nommer 6

28
In dit nummer o.a. Maria van der Hoeven ontmoet Siem Jansen 6 Food Future focust op innovatie 10 Globalisering biedt kansen 12 Op weg naar slimmere, efficiëntere energienetten 18 Investeringen bevorderen = klantgericht werken 22 Ondernemers doen Flinc 27

Upload: nv-nom

Post on 06-Apr-2016

220 views

Category:

Documents


1 download

DESCRIPTION

NOMMER is een magazine van N.V. NOM en speciaal bedoeld voor relaties en iedereen die geïnteresseerd is in de activiteiten van de investerings- en ontwikkelingsmaatschappij voor het Noorden. NOMMER is open, toekomst en resultaatgericht en beschrijft de economische ontwikkelingen, de ondernemingsgeest, en het leven en werken in Groningen, Friesland en Drenthe.

TRANSCRIPT

Page 1: NOMMER 6

In d

it n

umm

er o

.a. M

aria

van

der

Hoe

ven

ontm

oet S

iem

Jans

en 6

• F

ood

Futu

re fo

cust

op

inno

vatie

10

G

loba

liser

ing

bied

t kan

sen

12 •

Op

weg

naa

r slim

mer

e, e

ffici

ënte

re e

nerg

iene

tten

18

• In

vest

erin

gen

bevo

rder

en =

kla

ntge

richt

wer

ken

22 •

Ond

erne

mer

s do

en F

linc

27

Page 2: NOMMER 6

Delenenloslaten

Siem Jansen

[email protected]

Op de cover en in het hart van deze NOMMER onze minister van

Economische Zaken, tevens aandeelhouder. Wij waren benieuwd

naar de opvatting van de minister over de ontwikkeling van Noord-

Nederland en de betrokkenheid van Economische Zaken daarbij. Juist

nu we aan de vooravond staan van verandering: de forse afslanking

van alle overheden.

Dat is niet alleen een financiële kwestie. Wat betekent dat voor

het economisch beleid in z’n algemeenheid, en Noord-Nederland en

de NOM in het bijzonder? Ik kijk daar optimistisch tegenaan. Ik ben

er namelijk van overtuigd dat het niet zozeer een kwestie van geld is,

maar veel meer van organisatie. Het maakt creativiteit los.

Hoewel niet expliciet geeft de minister aan dat zij door wil gaan met

het huidige, weliswaar aangescherpte, regionale beleid. Als we dat

waar willen maken komt het erop aan om bestaande ‘koninkrijken’ hun

werkzaamheden anders en efficiënter te laten organiseren. Zeker bij de

overheden zelf. De minister geeft daarvan voorbeelden. Onder andere

de NOM kan daarin als een shared service centre voor de uitvoering van

economisch beleid in het Noorden opereren. Bundeling en anders orga-

niseren van de uitvoeringstaak op economisch terrein door overheden

hoeft dan niet tot verlies aan slagkracht te leiden.

Is dat preken voor eigen parochie? Wellicht, maar in de praktijk zie

ik zoveel mogelijkheden. Alleen … dat vereist een houding van delen

en loslaten. Delen van kennis en menskracht en het loslaten van het

adagium dat je alles zelf moet doen. Vooral dit laatste is iets waarin

overheden goed zijn. De zelfbewustheid die we in het Noorden steeds

uitspreken wordt dan in daden omgezet.

En dat is, weliswaar in een korte tussenzin, een van de boodschappen

die onze minister aan het Noorden meegeeft. Moet je met minder geld

toe en wil je toch dezelfde return on investment, dan moet je de organi-

satie omgooien. Let’s go for it.

