handboek workshop: ‘voorkomen van...

29
Gegevens: Amanda Schneiderberg 2032941 Angela Qureshi 2040470 Karin de Bruin 2040309 Michelle de Kort 2036829 Klas 24RVAA Inleverdatum: 18-10-’13 Docent: Inge logghe Avans Hogeschool Handboek Workshop: ‘Voorkomen van weerstand’ Innovatie

Upload: others

Post on 23-Oct-2019

0 views

Category:

Documents


0 download

TRANSCRIPT

Page 2: Handboek Workshop: ‘Voorkomen van weerstand’files.michelle-de-kort.webnode.nl/200000047-41f3242f54/Handb… · Web viewHet handboek moet worden ingeleverd (digitaal en op papier)

Titelpagina

Het handboek en workshop zijn gemaakt door:

Amanda Schneiderberg 2032941 SPH Angela Qureshi 2040470 MWDKarin de Bruin 2040309 HBO-VMichelle de Kort 2036829 HBO-V

De opdracht is onderdeel van de Minor Active Ageing, periode 1. De workshop en het handboek wordt gemaakt in opdracht van en voor Avans Hogeschool, Breda.

Het handboek moet worden ingeleverd (digitaal en op papier) op vrijdag 18 oktober 2013. De workshop wordt gegeven op woensdag 23 oktober 2013. Voor het geven van de workshop hebben we 45 minuten. .

Pagina 2

Page 3: Handboek Workshop: ‘Voorkomen van weerstand’files.michelle-de-kort.webnode.nl/200000047-41f3242f54/Handb… · Web viewHet handboek moet worden ingeleverd (digitaal en op papier)

Inhoudsopgave

Voorwoord Blz. 4

1. Procesbeschrijving 1.1 Procesbeschrijving. Blz. 5

1.0.1. Groepsleden1.0.2. Overeenkomsten1.0.3. Samenwerking1.0.4. Afspraken1.0.5. Onderwerpen1.0.6. Leerdoelen

1.2. Plan van aanpak. Blz. 71.2.1. Plan van aanpak (beschrijving + schema)

2. Thema workshop 2.1. Toelichting op keuze workshop. Blz. 10

2.1.1. Casus ter verduidelijking2.1.2. De kernvraag2.1.3. De doelstellingen

2.2. ‘voorkomen van weerstand’ i.r.t. Active Ageing. Blz. 12

3. Inhoud workshop 3.1. Wat weerstand nu eigenlijk is.3.2. Waar weerstand aan te herkennen is.3.3. Wat de (mogelijke) oorzaken zijn van weerstand.3.4. Hoe je als professional (mogelijke) weerstand kunt voorkomen.3.5. De positieve kanten van weerstand.3.6. In het kort: hoe je het beste om kunt gaan met (mogelijke) weerstand.4. Werkvorm workshop 4.1. Beschrijving werkvorm4.2. Toelichting en onderbouwing werkvorm

5. Conclusie 5.1. Wat is er onderzocht en waarom?5.2. Welke methode is er gebruikt?5.3. Conclusie

6. Evaluatie 6.1. Taakverdeling6.2. Samenwerking6.3. Leerdoelen

Bijlagen Blz.

Bronvermelding Blz.

Pagina 3

Page 4: Handboek Workshop: ‘Voorkomen van weerstand’files.michelle-de-kort.webnode.nl/200000047-41f3242f54/Handb… · Web viewHet handboek moet worden ingeleverd (digitaal en op papier)

Voorwoord

In opdracht van Avans Hogeschool Breda is het de bedoeling om een workshop in elkaar te zetten. Met ondersteuning (informatie en ervaringen) van Inge Logghe, Niels de Beer, Martin van Gennep en Lowie van Doninck worden wij verzocht om een workshop in elkaar te zetten en uit te voeren. Er vind een samenwerking plaats tussen verschillende opleidingen, waarbij ieder groepslid vanuit een ander oogpunt naar een dergelijke situaties kijkt.De samenwerking bestaat uit Social Work studenten (SPH en MWD) en HBO-V studenten. Door onze verschillende inzichten kunnen we tot een beter eindresultaat komen, omdat wij allen andere ervaringen hebben en vanuit een andere invalshoek naar een dergelijke situatie kijkt.

Pagina 4

Page 5: Handboek Workshop: ‘Voorkomen van weerstand’files.michelle-de-kort.webnode.nl/200000047-41f3242f54/Handb… · Web viewHet handboek moet worden ingeleverd (digitaal en op papier)

1. Procesbeschrijving

1. Procesbeschrijving.

1.0.1. Groepsleden.De minor Active Ageing is samengesteld uit HBO-V studenten, Gezondheidstechnologie studenten en Social Work (SPH & MWD). Onze groep bevat 4 groepsleden, dat zijn:

Naam OpleidingAmanda Schneiderberg Social Work; Sociaal Pedagogische Hulpverlener (SPH)Angela Qureshi Social Work; Maatschappelijk Werk en Dienstverlening (MWD)Michelle de Kort HBO VerpleegkundeKarin de Bruin HBO Verpleegkunde

1.0.2. Overeenkomsten.We werken samen met verschillende opleidingen. Uit o.a. stage ervaringen hebben we ontdekt dat we veel met elkaar moeten samenwerken. Om een voorbeeld te noemen; een oudere vrouw moet (lichamelijk) verzorgd worden, maar voelt zich eenzaam. De verpleegkundige kan hulp inschakelen en komt in aanraking met Social Workers. In de gemaakte groep hebben wij allen interesse in de maatschappij, mensen verzorgen/ ondersteunen in hun dagelijks leven. De doelgroep ouderen. In de lessen/ colleges hebben wij ontdekt dat we veel van elkaar kunnen leren. Een voorbeeld te noemen; Social Workers komen te weten dat bij ouderen hun drinkbehoefte afneemt en dat van belang is dat ouderen voldoende vocht binnen krijgen, of een HBO-Verpleegkundige komt meer te weten over welke activiteiten zinvol zijn om het geheugen te stimuleren bij ouderen. We werken allen samen met één doel; ouderen verzorgen/ ondersteunen in hun dagelijks leven. In samenwerking met elkaar en andere opleidingen (o.a. Gezondheidstechnologie) kunnen we de behoeften en wensen op de cliënt afstemmen.

