inventor 2 les3

18
Inventor 2 – Cvo Heusden-zolder Blommaerts | peter INVENTOR 2010 INVENT, CREATE & ENJOY

Upload: peter-blommaerts

Post on 19-Feb-2016

223 views

Category:

Documents


0 download

DESCRIPTION

inventor cvohz les3

TRANSCRIPT

Page 1: inventor 2 les3

Inventor 2 – Cvo Heusden-zolder

Blommaerts | peter

INVENTOR

2010 INVENT, CREATE & ENJOY

Page 13: inventor 2 les3

[email protected] 12

Workplanes

Soorten

Plane

Dit is de standaard hier wordt de schets op gelegd.

om dit vlak te kunnen leggen kunnen we het slepen of leggen op een vlak van het origin, zie Deel 1.

We kunnen ook gebruik maken van schets onderdelen we hebben hier minimaal 3 punten voor nodig (een

stoel met 3 poten is het stabielste) of 1 lijn en een punt (lijn heeft 2 eindpunten) of 1 lijn en een vlak (deze

lijn moet dan raaklijn zijn aan vlak)

Vb.

Axis

Axis is een hulpmiddel vergelijkbaar met een lijn, een lijn kan enkel op een vlak getekend worden terwijl een

Axis kan lopen tussen 2 punten (hoekpunt schetspunt middelpunt enz..) van verschillende schetsen of

vlakken.

al heb je voor dat laatste 2 WorkPoints nodig.

Page 14: inventor 2 les3

[email protected] 13

WorkPoints

Deze punten kan je gebruiken om een Axis te maken je kan deze punten leggen op alle snijpunten.

Door de 2 lijnen en/of vlakken te selecteren wordt er op het snijpunt een Workpoint gecreëerd.

Page 15: inventor 2 les3

[email protected] 14

Samenstellen en animeren.

Instellen project.

Wanneer er op verschillende locaties wordt gewerkt aan een project is het handig dat alles op een stick

staat.

Zoals we een project tot nu toe hebben aangemaakt wordt alles wat zelf getekend is opgeslagen in de

project map (bv. Op usb-stick).

De onderdelen uit de bibliotheek worden echter op de pc opgeslagen waar de onderdelen worden

opgehaald.

Dit kunnen we vermijden door bij de opmaak van een project hier rekening mee te houden en in de project

map een bibliotheek map te maken.

Werkwijze

1. Projects selecteren.

2. project actief maken.

3. op plusje voor folder Options.

4. Content center files selecteren.

Page 16: inventor 2 les3

[email protected] 15

5. Edit selected item kiezen rechts van kader.

6. Browse klikken

7. Bladeren naar je stick naar het project en vervolgens een nieuwe map maken.

8. Nieuwe map “ bibliotheek “ noemen en zorgen dat deze geselecteerd is en op Ok.

9. Vervolgens op Done en op Ja om de verandering door te voeren.

10. Vanaf nu worden de bibliotheek elementen nodig voor het project opgeslagen in het project.

Page 17: inventor 2 les3

[email protected] 16

Animeren.

Onderdelen die in het echt moeten bewegen kunnen we ook in Inventor laten bewegen.

Deze bewegingen kunnen draaiend of rechtlijnig zijn of en combinatie van de 2.

Belangrijk is hierbij dat al de constraint goed zijn zodat de beweging mogelijk is zonder de samenstelling te

veranderen of stuk te doen.

We testen dit eerst zonder de “ contact solver “ vervolgens met.

Werkwijze

Rechtlijnig

Animatie werkt met de constraint die je aanmaakt om een onderdeel te blokkeren, je moet er dus niets voor

bijmaken.(in de meeste gevallen)

1. Selecteer een constraint die je wilt animeren.

2. Klik vervolgens Rechtse Muis Knop (RMK)

3. En selecteer Drive Constraint.

4. Hier kan je de verplaatsing ingeven bij start en

end.(doorgaans bij end uiteraard)

5. Door op play te drukken animeer je de verplaatsing.

Page 18: inventor 2 les3

[email protected] 17

Rotatie

Voor een roterende beweging moeten we met een hoek werken (360 graden 1 omwenteling).

Een hoek aanduiden met constraint op bijvoorbeeld 2 assen lijkt moeilijk we kunnen echter voor deze

hoeken aan te geven ook het origin of een workplane gebruiken.

Het kan dus zijn dat we deze nog moeten aanmaken (constraint en/of workplanes).

Aanmaken van een constraint hoek door middel van origin vlakken te koppelen.

1. Open de origin’s van de 2 te koppelen werkstukken.

2. Selecteer constraint en vervolgens Mate

3. Vervolgens selecteer je de overeenkomstige vlakken.

4. Deze komen nu tegen elkaar te liggen en kunnen niet meer

draaien tov elkaar.

5. Je kan nu 1 zo’n origin vlak koppelen aan het grondvlak maar

nu niet met MATE maar met ANGLE .

6. Je kan nu een hoek ingeven Bv. 0 graden.

7. Wanneer je deze nu met drive constraint gaat animeren kan je bv. als hoek 3600 ingeven voor 10

omwentelingen.

8. door op play te drukken animeer je vervolgens een rotatie.

Slider

Sommige onderdelen moeten” zelfgelijdend “zijn, met andere woorden vrij zijn van constraint maar toch

beperkt in beweging.

Voorbeeld hiervan de SLIDER van de zuigermotor, die zit vast aan de ZUIGERS. Maar de KNOP zorgt ervoor

dat de SLIDER beweegt (KNOP rond draaien SLIDER rechtlijnig).

We gebruiken hiervoor de TANGENT constraint.