo-pen jarep in een razend tempo nieuwe leefge-bieden in. De pop atie werd ingeperkt doorklimaatgrenzen en voedselschaarste. Het zwijnverlegt zijn geografische grenzen, ondankseen felle bejaging in delen van Europa, metaanzienlijk gemak. Het wilde zwijn komt alsrelatief nieuwe soort in het centrale Alpenge-bied voor, in Zweden en zelfs in Noorwegenweet het dier zich inmiddels stand te houden.In de landen waar het zwijn al langer voorkomt,namen de populaties explosief in omvang toe.Deze ontwikkeling van de populatie wilde zwij-nen buiten voorheen gangbare leefgebieden isook in Nederland niet onopgemerkt gebleven.Steeds vaker verschijnen berichten in de Neder-landse media over zwijnen buiten ingerasterdenatuurgebieden. Het is de vraag hoe met dezezwervende zwijnen moet worden omgegaan.

Zwervende onrustExperts spreken van 300 à 400 wilde zwijnenbuiten de rasters, in het grensgebied metDuitsland. Recent verscheen berichtgeving inde kranten over een populatie van tachtig zwij-nen in het rijk van Nijmegen, onlangs werdhet eerste zwijn in de Biesbosch gesignaleerd.Zwijnen worden dus waargenomen in gebie-

N E U W W

het vraagstuk van de wilde zwijnen en vervangen door hysterie?

den op ruime afstand van de gangbare, vastge-stelde leefgebieden: de Meinweg in Limburgen de Veluwe. Het is in de Nederlandse contextbelangrijk om een onderscheid te maken,tussen deze zwervende zwijnen in het buiten-gebied en de ingerasterde populaties. Dezegebieden worden omzoomd door imposanterasters, waardoor buiten deze gebieden in theo-rie geen overlast van zwijnen kan zijn. Binnendeze gebieden is wel degelijk sprake van over-last, mede ten gevolge van de populatiegroei.Deze overlast is de laatste tijd in het bijzondervoor de Veluwe breed uitgemeten in de media.De manier waarop de dieren werden neergezetliep sterk uiteen.

Lastpak?De zwijnen kwamen dus uitgebreid in hetnieuws, als dommig broodbedelend dier en alsbron van auto-ongevallen. Het met de handvoeren van wilde dieren en hard willen rijdendoor een gebied met veel wilde zwijnen getuigtniet van veel aanpassingsvermogen van men-selijke zijde. Bij sneeuwval doen we het rustigaan op de weg, maar binnen het raster op deVeluwe willen we gewoon 80 kunnen rijden.Met het toenemen van het aantal zwijnen op deVeluwe is, als direct gevolg, het aantal aanrij-

DER N N U M M

dingen met zwijnen toegenomen. Dit verbandis logisch, omdat de enorme toename van zwij-nen op geen enkele manier heeft bewogen totaanpassing van het menselijk gedrag. De enigereactie op het zwijnenvraagstuk was een roepom een groot deel van de dieren af te schieten.Over de manier waarop dit diende te gebeurenbarstte vervolgens een maatschappelijke dis-cussie los. Ruim 80 procent van de zwijnenafschieten is blijkbaar geen probleem, maardrukjacht is uit den boze!

Als de groei van het aantal zwijnen buiten deingerasterde gebieden zich doorzet, wordt aan-gepast beheer en beleid noodzakelijk. Het iszeer aannemelijk dat dit het geval zal zijn. Devraag is dan wat er in Nederland moet en kangebeuren om in te spelen op deze toename?Door deskundigen wordt gewezen op klimaat-verandering als drijvende kracht achter hetsucces van het wilde zwijn. Opwarming van deaarde zorgt voor een verhoogd voedselaanboden een lager energieverbruik. Zachtere wintersmaken dat een groter deel van in het vroegevoorjaar geboren biggen hun eerste levens-maanden overleven.

R 4 6 7

,. · ,,-I '--1-· ...,.: ·:I'~:':.,

Uitbuitende uitbaterHet succes van het wilde zwijn ligt verscholenin de aard van dit dier. Voor het uitbuitenvan kansen in een natuurlijke omgeving isnauwelijks een meer geschikt dier te vinden.Het wilde zwijn is een intelligente omnivoormet een respectabel voortplantingsvermogen.Onderzoek naar de populatieontwikkelingvan wilde zwijnen in Polen laat zien dat eenpopulatie zich onder gunstige omstandighe-den binnen drie jaar kan verachtvoudigen.Een basispopulatie met een dergelijke aan-talsontwikkeling zorgt voor een flink aantalzwervende dieren, op zoek naar betere leefge-bieden. In het bijzonder de jonge mannelijkedieren kunnen ver uitzwermen, soms wordenafstanden afgelegd van meer dan IS kilometerper nacht. Op deze manier worden kansenvoor verdere verspreiding van de populatieprobleemloos aangegrepen.