1.0.3. Samenwerking workshop.We hebben twee dagen les/ colleges per week (maandag en woensdag). Karin volgt een deeltijd opleiding HBO-V en zal één dag, de woensdag les/ colleges volgen. Door de gemaakte afspraken (zie Afspraken) zullen we goed kunnen samenwerken. We hebben elkaar in deze periode beter leren kennen. We weten van elkaar wat onze sterke en zwakke kanten zijn, deze proberen we in de workshop goed tot zijn recht te laten komen.

1.0.4. Afspraken.Karin de Bruin volgt deeltijd HBO-V. Zij zal de maandagen niet op school zijn. Dit is in overleg gebeurd met Lowie/Anouk de Lange. Wij houden elkaar op de hoogte via de e-mail. Tevens zien wij elkaar woensdag en komen wij bij elkaar om de zaken te bespreken. De les valt op maandag. Wij houden Karin op de hoogte. Karin neemt zelf contact op als er iets onduidelijk is en dergelijke.

Amanda Schneiderberg is in onderling overleg tot contactpersoon benoemd.

De eindverantwoordelijke (zie plan van aanpak) voor een bepaald thema moet donderdag (avond) de gekregen en zelf gezochte informatie verwerkt hebben in het handboek. De andere groepsleden leveren voor donderdag informatie aan, zodat de eindverantwoordelijke tijd heeft om deze te verwerken. Feedback wordt gegeven in één mail per student naar de eindverantwoordelijke. Op de maandagen wordt het aangepaste deel besproken. De eindverantwoordelijke stuurt haar aangepaste deel naar de contactpersoon (Amanda Schneiderberg) die het verslag plaatst in de desbetreffende week op haar portfolio (www.amandaschneiderberg.mijneportfolio.nl)

Pagina 5

Page 6: Handboek Workshop: ‘Voorkomen van weerstand’files.michelle-de-kort.webnode.nl/200000047-41f3242f54/Handb… · Web viewHet handboek moet worden ingeleverd (digitaal en op papier)

In het plan van aanpak staat wie wat wanneer moet doen. Mochten er nu bepaalde situaties voorkomen dat dit niet lukt, laat het weten aan de andere groepsleden (hetzelfde geld voor hulp en dergelijke). Het is de bedoeling dat we samenwerken en daarom hebben wij taken verdeeld en een eindverantwoordelijke aangesteld, daarom is het belangrijk om elkaar feedback te geven. Het is van belang dat we elkaars werk lezen en eventueel aanvullen (in overleg met de eindverantwoordelijke).

1.0.5. Onderwerpen.We hebben drie onderwerpen moeten bedenken in volgorde van prioriteit.

3 Mogelijke onderwerpen(In volgorde)

Eerste keuze: Nummer 1.Tweede keuze: Nummer 2.Derde keuze: Nummer 3.

1. Voorkomen van weerstand.Dit onderwerp staat op nummer één, omdat wij allen hiermee op stage/ werk te maken hebben gehad (Hbo- V, MWD & SPH) en het een onderdeel is van active ageing. Het onderwerp is niet specifiek te koppelen aan de doelgroep ouderen, omdat wij het o.a. in ons leven ook vinden terugkomen. Bij het verlenen van preventieve zorg m.b.t. bewegen, gezonde voeding is er vaak sprake van weerstand bij hen die dit niet gewend zijn. Het betreft hier de zorgvisie van Thebe waarbij het rekening houden met leefomgeving, zelfredzaamheid en bevordering van welbevinden centraal staat.2. Zorgvisie/ Planetree.Een visie als concept gebruiken kan een positieve uitwerking hebben om de kwaliteit van zorg te verbeteren. Een zorgvisie komt terug in alle werkvelden van de zorg. Het betreft hier de zorgvisie van Thebe waarbij het rekening houden met leefomgeving, zelfredzaamheid en bevordering van welbevinden centraal staat. In hoeverre wordt deze zorgvisie in de praktijk uitgedragen?3. Ouderen mishandeling.Niet veel mensen praten er over, maar het gebeurt. Mishandeling in allerlei vormen en maten. Hoe kunnen wij preventief mishandeling (specifiek voor de doelgroep ouderen) helpen te voorkomen?

In lesweek 3 hebben wij akkoord gekregen voor onderwerp 1: Voorkomen van weerstand.

1.0.6. Leerdoelen.We hebben voor het maken van het verslag leerdoelen opgesteld, vooral omdat we verschillende opleidingen volgen. Bij de evaluatie wordt deze besproken.

Naam LeerdoelAmanda Schneiderberg Hoe kan ik weerstanden voorkomen op een innovatieve manier bij de

doelgroep ouderen in 8 weken?Angela Qureshi Welke inzichten moet ik nog verwerven om weerstanden te

voorkomen, als het gaat om de ouder wordende mens?Michelle de Kort Na 8 weken kan ik vertellen wat weerstand inhoud, wat de oorzaken zijn

van weerstand en kan ik benoemen hoe men weerstand bij het bevorderen van zelfmanagement van de cliënt kan voorkomen.

Karin de Bruin Mijn leerdoel: ik kan binnen 8 weken een werkvorm vinden die past bij de context van het thema en doel van de workshop.

Pagina 6

Page 7: Handboek Workshop: ‘Voorkomen van weerstand’files.michelle-de-kort.webnode.nl/200000047-41f3242f54/Handb… · Web viewHet handboek moet worden ingeleverd (digitaal en op papier)

1.2. Plan van aanpak.

1.2.1. Beschrijving plan van aanpak.Er is een plan van aanpak opgesteld, in schema vorm. De taken worden verdeeld. Bijvoorbeeld de procesbeschrijving/ plan van aanpak maakt Amanda Schneiderberg. In overleg is afgesproken dat die persoon de verantwoordelijkheid over dat gedeelte heeft. Het betekent niet dat die persoon alleen die opdracht maakt. We leveren elke week informatie aan, bespreken, geven elkaar feedback. De verantwoordelijke persoon verwerkt het gedeelte in het handboek. Dit is een voorlopig plan van aanpak. Er kunnen zaken gewijzigd worden of toegevoegd worden.