Page 3: NOMMER 6

INVESTEREN IN ONTWIKKELING

I N H O U D

Aan het woord

Coverstory

Ambities

Internationaal

Participaties

Uitdaging

Gesprek

Successen

2

6

10

12

16

18

22

27

Siem Jansen preekt voor eigen parochie

Vragen, vragen en nog eens vragen aan Minister van der Hoeven

Food Future creëert kansen in de keuken van Noord-Nederland

Connect International: hulp bij buitenlandse zaken

Financiële steun, advies en klankborden: 3 bedrijven, 3 verhalen

Een opwekkend verhaal over kansen in de energie: Smart Grids

Sander Oosterhof wil weten wat de ondernemer drijft

Drie ondernemers hebben écht Flinc gedaan

En verder … Nommer-shop 4 • Innoveren en nadenken door Peter

van der Klok 5 • NOMMER Errit Bekkering 25 • nom.nl 26

10 12

18 6

Page 4: NOMMER 6

4

NOMMER is een magazine van N.V. NOM en

speciaal bedoeld voor relaties en iedereen die

geïnteresseerd is in de activiteiten van de

investerings- en ontwikkelingsmaatschappij

voor het Noorden. NOMMER is open, toekomst-

en resultaatgericht en beschrijft de economische

ontwikkelingen, de ondernemingsgeest, en het leven

en werken in Groningen, Friesland en Drenthe.

Verspreiding: gratis onder alle relaties van N.V. NOM.

Redactie: Communicatie N.V. NOM, Manisch Creatief.

Eindredactie: Annemarie Atema, [email protected].

Idee, art direction en realisatie: Manisch Creatief.

DTP/pre-press: SYL dtp & vormgeving.

Tekstbijdragen: Annemarie Atema, Errit Bekkering,

Manisch Creatief, Folkert van der Glas, Maria van

der Hoeven, Tjeerd Homsma, Siem Jansen, Peter van

der Klok, Rudy Noordenbos, Volker de Vogel, Cees

Verhagen, Lolle Wijnja en Roel Wiewel.

Fotografie: Stijntje de Olde (cover), stock, archief NOM.

Drukwerk: Grafische Industrie De Marne.

Oplage: 3.000 exemplaren.

Rechten: Niets uit deze uitgave mag worden overgenomen,

vermenigvuldigd of geproduceerd zonder schriftelijke

toestemming van de N.V. NOM of andere auteursrecht-

hebbenden. Alle gegevens zijn onder voorbehoud, en er

kunnen geen rechten aan worden ontleend.

NOMMER is een uitgave van N.V. NOM,

Investerings- en Ontwikkelingsmaatschappij

voor Noord-Nederland.

Paterswoldseweg 810, Groningen.

Telefoon (050) 521 44 44, www.nom.nl.

Cover: Minister Maria van der Hoeven en Siem Jansen

na de bijeenkomst Fryslân Innoveert in Leeuwarden.

Februari 2010

Nommer-Shop

Je lippenglimmen ervan!

Snel bellenvoor een mobiellader!

Jazeker, dat heb je na het gebruik van

deze heerlijke NOM-lippenbalsem.

De testresultaten na gebruik onder

zo’n 50 NOM-medewerkers zijn:

volle, gladde, goed beschermde en

gezonde lippen! Okee, die wil je

dus hebben, die lippenbalsem.

Zo te regelen door te bellen

naar of mailen met uw

NOM-contactpersoon.

Gewoon doen!

Daar sta je dan. Midden in een

belangrijk telefoongesprek is

de batterij leeg. Vergeten een

nachtje aan de lader te hangen.

Gewoon rustig blijven en diep

inademen. Immers, u heeft

de mobiellader van de

NOM bij de hand: snel

opladen en bellen maar

weer. Klitsklatsklander!

Te bestellen door een mail

te sturen naar [email protected].

Kosten: geen. Want we willen

natuurlijk wel dat u dat belang-

rijke telefoontje kunt afmaken.