Gedogen of jagen?Op de lange termijn zou de toename van zwij-nen binnen en buiten de aangewezen gebie-den aanleiding kunnen zijn voor verruimingvan beleid. Misschien dat lering getrokkenkan worden uit de vrij recente ommezwaaiop het gebied van ganzenbeleid. Ganzen zijnop veel vlakken vergelijkbaar met het wildezwijn. Ganzen hebben de laatste jaren ooksterk geprofiteerd van klimatologische ontwik-kelingen, verspreiden zich zonder problemenen hebben tevens een flink negatief effectop landbouwgewassen. Het ganzenbeleid isgebaseerd op een tweedeling van de landop-pervlakte, in beheer- en foerageergebieden. Ineerstgenoemde gebieden worden ganzen actiefverjaagd en in de foerageergebieden worden deganzen gedoogd. De betrokken agrariër krijgteen vergoeding voor het als foerageergebiedaanbieden van zijn gronden.

Vergelijkbaar beleid zou opgesteld kunnenworden voor zwijnen in Nederland. Deaanwezigheid van de zwijnen buiten de vast-gestelde gebieden dient hiertoe politiek teworden onderkend. Op deze manier ontstaatruimte voor draagvlak voor het wilde zwijn,het dient dan bijvoorbeeld niet per definitiete worden afgeschoten. Beheren, in plaats vanproberen te decimeren. Bestaand beleid kanten behoeve van de zwijnen worden doorgezeten verbreed. Dit beleid neemt ongetwijfeldde gestalte aan van ontsnippering van leefge-

bieden, wildviaducten, rasters rond wegen,afschrikmaatregelen rond agrarische gron-den, gericht afschot bij overlast.

Geen ontsnippering voorwilde zwijnenEen flink deel van deze maatregelen is op ditmoment in uitvoering of ontwikkeling. Kansenom in het verlengde hiervan ruimte te gevenaan het wilde zwijn worden op dit momentbewust niet aangegrepen. De maatregelen omte voorkomen dat wilde zwijnen gebruik makenvan wildviaducten dienen hiertoe bijvoorbeeldongedaan gemaakt te worden. De overwegendgeïsoleerd gelegen, laagdynamische Neder-landse natuurgebieden zouden een flinkeimpuls kunnen krijgen door de aanwezigheidvan wilde zwijnen. Een slag naar meer natuur-kwaliteit, verhoging van de biodiversiteit enverbetering van de verbindingen tussen natuur-gebieden als reactie op het succesverhaal van dezwijnen in Nederland. Op deze manier wordthet zwerfgedrag van het zwijn in goede banengeleid, met minder overlast als gevolg. Oftewel,ontsnippering voor en door de zwijnen.

Natuur ontvangt graag het zwijnAan kerngebieden voor populaties wilde zwij-nen is in Nederland geen gebrek, er zijn vol-doende natuurgebieden van voldoende omvang.In een goede biotoop kunnen de zwijnendichtheden bereiken van IO tot 20 stuks perIOO hectare. Vanuit deze visie gezien is er in deNederlandse natuurgebieden geen enkel pro-bleem met groei van de zwijnen populatie. Hetprobleem is het zwerven van de zwijnen. Hetgebied waarbinnen zwijnen voedsel zoeken, hetbenuttingsgebied, kan namelijk variëren van250 tot 2500 hectare. Conflicten met landbouw-belangen zijn zodoende onontkoombaar. Hetbehoeft geen uitleg dat een groep zwervendezwijnen schade toe zal brengen aan gewassen.Dit verklaart de negatieve houding, van in hetbijzonder de agrarische sector, ten opzichte vanhet zwijn buiten de rasters.

Inspiratie om het accepteren van wilde zwijnenmet een meer vrije rol in het landschap toe telaten, kan worden gezocht bij onze oosterburen.Niet voor niets komen de zwervende zwijnenhoofdzakelijk voor in het grensgebiedmetDuitsland. Een blik over de grens met Duits-land geeft een interessant inzicht in het zwij-nenvraagstuk. Het voorbeeld van de publieke

acceptatie van duizend zwijnen in de voorste-den van Berlijn is inmiddels praktisch doodge-schreven. Het is veel interessanter om te kijkennaar de bredere maatschappelijke acceptatievan zwijnen in dit land. Hier heeft men geen'zwijnenvraagstuk'. Simpelweg omdat er sindsjaar en dag een groot aantal zwijnen voorkomtbuiten rasters of andere beperkende factoren.Het wilde zwijn als geaccepteerd onderdeel vande natuur en het landschap, waarbij het logischis om minder hard te willen rijden in eengebied met een hoge zwijnendichtheid.

De natuur op ons bordIn Duitsland wordt een tweetal vliegen in éénklap geslagen. De zwijnen worden vrij zwaarbejaagd, waardoor de populatie en in zekere zinhet probleem wordt beperkt. Deze beperkingheeft hoogstwaarschijnlijk voor een deel temaken met de probleemperceptie van (agrari-sche) belangengroepen. Hoewel een jaarlijksafschot van rond de 400.000 zwijnen tocheen directe doorwerking op de omvang van deoverlast zal hebben. Het levert in ieder gevaleen flinke hoeveelheid wildbraad op, zowel indiverse huishoudens als in een groot aantalwinkels. Misschien is dat daar wel de redenwaarom de zwijnen worden geaccepteerd.Misschien moeten we in Nederland net alsin Duitsland de zwijnen zien als echte wildedieren, maar soms ook wat meer als een vormvan scharrelvlees dat zijn leven in de natuur,maar zelfs deels in een agrarisch productieland-schap heeft doorgebracht en daar hetzelfde voerheeft gegeten als de gehokte variant, maar zoeen beter leven heeft gehad. lil