Pagina 7

Page 8: Handboek Workshop: ‘Voorkomen van weerstand’files.michelle-de-kort.webnode.nl/200000047-41f3242f54/Handb… · Web viewHet handboek moet worden ingeleverd (digitaal en op papier)

Pagina 8

Amanda SPH Angela MWD Karin HBO-V Michelle HBO-V Opdracht

- Boek Muzisch Agogisch handelen- Inleiding- Vak opzoeken

- Inleiding- Boek opzoeken Avans

- Inleiding- Akkoord met opdracht?

Akkoord onderwerp?Mailen docent

- Maakt vormgeving handboek.- Zoekt de 1ste informatie over procesbeschrijving en plan van

(Uiterlijk donderdag af + doorsturen)(Zondag aangevuld met feedback)

- Denkt mee aan procesbeschrijving/ Plan van aanpak

(informatie uiterlijk woensdag)(Feedback uiterlijk zondag 19:00 uur)

- Denkt mee aan procesbeschrijving/ Plan van aanpak

(Informatie uiterlijk woensdag)(Feedback uiterlijk zondag 19:00 uur)

- Denkt mee aan procesbeschrijving/ Plan van aanpak

(Informatie uiterlijk woensdag)(Feedback uiterlijk zondag 19:00 uur)

Procesbeschrijving/ plan van aanpak.

Eindverantwoordelijk:Amanda Schneiderberg

- Feedback krijgen van vormgeving, procesbeschrijving/ plan van aanpak.- Eventueel aanvullen- Denkt mee over uitwerking thema

(informatie uiterlijk woensdag)(Feedback uiterlijk zaterdag avond)

- Geeft feedback procesbeschrijving/ plan van aanpak-Denkt mee over uitwerking thema workshop

(informatie uiterlijk woensdag)(Feedback uiterlijk zaterdag avond)

- Geeft feedback procesbeschrijving/ plan van aanpak- Denkt mee over uitwerking thema workshop

(informatie uiterlijk woensdag)(Feedback uiterlijk zaterdag avond)

- Geeft feedback procesbeschrijving/ plan van aanpak- Werkt de toelichting op de keuze uit- Werkt thema workshop uit i.r.t. Active Ageing

(Uiterlijk donderdag af + doorsturen)(Zondag aangevuld met feedback)

-Thema Workshop

Eindverantwoordelijk:Michelle de Kort

- Geeft feedback thema workshop- Denkt mee aan de uitwerking van

(Informatie uiterlijk woensdag)(Feedback uiterlijk vrijdag avond)

- Geeft feedback thema workshopWerkt de uitleg van het thema uit.- Werkt de inhoud van het thema uit.

(Uiterlijk donderdag af + doorsturen)(Zondag aangevuld met feedback)

- Geeft feedback thema workshop- Denkt mee over de uitwerking van de inhoud

(Informatie uiterlijk woensdag)(Feedback uiterlijk vrijdag avond)

- Feedback krijgen van thema workshop- Eventueel aanvullen- Denkt mee over de uitwerking van de inhoud

(Informatie uiterlijk woensdag)(Feedback uiterlijk vrijdag avond)

-Inhoud

Eindverantwoordelijk:Angela Qureshi

- Geeft feedback op de uitwerking van de inhoud- Denkt mee over de uitwerking van de werkvorm workshop

(Informatie uiterlijk woensdag)(Feedback uiterlijk zaterdag avond)

- Feedback krijgen van thema workshop- Eventueel aanvullen- Denkt mee over de uitwerking van de werkvorm workshop

(Informatie uiterlijk woensdag)(Feedback uiterlijk zaterdag avond)

- Werkt de beschrijving van de werkvorm uit.- Werkt de toelichting/ onderbouwing van de werkvorm uit.- Geeft feedback op de uitwerking van de inhoud- Idee doorsturen om presentatie in elkaar te zetten

(Uiterlijk donderdag af + doorsturen)(Zondag aangevuld met feedback)

- Geeft feedback op de uitwerking van de inhoud- Denkt mee over de uitwerking van de werkvorm workshop

(Informatie uiterlijk woensdag)(Feedback uiterlijk zaterdag avond)

-Werkvorm workshop

Eindverantwoordelijk:Karin de Bruin

Iedereen Iedereen Iedereen Bronvermelding- Geeft feedback op de uitwerking van de werkvorm- Iedereen vult informatie aan van o.a. colleges, etc.- Presentatie in elkaar zetten(Ma 07-10-’13)- Bespreken Karin( Wo 09-10-’13)- Taken verdelen workshop( Wo 09-10-’13)

(Uiterlijk donderdag af + doorsturen)

- Geeft feedback op de uitwerking van de werkvorm- Iedereen vult informatie aan van o.a. colleges, etc.- Presentatie in elkaar zetten(Ma 07-10-’13)- Bespreken Karin( Wo 09-10-’13)- Taken verdelen workshop( Wo 09-10-’13)

- Feedback krijgen van de werkvorm- Eventueel aanvullen- Iedereen vult informatie aan van o.a. colleges, etc.- Bespreking workshop(Wo 09-10-’13)- Taken verdelen workshop( Wo 09-10-’13)

- Geeft feedback op de uitwerking van de werkvorm- Iedereen vult informatie aan van o.a. colleges, etc.- Presentatie in elkaar zetten(Ma 07-10-’13)- Bespreken Karin( Wo 09-10-’13)- Taken verdelen workshop( Wo 09-10-’13)

- Kennis aanvulling (handboek)- Opdracht praktijk workshop in elkaar zetten

Amanda SchneiderbergMichelle de KortAngela Qureshi

- Extra informatie aanvulling- Extra keer doorlezen(Let op grammatica/spelling)- Controle workshop

- Extra informatie aanvulling- Extra keer doorlezen(Let op grammatica/spelling)- Controle workshop

- Extra informatie aanvulling- Extra keer doorlezen(Let op grammatica/spelling)- Controle workshop

- Extra informatie aanvulling- Extra keer doorlezen(Let op grammatica/spelling)- Controle workshop

-Aanvullen handboek

Amanda SchneiderbergMichelle de KortAngela Qureshi

Workshop! Workshop!(45 min.)

Workshop!(45 min.)

Workshop!(45 min.)

Workshop!(45 min.)