Page 5: NOMMER 6

5

FINN (Fijnmechanische Industrie Noord-Nederland) viert dit jaar haar

30-jarig jubileum! FINN houdt zich bezig met engineering en het op

maat leveren van hoogwaardige precisie-onderdelen voor industriële,

medische en defensietoepassingen. In 30 jaar zijn we uitgegroeid naar

een aantal bedrijven. En dit alles vanuit ons kantoor in Stadskanaal.

Immers: kansen zijn er voor iedereen, als je maar wilt innoveren én

nadenken.

En dat heeft FINN zeker gedaan de afgelopen jaren. Omdat we

veel kennis hebben op het gebied van engineering, hebben we in de

loop der jaren heel veel producten ontwikkeld en gepatenteerd, zoals

de klapschaats, de Skeleton-slee, inline skates, het roeisysteem en de

klapski. We zijn echter verder gaan denken, buiten dit productsegment

om. Vasthouden aan je core business is mijns inziens niet noodzakelijk.

Maar wel: blijven innoveren én nadenken met een brede blik. Zo kwa-

men we op energie, vanuit de gedachte dat we hier veel te veel voor

betalen (zoals voor bijna alles in Nederland, maar dat is weer een ander

onderwerp). Voor het verwarmen van bedrijfsgebouwen en woningen

hebben we de Outdoor Boiler geïntroduceerd. Deze gebruikt hout als

brandstof. En dat betekent circa 80% lagere energiekosten. In de loop

van 2010 hopen we de HGM-motor te introduceren, deze motor zet rest-

warmtestromen om in elektrische energie. De elektrische energie kost

met de HGM maar een fractie van de huidige kosten!

Voor ons bedrijf TCE Gofour (Technology Center Europe) hebben

we een breed pakket aan brandstof- en emissiebesparende oplossingen

ontwikkeld. De AeroFinn wordt inmiddels in personenauto’s, schepen en

vrachtauto’s ingebouwd en levert een brandstofbesparing op tussen de

5% en 25% en een emissiereductie tot 96%. Met het Gofour-product-

pakket hopen we de wereldmarkt te veroveren. Inmiddels zijn de eerste

vestigingen in de USA gestart.

FINN haalt voor circa 20% zijn omzet uit Noord-Nederland en circa

55% komt uit de USA, de rest uit Duitsland, Ierland en Zwitserland.

Gezien onze marktpartijen zijn we blij in het Noorden te zitten. En qua

naam kunnen we niet anders, anders zouden we FINN in FIZN of zo

moeten wijzigen.

Conclusie: zoek naar uitdagingen en bedenk nieuwe producten!

Tip van de dag: laat iedereen die je inhuurt of mee laat werken aan je

nieuwe product, tekenen dat ze nooit enig recht van industrieel eigen-

dom zullen vestigen, want voor je het in de gaten hebt, gaan derden

rechten claimen.

I N V E S T E R E N I N O N T W I K K E L I N G

INNOVEREN ÉN

NADENKEN MET

EEN BREDE BLIK

Peter van der Klok

directeur FINN BV en TCE Gofour BV

[email protected]

Page 6: NOMMER 6

6

1) Hoe ziet u, na 35 jaar NOM en de

recente economische crisis, de rol van

de NOM in de komende jaren?

‘De kracht van de NOM ligt wat mij

betreft in haar kennis van het bedrijfs-

leven. Van daaruit kan de NOM een

belangrijke rol blijven spelen in het

aanjagen van projecten. Dus bedrijven

helpen om kansen te pakken. Ook de

rol die de NOM speelt in het aantrek-

ken van investeringen en bedrijven is

belangrijk. De komst van complemen-

taire bedrijven in de regio’s versterkt de

bekendheid en de innovatiekracht van

de clusters. De gezamenlijke focus op

sterkten vind ik daarbij van groot be-

lang: die focus heeft de afgelopen jaren

tot goede resultaten geleid. Verder kan

de NOM een rol spelen in regionale

versnellingsagenda’s.’