Page 9: Handboek Workshop: ‘Voorkomen van weerstand’files.michelle-de-kort.webnode.nl/200000047-41f3242f54/Handb… · Web viewHet handboek moet worden ingeleverd (digitaal en op papier)

Pagina 9

Page 10: Handboek Workshop: ‘Voorkomen van weerstand’files.michelle-de-kort.webnode.nl/200000047-41f3242f54/Handb… · Web viewHet handboek moet worden ingeleverd (digitaal en op papier)

2. Thema workshop

2.1. Toelichting op keuze workshop.Voor het thema ‘’het voorkomen van weerstand’’ is gekozen, omdat wij allen met weerstand te maken hebben gehad tijdens de voorgaande stageperioden maar ook mee te maken gaan krijgen als verpleegkundige, maatschappelijk werker en als sociaal pedagogische hulpverlener. Allemaal hebben we de ervaring al met enige vorm van weerstand die wordt vertoond door een cliënt. Het is een thema waar ieder groepslid met een ander oogpunt naar kijkt, waardoor het thema vanuit verschillende invalshoeken kan worden benaderd en er mee aan de slag kan worden gegaan. Het voorkomen van weerstand is een thema waar we in de toekomst nog veel mee te maken kunnen gaan krijgen, omdat door bezuinigingen de zorg in het gedrang komt te staan. Door de crisis gaat er steeds meer bezuinigd worden in de zorg. Mantelzorgers moeten meer taken op zich gaan nemen en ook cliënten moeten zelf doen waar ze toe in staat zijn mede door het zelfmanagement van de cliënt te bevorderen. Dat kan zorgen voor enige vorm van weerstand vanuit de cliënt, dat voorkomen kan en moet worden. Het is daarom belangrijk dat men onder andere weet wat weerstand inhoud, waar weerstand aan te herkennen is, wat de oorzaken zijn van weerstand en het belangrijkste nog, hoe men weerstand die wordt vertoond door een cliënt kan voorkomen. Weerstand is een brede definitie, die wij tijdens deze workshop specificeren. Waar wij ons vooral op willen gaan richten tijdens de workshop is het voorkomen van weerstand die mogelijk ontstaat bij het bevorderen van zelfmanagement van de cliënt.

2.1.1. Casus ter verduidelijking.Mevrouw Janssen (74), ontvang al 7 jaar geleden hulp bij de ADL van de thuiszorgorganisatie Thebe. Mevrouw krijgt hulp bij het aan en uitkleden en mevrouw krijgt hulp bij het wassen. Buiten de lichamelijke verzorging van Thebe gaat mevrouw 2 dagdelen in de week naar de dagverzorging.In het teamoverleg (Thebe) is besproken dat de mensen die hulp krijgen bij de ADL meer delen van de zorg zelf moeten gaan doen als zij daartoe in staat zijn, zodat het zelfmanagement van de client word bevorderd. Het is belangrijk dat wat mensen zelf kunnen ook zelf blijven doen. Het blijkt namelijk dat teveel dingen door de zorgverleners van de thuiszorg worden overgenomen, die de mensen eigenlijk zelf ook kunnen.Wanneer een zorgverlener van de thuiszorg bij mevrouw Janssen is aangekomen en tegen mevrouw zegt: u mag uw bovenkleding uitdoen! Zegt mevrouw tegen de zorgverlener van de thuiszorg, nee dat doe ik zelf niet, dat wordt normaal ook door de thuiszorg gedaan.De zorgverlener van de thuiszorg geeft aan dat het belangrijk is voor de gezondheid en het bevorderen van de zelfredzaamheid, dat wat iemand zelf kan, dat diegene het ook zelf moet gaan doen. De zorgverlener geeft aan dat niet alleen zij maar ook de andere zorgverleners dit gaan bevorderen. Mevrouw geeft daarna aan, dat het altijd wordt gedaan door de zorgverleners van de thuiszorg en dat ze het nu echt niet zelf gaat doen. Mevrouw vind het belachelijk en toont behoorlijk wat weerstand. De zorgverlener zag op dit moment geen uitweg en heeft de kleding van mevrouw uitgedaan en mevrouw is helemaal door de zorgverlener gewassen. Mevrouw Janssen heeft naast hulp bij lichamelijke verzorging ook hulp bij de administratie nodig. Dit werd eerst door dochter Rita (48) Rita komt de laatste tijd minder vaak langs, omdat ze steeds meer in conflict raakte met haar moeder. Ze kreeg veel commentaar van haar moeder en steeds vaker kwam de opmerking 'niemand helpt mij, ik moet alles alleen doen'. Dit was Rita helemaal beu. Via de thuiszorg is het maatschappelijk werk ingeschakeld, om via gesprekken na te gaan welke mogelijkheden er zijn voor het doen van de administratie. De maatschappelijk werker wil met mevr. Janssen in gesprek over de stand van zaken betreffende de administratie, de dochter en het netwerk.

Page 11: Handboek Workshop: ‘Voorkomen van weerstand’files.michelle-de-kort.webnode.nl/200000047-41f3242f54/Handb… · Web viewHet handboek moet worden ingeleverd (digitaal en op papier)

2.1.2. De kernvraag.Vanuit de casus zijn we op een belangrijke kernvraag gekomen, de vraag die door middel van literatuurstudie voor de workshop beantwoord kan worden. Vraag gericht op het voorkomen van weerstand:

o Hoe kunnen we als zorgverlener weerstand voorkomen die mogelijk ontstaat bij het bevorderen van het zelfmanagement van de cliënt?

2.1.3. De doelstellingen.Met het in elkaar zetten en het geven van de workshop willen we ook een aantal doelen bereiken:

o Na afloop van de workshop weten de deelnemers van de workshop te vertellen wat weerstand inhoud.

o Na afloop van de workshop weten de deelnemers van de workshop te vertellen waar weerstand aan te herkennen is.

o Na afloop van de workshop weten de deelnemers van de workshop te vertellen wat de oorzaken kunnen zijn van weerstand.

o Na afloop van de workshop weten de deelnemers van de workshop te vertellen wat het model van gedragsverandering inhoudt.

o Na afloop van de workshop weten de deelnemers van de workshop te vertellen hoe men weerstand die mogelijk ontstaat bij het bevorderen van zelfmanagement kan voorkomen.

o Na afloop van de workshop weten de deelnemers van de workshop te vertellen wat men in het geval er wel weerstand ontstaat kan doen om er op een goede manier mee om te gaan.

Pagina 11

Page 12: Handboek Workshop: ‘Voorkomen van weerstand’files.michelle-de-kort.webnode.nl/200000047-41f3242f54/Handb… · Web viewHet handboek moet worden ingeleverd (digitaal en op papier)

2.2. ‘’Voorkomen van weerstand’’ i.r.t. Active Ageing.Letterlijk betekend Active Ageing actief ouder worden. ‘’Actief ouder worden betekent dat we lang gezond blijven, als volwaardig lid van de samenleving blijven meetellen, voldoening blijven vinden in ons werk en in het dagelijks leven zo min mogelijk op anderen zijn aangewezen.’’ (Europees jaar voor actief ouder worden, 2013)

De vraag die centraal staat tijdens deze minor en betrekking heeft op Active Ageing is:‘’op welke geïntegreerde wijze kunnen we - interdisciplinair en vertrekken vanuit de individuele behoeften van de ouder wordende mens in al zijn leefgebieden - er toe komen dat de ouder wordende mensen in al zijn leefgebieden - er toe komen dat de ouder worden mens zo lang mogelijk onafhankelijk en zelfstandig kan blijven met een goede kwaliteit van leven.’’ (kies op maat, 2012)Het blijft een verlangen van de meeste ouderen om zo lang mogelijk in de eigen vertrouwde thuissituatie te blijven wonen. Ook de overheid heeft belang om dat te stimuleren, omdat intramurale zorg veel duurder is dan extramurale zorg. Vanuit de overheid wordt ook gezien dat mantelzorgers ook veel taken van de thuiszorg over kunnen nemen. Sommige taken die door de thuiszorg worden uitgevoerd kunnen gedeeltelijk ook heel goed gedaan worden door de client zelf. Dat is ook goed voor de zelfredzaamheid van de cliënt Als men dat dan aangeeft bij de client kan er weerstand ontstaan. Cliënten kunnen bijvoorbeeld aangeven dat men altijd helemaal werd gewassen, werd uitgekleed, etc. De relatie met Active Ageing is dan ook dat door de principes van Active Ageing weerstand kan ontstaan. Mensen moeten wennen aan de nieuwe kijk op de zorg, omdat ze daar niet aan gewend zijn. Het is belangrijk om die weerstand die mogelijk ontstaat te voorkomen.

Active Ageing (actief ouder worden).

Mogelijk weerstand vanuit de cliënten.

VOORKOMEN IS BETER DAN

OMGAAN MET!

Pagina 12

Page 13: Handboek Workshop: ‘Voorkomen van weerstand’files.michelle-de-kort.webnode.nl/200000047-41f3242f54/Handb… · Web viewHet handboek moet worden ingeleverd (digitaal en op papier)

3. inhoud workshop

3.1. Wat weerstand nu eigenlijk is. Weerstand lijkt op bezwaar. Bezwaar is echter een onderdeel van ambivalentie (ik wil wel, ik wil niet) en hangt samen met het veranderdoel. Weerstand is de tegendruk die een cliënt kan bieden als er door een ander ongewenste druk wordt uitgeoefend. Weerstand staat verandering in de weg dus de professional heeft als doel om mogelijke weerstand te voorkomen en anders zoveel mogelijk te verminderen. Weerstand geeft aan dat de werkrelatie tussen cliënt en professional nog niet goed genoeg is. Er is dan sprake van een gebrek aan aansluiting. Weerstand is de ‘reflex’ waarmee mensen reageren als zij ervaren dat er druk op hen wordt uitgeoefend, iets tegen hun zin moeten doen, of als ze zich niet erkend en gehoord voelen. Weerstand wil overigens niet zeggen dat de persoon moeilijk is maar dat de interactie tussen mensen moeilijk is. Een groot misverstand over weerstand is dat het werd/ wordt gezien als een teken van tegenwerken/ ontkennen van het probleem door de cliënt (Ven, van der & Goijarts,2012).

Verandering kan mogelijk weerstand met zich meebrengen. Daarom is het van belang om samen met de ander te kijken naar de motivatie van een persoon. Er zijn twee soorten motivatie: interne motivatie en externe motivatie. Interne motivatie (intrinsiek) gaat vaak over persoonskenmerken, aangeleerde zaken of invloeden van de eigen levens geschiedenis. Externe motivatie (extrinsiek) gaat meer over de reactie van de omgeving, waardering of afkeuring van de ander en aandacht voor geboekte resultaten. De beste motivatie kan worden gezien als een goed evenwicht (balans) tussen zowel intrinsieke als extrinsieke motivatie.Intrinsieke motivatie:

Mensen werken vanuit zichzelf; Mensen handelen zonder tussenkomst van andere personen en factoren; Mensen worden van binnenuit geprikkeld tot handelen.

Extrinsieke motivatie Mensen werken omdat ze door iets buiten henzelf worden aangezet; De bron van handelen is gelegen in factoren die buiten de persoon liggen; Mensen worden van buitenaf geprikkeld (Hendrikse, 2012).

3.2. Waar weerstand aan te herkennen is.Weerstand kan verschillende vormen aannemen:

Tegenspreken, de cliënt wekt de indruk iets niet te begrijpen en gaat argumenteren(ja maar en nee want).

Onderbreken van het gesprek, niet willen luisteren of iets niet willen aannemen wat de ander zegt.

Overnemen van het gesprek, leiding willen nemen, de ander willen overrulen. Van onderwerp veranderen, niet verder in willen gaan op de vraag en over iets anders

beginnen, aandacht van het onderwerp afhalen. Schijnbaar meewerken, subtiele wijze, ja en amen zeggen om van het gezeur af te willen zijn. Zwijgen, armen over elkaar en niet meer reageren, non-verbaal wel en verbaal niet reageren

(van der Ven & Goijarts, 2012).

Weerstand voor veranderingen bestaat uit drie dimensies: affectie, cognitie en gedrag (Oreg, 2003). Affectie staat voor het gevoel dat een persoon heeft bij de verandering. Denk hierbij aan boosheid of angst voor de verwachte gevolgen van de verandering. Het cognitieve component slaat op hoe een persoon denkt over de verandering. Iemand kan bijvoorbeeld denken dat het een belachelijk idee is, een compleet verkeerde beslissing of zelfs dat de geïnitieerde verandering niet haalbaar is. De derde component, gedrag, is het resultaat van hoe iemand in het geheel tegenover de verandering staat.