2) Het piekenbeleid is in Noord-

Nederland succesvol. Langzamerhand

ontstaan er steeds meer robuuste

projecten waarin nieuwe technologieën

door bedrijven samen met kennispart-

ners worden ontwikkeld. In de meeste

gevallen op de snijvlakken van meer-

dere pieken. Heeft het Ministerie van

Economische Zaken voldoende tijd om

deze projecten tot wasdom te laten

komen? Of dwingt de dynamiek van

beleidsmakers (in Europa, in Nederland)

tot het kiezen van nieuwe pieken en

sleutelgebieden?

‘Voor continuïteit van een individueel

project zijn bedrijven en kennisinstel-

lingen uiteraard allereerst zelf verant-

woordelijk. Waar het gaat om de rol

van de overheid is continuïteit van

beleid belangrijk. De gezamenlijke

focus moet natuurlijk niet elke vier

jaar een andere kant op wijzen. >

CoverstoryInterview metMinister Van der Hoeven

Page 7: NOMMER 6

I N V E S T E R E N I N O N T W I K K E L I N G

7

We moeten wel goed blijven kijken naar wat de beste

weg is om die pieken tot wasdom te laten komen en de

gestelde ambities te halen.

Juist om continuïteit te garanderen, kan het voor het

uitbouwen van de eigen kracht wenselijk zijn om met

andere bedrijven en andere overheden krachten te bun-

delen en zo tot nog meer gezamenlijke focus en massa te

komen. Niettemin kunnen er zich, al dan niet binnen de

pieken of sleutelgebieden, interessante nieuwe ontwikke-

lingen voordoen waarvoor we als overheid de ogen niet

willen sluiten.’

3) Wat zijn uw ideeën om te komen tot een winstgevende,

duurzame economie en hoe verhoudt zich dit tot het

piekenbeleid?

‘Ik zet in op drie fronten: allereerst door te sturen op

goede algemeen economische voorwaarden voor on-

dernemen en werken in Nederland. Ik denk daarbij aan

goede marktwerking, vennootschapsbelasting, regelingen

voor kenniswerkers, octrooi- en faillissementswetgeving,

enzovoort. Daarnaast zet ik breed in op innovatie via

regelingen waar het gehele bedrijfsleven gebruik van kan

maken. Innovatie is zowel een antwoord op de wereld-

wijde concurrentiestrijd, als voor meer duurzame wijzen

van productie.

Tenslotte voer ik nog specifiek beleid voor sterke secto-

ren; de sleutelgebieden en pieken. Om op dat interna-

tionale toneel mee te kunnen blijven spelen, moeten we

blijvend innoveren. Dat vergt een gezamenlijke inspan-

ning van bedrijven, kennisinstellingen en overheden.

Daarnaast zet ik er vanuit de maatschappelijke innova-

tie-agenda’s op in om de innovatiekracht van het be-

drijfsleven te gebruiken om maatschappelijke problemen

op te lossen. Daar komen bijvoorbeeld mijn innovatie-

agenda energie en de maatschappelijke innovatie-agenda

water vandaan, om maar twee relevante voorbeelden te

noemen voor Noord-Nederland.’

4) Het Innovatie Platform zet onder andere in op producti-

viteitsverbetering van het Nederlandse MKB. Haar ambitie

is om de komende jaren 10.000 MKB-bedrijven hierover

te adviseren. De NOM, Syntens, Kamer van Koophandel

en TCNN hebben hiervoor een project opgezet (Slimmer

Werken 8.nl) om deze ambitie in Noord-Nederland te rea-

liseren. Hoe belangrijk vindt u productiviteitsverbetering

voor het (Noord-)Nederlandse bedrijfsleven? >

Al langer op ons wensenlijstje

en in de eerste NOMMER van 2010

werkelijkheid: een interview met

Minister Van der Hoeven. De interne

mail: ‘Wat zou jij onze minister

willen vragen?’ leverde een scala

aan onderwerpen op. Dat bete-

kende schrappen en keuzes maken.

Een luxeprobleem. Hierbij dan de

gekozen vragen plus de antwoor-

den uit Den Haag.

Page 8: NOMMER 6

8

om energie op te wekken uit het spanningsverschil tus-

sen zoet en zout water. Dat vind ik internationaal zeer

aansprekend, ook al omdat deze technologie inzetbaar

zou zijn op veel plekken in de wereld. Ook dat is weer

een vrucht van de kennis uit Wetsus en initiatief van

regionale ondernemers.

Een ander succes vind ik de Eemshaven, waar het haven-

bedrijf, het Rijk en de regionale overheden, de chemie-

en de energiesector samen de condities creëren voor het

ontstaan van een echte energiehaven voor gas, LNG

en andere nieuwe gassen en het opslaan en vooral ook

hergebruiken van CO2.’

6) Stel mevrouw Van der Hoeven, u bent stadhouder

van Noord-Nederland,

a) Welke economische kansen voor het noorden zou

u willen uitbuiten en hoe zou u dat in Den Haag

proberen te realiseren?

‘Ik zou doorpakken op de internationaal onderschei-

dende sterkten die we gezamenlijk in de afgelopen jaren

verder hebben gebracht. Maar ik daag het Noorden uit

over die successen nog luider te komen vertellen in Den

Haag.’

b) Op welke wijze zou u de aardgasreserves en de energie-

kennis in het noorden ‘te gelde’ maken in Den Haag, maar

ook op de wereldmarkt?

‘De aardgasreserves zijn landelijke reserves en de op-

brengsten daaruit moeten we vooral voor goede projec-

ten inzetten die de economie blijvend versterken, ook als

straks de gasvoorraad afneemt; het gaat erom dat geld te

investeren in de toekomst.

Sterke projecten die daar in het Noorden uit gefinancierd

zijn, zijn bijvoorbeeld de uitdieping van de vaargeul

Noordzee-Eemshaven die bijdraagt aan de positie van

Nederland als elektriciteitsleverancier en als voorname

speler op de gasrotonde, het watertechnologische topin-

stituut Wetsus, of het project Lifelines.

Voortbouwend op de gaskennis vind ik het ook belangrijk

dat we investeren in een goede toekomstige positie van

Noord-Nederland als gasland. Daarom heb ik 10 miljoen

geïnvesteerd in het project EDGaR dat een goede kennis-

basis zal vormen om Nederland internationaal

‘In het kader van de vergrijzing en de internationale con-

currentiepositie is productiviteitsgroei voor Nederland

in het algemeen zeer belangrijk. Dat geldt dus zeker niet

specifiek voor het Noord-Nederlandse bedrijfsleven.

Innovatie en goede algemene condities voor ondernemen

en werken, dat zijn de sleutels voor productiviteitsver-

betering. Het is goed dat op deze punten in het Noorden

interessante initiatieven bestaan. Op het niveau van het

individuele bedrijf is allereerst het bedrijf zelf verant-

woordelijk. De ambitie van het IP is om samen met

werkgevers, vakbonden, Syntens en SenterNovem de

komende jaren 10.000 ondernemingen aan te zetten

hun productiviteit te verhogen. De implementatie ervan

ligt nu bij mij en deze partijen. Er wordt gestart met een

pilot van 1.000 bedrijven die zullen worden geadviseerd

en gemonitored. En voor wat betreft het Noorden draagt

het project Slimmer Werken 8.nl natuurlijk ook bij aan

productiviteitsverbetering in het MKB.’

5) Welke noordelijke anekdotes gebruikt u bij het profile-

ren van Nederland tijdens de vele buitenlandse missies?