Pagina 13

Page 14: Handboek Workshop: ‘Voorkomen van weerstand’files.michelle-de-kort.webnode.nl/200000047-41f3242f54/Handb… · Web viewHet handboek moet worden ingeleverd (digitaal en op papier)

Men heeft ook nog twee vormen van weerstand: actieve weerstand en passieve weerstand. Actieve weerstand houdt in: een kritische blik, op zoek naar fouten die worden gemaakt en mensen van deze fouten beschuldigen, mensen belachelijk maken, laten leiden door angst, feiten verdraaien, ondermijnen van gezag, saboteren, intimideren en manipuleren. Passieve weerstand houdt in: ja zeggen en nee doen, neiging tot uitstellen, falen in afgesproken activiteiten, langzaam werken, doen alsof ze iets niet horen of begrijpen, informatie achterhouden en niet alles vertellen. Passieve weerstand wordt wel als de meest ‘ gevaarlijke’ gezien, omdat het minder goed kenbaar is. Er is dus minder goed mee te werken en het is minder duidelijk (Mulder, 2012).

3.3. Wat de (mogelijke) oorzaken van weerstand zijn. Weerstand kan afkomstig zijn van systemen, bijvoorbeeld rechts- of gezondheidszorgsysteem. Ook kan het ontstaan, tijdens/door de werkrelatie met een professional. In de volgende situaties is de kans op weerstand groter:

Er is een verschil tussen de doelen/belangen van de cliënt en die van de professional. Bijvoorbeeld als een persoon wordt gedwongen om op te komen dagen.

Er is herhaalde mislukking, teleurstelling en/of onmacht vanuit de cliënt. Echter vooruitgang/verbetering blijft uit en deze ervaringen stapelen zich op.

Er kan een maatschappelijke afkeuring zijn ten opzichte van het te veranderen gedrag. Bijvoorbeeld als de hulpverlener al niet achter de cliënt staat en dit in het traject duidelijk laat merken.

Cliënt heeft wantrouwen tegenover de professional door dementie of psychische stoornis. Weerstand kan ook ontstaan doordat de een de ander wil overtuigen, er een (verborgen) oordeel is over de ander, kruisverhoor inzet in plaats van nieuwsgierig te zijn, er geen echte belangstelling is, er teleurstelling in de ander optreed, het tempo te hoog ligt, of er ongewenste/ongevraagde oplossingen worden genoemd (Schop, Jaartal onbekend).

Volgens Rosabeth Moss Kanter zijn er 10 veel voorkomende oorzaken van weerstand:1. Verlies van controle: Verstoord gevoel in eigen autonomie en zelfbeschikking. Men heeft niet

zelf gekozen voor de verandering, men heeft zelf geen keuze kunnen maken. 2. Te veel onzekerheid: Het onbekende tegemoet gaan en verminderd gevoel van veiligheid.

Mensen blijven liever ongelukkig dan dat ze het onbekende tegemoet gaan. 3. Element van verassing: Als mensen opeens geconfronteerd worden met beslissingen,

zonder tijd om aan het idee te wennen of noodzakelijke maatregelen te nemen kan weerstand ontstaan.

4. Alles lijkt anders: Wijzigingen kunnen oncomfortabel zijn en leiden tot verwarring van mensen. Mensen zijn ‘’gewoontedieren’’.

5. Gezichtsverlies: Waardigheid willen behouden, moeite met loslaten van het verleden en de zekerheid die er was.

6. Zorgen over competenties: Niet dom willen zijn, de ‘kan ik dat wel’ vraag aan zichzelf stellen. Twijfels over juiste kennis en vaardigheden, faalangst hebben.

7. Meer werk: Verandering betekent meer werken meer input. Dit kan weer leiden tot meer obstakels en verlies aan motivatie.

8. Rimpeleffecten: Verandering zorgt voor beweging. Deze beweging heeft gevolgen voor een persoon en het leven daaromheen.

9. Ressentimenten uit het verleden: Haat en/of wrok kunnen een rol spelen. Bij veranderingen kunnen gevoelens uit het verleden een rol gaan spelen en dit kan verandering lastiger maken.

10. Soms is het echt een bedreiging: Er kan tijdens veranderingen verslechtering optreden. Het is te moeilijk en te zwaar (Hendrikse, 2012).

Pagina 14

Page 15: Handboek Workshop: ‘Voorkomen van weerstand’files.michelle-de-kort.webnode.nl/200000047-41f3242f54/Handb… · Web viewHet handboek moet worden ingeleverd (digitaal en op papier)

3.4. Hoe je als professional (mogelijke) weerstand kunt voorkomen.Er is door Carl Rogers een basis gelegd in de gespreksvoering (Rogeriaanse counselingtechnieken) Deze basis brengt de vaardigheden van de cliëntgerichte gespreksvoering tot uiting. Deze basisgesprekstechniek is gebaseerd op empathie, exploratie, begrip en steun. Het hoofddoel is om op een positieve manier in contact met de ander te komen en te blijven. De basistechniek heeft vier elementen, samen ook wel ORBS genoemd:

Open vragen stellen Reflecteren Bevestigen Samenvatten

De specifiek uitgelichte gesprekstechnieken om weerstand te voorkomen en hanteren zijn: Reflectief luisteren, dit is empatisch, inlevend en actief luisteren. Kunnen achterhalen

wat echt belangrijk is voor de cliënt. Het is een uitspraak en geen vraag. Reflectie is belangrijk voor de relatiebevordering, toetsen, ordenen en verhelderen, richting geven, versterken en ontwapenen.

Blikrichting veranderen, gesprek kan wending of sfeer krijgen die verder tot niets leidt, dan de druk van de ketel halen door op een onderwerp te schakelen dat minder confronterend is voor de ander. Een nieuw thema benoemen dat emotioneel minder zwaar beladen is.

Keuzevrijheid benadrukken, duidelijk maken aan de cliënt dat deze beslist, verantwoordelijk is en zelf aan het stuur staat.