‘In het algemeen vind ik dat het Noorden de afgelopen

jaren een geweldige draai heeft gemaakt naar de inzet op

sterkten. Daarmee is het zelfbewustzijn ook toegenomen

en dat is goed: laat zien wat je kan! Er zijn prachtige pro-

jecten tot stand gekomen. De projecten hebben nog wel

wat vaak het karakter gehad van het organiseren van de

bedrijven en het versterken van de kennis. Nu wordt het

zaak daar ook de vruchten van te gaan plukken!

Een sterk punt van het Noorden vind ik de kruisbestui-

ving tussen de verschillende sterkten van het Noorden:

watertechnologie en energie bijvoorbeeld. Dat zijn bij

uitstek kansen in de economie. Aansprekende voor-

beelden vind ik het Desah-project waar een woonwijk

wordt verwarmd door het rioolwater reeds in het toilet

te scheiden en de herbruikbare afvalstroom via bacte-

riën om te zetten in warmte. Dat project kon tot stand

komen dankzij de kennis van Wetsus en de onderne-

mingszin van regionale bedrijven als Landustrie. Maar

ook dankzij gedreven regionale partijen die het project

als launching customer ook bekendheid wilden geven,

zoals de gemeente Sneek en de woningbouwcorporaties.

Een ander voorbeeld is natuurlijk het Blue Energy-project

dat aan de Afsluitdijk een proefcentrale moet opleveren

Page 9: NOMMER 6

9

I N V E S T E R E N I N O N T W I K K E L I N G

als gasrotonde te positioneren. Dat doen we door kennis

te ontwikkelen over inpassing van nieuwe en duurzame

gassen. Maar ook door kennis te ontwikkelen over hoe

we ons gas gedurende langere tijd nog als achtervang

kunnen gebruiken van niet altijd even opbrengstzekere

duurzame bronnen.’

c) Welke kansen zou u willen grijpen voor de economische

as naar de ScanBalt?

‘In het algemeen zie ik goede kansen, vooral op ener-

giegebied. Een goed initiatief vind ik Nordstream; dat is

een initiatief dat ons minder afhankelijk maakt van de

onzekere aanvoer van gas vanuit Rusland via Oekraïne

en past dus in mijn beleid van leveringszekerheid. Het

past bovendien in het concept van de gasrotonde. Verder

noem ik de initiatieven van Gasterra om betrokken te ra-

ken bij de olie en gaswinning op het Yamal schiereiland

voor de kust van Rusland.

Maar er zijn natuurlijk ook andere kansen op het gebied

van kennisuitwisseling en het leren van elkaars verschil-

len in benadering tussen Scandinavië en de Baltische

staten. Denk aan een Interreg-project als ‘North Sea Sup-

ply Connect’.’

7) Hoe ziet u de huidige sterke regierol van het

Ministerie van Economische Zaken (regionale ontwikke-

lingsprogramma’s) in het licht van het Europese beleid

van autonome ontwikkeling van de regio’s?

‘Om kansen te pakken is samenwerking van bedrijven

en regionale en nationale overheden noodzakelijk. Ge-

zamenlijke focus is daarbij wezenlijk. Daarin heeft iedere

overheid een rol die aansluit bij opgaven die er liggen

om Nederland internationaal op de kaart te zetten en die

het bedrijfsleven niet in haar eentje kan oppakken. Voor

sectoren die dragend zijn voor de Nederlandse economie

of waar afstemming over de regio- of landsgrenzen heen

of ander Rijksbeleid nodig is, heb ik een verantwoorde-

lijkheid. Dat zijn ook vaak de sectoren die regionaal sterk

onderscheidend zijn. Daarom is de samenwerking tussen

de verschillende overheidslagen zo belangrijk.’

8) Slechts één antwoord mogelijk: Berenburg of

Limburgse vlaai?

‘Zoals ik zojuist al zei richt ik me bij voorkeur op wat re-

gionaal onderscheidend is. Wie weet is er een vlaairecept

met Berenburg dat beide toppers combineert. Daar houd

ik mij voor aanbevolen!’ ■

‘The making of’ de coverfoto.