Naast de cliënt gaan staan, als professional aansluiten en erkennen waar de cliënt op een bepaald moment staat. Situatie kunnen zien vanuit het perspectief van de ander. (Ven, van der & Goijarts, 2012)

3.5. Model van gedragsverandering. Het model van de stappenreeks geeft aan welke stappen de cliënt doorloopt, om tot ander gedrag te komen: openstaan, begrijpen, willen, kunnen, doen en blijven doen. De stappenreeks is een hulpmiddel voor een procesmatige aanpak van voorlichting en begeleiding. Met de stappenreeks kunnen zorgverleners zien in welke fase de cliënt zich bevindt en welke aandachtspunten daarbij belangrijk zijn. (Moons, 2011)

Openstaan: Openstaan is de eerste stap naar blijvende gedragsverandering. Het verwijst naar de bereidheid om via gedachten te wisselen over de gezondheid en naar oplossingen te zoeken. De zorgverlener zorgt bij deze stap voor gunstige voorwaarden voor een open gesprek. Ze zorgt voor een geschikte ruimte en voor voldoende privacy. Ze maakt contact, geeft persoonlijke aandacht en toont empathie. Ze communiceert op basis van een samenwerkingsrelatie, peilt behoeften en vragen, is alert op emoties en biedt daar ruimte voor. In overleg met de cliënt wordt er een gespreksagenda opgesteld.

Begrijpen: Deze stap omvat het opnemen en onthouden van informatie. Het gaat om informatie die cliënten kan helpen om de situatie te begrijpen en er beter mee om te kunnen gaan. De meeste cliënten willen graag informatie. Weten wat er aan de hand is of wat er gaat gebeuren, dat maakt de situatie beter hanteerbaar. Het is belangrijk dat zorgverleners informatie geven die belangrijk en bruikbaar is en dat er ook concrete informatie wordt gegeven. Ook is het belangrijk dat er begrijpelijke informatie wordt

Pagina 15

michelle, 26-09-13,
Ik denk dat het slim is om dit stuk wat te veranderen, aan te vullen en vooral in te gaan op motiverende gespreksvoering. Hier kun je vanalles over vinden op internet maar weet niet goed hoe ik het in moet passen, of misschien moet deze tekst wel helemaal weg??? Onder motiverende gespreksvoering valt namelijk ook open vragen stellen, reflecteren etc… Karin, misschien kun jij hier wat mee, met de boeken interactieve vaardigheden voor verpleegkundigen ofzo??
michelle, 26-09-13,
Karin is dit stuk duidelijk genoeg, dit zal jij namelijk ook wel gehad hebben in het tweede leerjaar. En dan vooral omdat onze workshop gaat over het voorkomen en dan gericht op zelfmanagement.
Page 16: Handboek Workshop: ‘Voorkomen van weerstand’files.michelle-de-kort.webnode.nl/200000047-41f3242f54/Handb… · Web viewHet handboek moet worden ingeleverd (digitaal en op papier)

gegeven. Dat wil zeggen dat er begrijpelijke taal wordt gebruik en dat de informatie moet worden beperkt, opgedeeld in kleine stukjes. Daarbij komt ook dat informatie beklijvend moet zijn. Dat wil zeggen dat de zorgverleners er ook voor moeten zorgen dat de informatie wordt onthouden door de cliënt door een logische volgorde aan te nemen, door samenvattingen en herhalingen.

Willen: Bij deze stap gaat het om de bereidheid van de cliënt om het probleem aan te pakken. Er zijn drie factoren die de stap willen bepalen: attitude, sociale invloed en effectiviteit. Attitude verwijst naar denkbeelden en verwachtingen over bijvoorbeeld de uitkomst van de gedragsverandering. De cliënt weegt de voor- en nadelen af van het eigen gedrag. Sociale invloed geeft de steun of druk uit de directe omgeving aan, van mensen die voor de cliënt belangrijk zijn. De steun kan bestaan uit gedeeld gedachtegoed, uit praktische of emotionele steun. Eigen effectiviteit is het vertrouwen in het eigen kunnen. Die wordt vooral bepaald door ervaringen en door voorbeeld gedrag van relevante anderen. Deze drie factoren brengen de stap willen tot stand. Het is bij deze stap belangrijk dat opvattingen en gevoelens erkend worden, dat er naar het belang om het gedrag te veranderen gevraagd wordt, dat de voor- en nadelen besproken worden (wat kost het en wat levert het op).

Kunnen: De stap kunnen omvat vaardigheden en barrières. Vaardigheden omvatten niet alleen handelingen, maar ook planning, communicatieve vaardigheden en probleemoplossende vaardigheden. Interventies die de zorgverlener hierbij toe moet passen zijn, instructie geven, rekening houdend met de leerstijl van de cliënt, in verschillende oefensituaties. Daarnaast moet de zorgverlener anticiperen op eventuele problemen die zich thuis kunnen voordoen, en daarbij bespreken met de cliënt hoe hij die kan oplossen. Zo wordt er ondersteuning geboden bij het leren uitvoeren van zelfmanagement.

Doen: Wanneer de bereidheid en vaardigheden aanwezig zijn, komt het aan op de stap doen: de cliënt gaat de vaardigheden of aanpak in zijn dagelijks leven, thuis, toepassen. De stap heeft betrekking op de korte termijn. Factoren die een rol spelen zijn: concrete afspraken, maatwerk en een duidelijk doel.

Blijven doen: Factoren die een rol spelen in de stap blijven doen, zijn het patroon van wel of niet volhouden, korte- en langetermijndoelen, feedback, voordelen van het gedrag, gedrag inbouwen in het dagelijks leven, zelfmanagement, omgaan met terugval en follow up. Positieve feedback versterkt het gedrag. Positieve feedback kan bestaan uit behaalde winst, complimenten van een ander of een andersoortige beloning(Terra, Mechelen-Gevers, Marieke, 2010).

Figuur 1: De stappenreeks.

Pagina 16

Page 17: Handboek Workshop: ‘Voorkomen van weerstand’files.michelle-de-kort.webnode.nl/200000047-41f3242f54/Handb… · Web viewHet handboek moet worden ingeleverd (digitaal en op papier)

3.6. De positieve kanten van weerstand.Het woord weerstand lijkt een negatieve lading te hebben, terwijl het juist een positieve bijdrage kan hebben voor het traject en de beoogde verandering(en). De cliënt geeft door weerstand te tonen aan het ergens niet mee eens te zijn. Als de professional dit ziet en ernaar weet te handelen, komt dit voor beide partijen juist het contact en de veranderingen ten goede. Communicatie, begrip, meebewegen en empathie zorgen voor een open en zo eerlijk mogelijke manier van omgaan met elkaar. Door weerstand te tonen, kan de cliënt mogelijk het volgende zeggen:

Je begrijpt me niet. Je gaat te snel. Ik voel me niet gehoord. Ik voel me niet gezien. Ik voel me niet begrepen. Ik wil dat je hiermee ophoudt. Dit werkt niet voor mij. Houd op met doordrammen. Ik wil hier niet zijn (Ven, van der & Goijarts, 2012).

Door dit te zeggen/aan te geven, geeft de cliënt zijn grenzen en wensen aan. Cliënt en professional houden rekening met de betekenis van de weerstand en de rol ervan in het traject. De spanning kan zorgen voor een meer kritische blik.

3.7. In het kort: hoe je het beste om kunt gaan met (mogelijke) weerstand. Het ontstaan van weerstand bij cliënten is niet altijd te voorkomen. Mocht er weerstand optreden, dan houdt de professional rekening met de:

Ambivalentie, dubbele gevoelens over gedrag (ik wil- ik wil niet) Discrepantie, afstand tussen huidig gedrag en gewenst gedrag.

Zonder discrepantie is er geen ambivalentie en hoe groter de discrepantie, hoe intenser de ambivalentie (Ven, van der & Goijarts, 2012).

Als professional moet je bij een cliënt met weerstand de reparatiereflex achterwege laten. Dat wil zeggen dat je de cliënt niet ziet als iets dat kapot is en gerepareerd moet worden. Aan de hand van de volgende vier principes kun je ontstane weerstand verminderen:

Druk empathie uit, aanvaarding maakt verandering mogelijk, luister reflectief, laat merken dat ambivalentie normaal is.

Ontwikkel discrepantie, de cliënt draagt argumenten voor verandering aan, verandering wordt gemotiveerd door discrepantie tussen huidig gedrag en gewenste situatie.

Ga mee met de weerstand, beweeg judo-achtig mee en accepteer de weerstand, vermijd discussie, bestrijd de weerstand niet en weerstand is een duidelijk signaal dat er een verkeerde aanpak is.

Ondersteun persoonlijke effectiviteit, de cliënt moet geloven dat verandering mogelijk is en is verantwoordelijk voor het veranderen van het eigen gedrag, de professional moet geloven dat de cliënt kan veranderen (Ven, van der & Goijarts, 2012).

4. Werkvorm workshop

Pagina 17

michelle, 26-09-13,
Aanvullen evt.??
Page 18: Handboek Workshop: ‘Voorkomen van weerstand’files.michelle-de-kort.webnode.nl/200000047-41f3242f54/Handb… · Web viewHet handboek moet worden ingeleverd (digitaal en op papier)

4.1. Beschrijving werkvorm.

4.2. Toelichting en onderbouwing werkvorm.

5. Conclusie

Pagina 18

Page 19: Handboek Workshop: ‘Voorkomen van weerstand’files.michelle-de-kort.webnode.nl/200000047-41f3242f54/Handb… · Web viewHet handboek moet worden ingeleverd (digitaal en op papier)

5.1. Wat is er onderzocht en waarom?

5.2. Welke methode is er gebruikt?

5.3. Conclusie.

6. Evaluatie

Pagina 19

Page 20: Handboek Workshop: ‘Voorkomen van weerstand’files.michelle-de-kort.webnode.nl/200000047-41f3242f54/Handb… · Web viewHet handboek moet worden ingeleverd (digitaal en op papier)

6.1. Taakverdeling.

6.2. Samenvatting.

6.3. Leerdoelen.

7. Bijlagen

Pagina 20

Page 21: Handboek Workshop: ‘Voorkomen van weerstand’files.michelle-de-kort.webnode.nl/200000047-41f3242f54/Handb… · Web viewHet handboek moet worden ingeleverd (digitaal en op papier)

8. Bronvermelding

Pagina 21

Page 22: Handboek Workshop: ‘Voorkomen van weerstand’files.michelle-de-kort.webnode.nl/200000047-41f3242f54/Handb… · Web viewHet handboek moet worden ingeleverd (digitaal en op papier)

Carrieretijger. (2011). Omgaan met weerstand. Verkregen op 22, september, 2013 van http://www.carrieretijger.nl/functioneren/professionele-vaardigheden/weerstand

Europees jaar voor actief ouder worden. (2013). Wat bedoelen we met actief ouder worden. Verkregen op 18, september, 2013 van http://europa.eu/ey2012/ey2012main.jsp?catId=971&langId=nl

Hendrikse, M. (2012). Tien redenen waarom mensen weerstand bieden aan verandering. Verkregen op 24, september, 2013 van http://www.penoactueel.nl/HR-Strategie/Algemeen/2012/10/Tien-redenen-waarom-mensen-weerstand-bieden-aan-verandering-PENO008835W/

Kies op maat. (2012). Minor Active Ageing. Verkregen op 18, september, 2013 van http://www.kiesopmaat.nl/modules/avans/AGZ/117024/

Moons, M. (2011). Van openstaan naar blijven doen. Verkregen op 26, september, 2013 van http://www.doenenblijvendoen.nl/pdf/Accredidact.pdf

Mulder, T. (2012). Herkennen, managen en waarderen van weerstand tijdens verandertrajecten. CRM Excellence. Groningen.

Schop, G. (jaartal onbekend). Weerstand. Verkregen op 24, september, 2013 van http://www.gertjanschop.com/praktijkcaseveranderen/2.2.4.-weerstand.html

Terra, B., Mechelen-Gevers, van, E., Burgt, van den, M. (2010) Patiëntenvoorlichting door verpleegkundigen. Elsevier gezondheidszorg derde druk. Amsterdam

Ven, van der & Goijarts. (2012). Motiverende gespreksvoering. Houten.

Pagina 22

michelle, 26-09-13,
Deze bronvermelding is niet helemaal juist, zie een naar boven dat is ook de bronvermelding van een boek.