Page 10: NOMMER 6

1010

Zet innovatie op het menu van de voedingsmiddelenbranche

Food Future

Er is goed nieuws voor de voedingsmiddelenbranche in Noord-

Nederland: de NOM participeert in Food Future, een Europees

project met de ambitie om de omzet van de sector te bevorderen

door innovatie te stimuleren: technologie en kennis moeten in de

toekomst sneller hun weg vinden naar ondernemingen in deze

sector. Food Future heeft de status van een ‘Majeur Interreg-project’,

waarmee de Europese Unie onderstreept dat het menens is. De gehele

Nederlands-Duitse grensstreek is doelgebied; namens Nederland

werken NOM, Oost NV en LIOF mee, voor Duitsland slijpen Nieke, DIL

en Food-Processing Institute de (keuken)messen ...

Page 11: NOMMER 6

I N V E S T E R E N I N O N T W I K K E L I N G

11

Zet innovatie op het menu van de voedingsmiddelenbranche

Food Future is geen fast food. Integendeel: het

heeft meerdere jaren voorbereiding gekost ...

Het verhaal begint in 2006, op een conferentie in

Assen, waar de Nederlandse staatssecretaris

van Economische Zaken, mevrouw Van Gennip,

en haar Duitse tegenhangers, Staatssekretär für

Wirtschaft, Arbeit und Verkehr von Niedersachen,

de heer J. Werren, en stellvertretende Staatsrätin

für Wirtschaft und Häfen von Bremen, mevrouw dr.

M. Pohl, acte de présence gaven.

De conferentie stond in het teken van het Inter-

reg IVa-programma, ofwel: grensoverschrijdende

samenwerking tussen Duitsland en Nederland.

Sindsdien is het contact tussen NOM en haar

convenantpartners aan Nederlandse kant en Nieke

en DIL aan Duitse zijde geïntensiveerd, met Food

Future als gevolg. Hopelijk kunnen we binnenkort

proeven van de eerste resultaten ...

Kansen in de keuken De voedingsmiddelenbranche is van oudsher een pijler

van de Noord-Nederlandse economie. Maar resultaten

behaald in het verleden bieden geen garanties voor de

toekomst. Het is tijd voor innovatie, tijd om in te spelen

op nieuwe ontwikkelingen, want de consument van nu

vraagt andere producten en een transparanter productie-

proces.

Denk bijvoorbeeld aan de trend ‘authentieke recepten/

koken zoals oma kookte’. Maar het liefst wel gemakke-

lijk, want convenience is een blijvertje. Deze trends in de

keuken bieden kansen voor de voedingsmiddelenbranche.

Tenminste: als de sector inzet op vernieuwing, variatie

en toegevoegde waarde, want veel basisproducten kan

Oost-Europa goedkoper leveren ...

Innovatie op het menu Food Future focust op innovatie. Hoe moet die tot stand

komen? Heel eenvoudig: producenten van voedingsmid-

delen hebben nogal wat moeite om hun processen en

producten te vernieuwen. Dat kán en móet veranderen

door de samenwerking met kennisinstellingen (hoge-

scholen, universiteiten, TNO, maar ook toonaangevende

ondernemingen) aan te gaan. Zo komt er een wisselwerking

op gang, en kunnen kennisinstellingen gerichter gaan

werken aan oplossingen die aansluiten bij de mogelijk-

heden van de voedingsmiddelenbranche. Uiteindelijk

moet dat resulteren in producten met meer toegevoegde

waarde, hogere omzetten en een versterkte voedingsmid-

delensector.

Aan tafel! Food Future daagt ondernemers in de voedingsmiddelen-

sector uit om mee te doen: aan tafel! Welke mogelijkhe-

den zijn er? Food Future heeft een laagdrempelig driegan-

genmenu ontwikkeld.

Allereerst kan de ondernemer deelnemen aan een inter-

view, waarin de kansen voor innovatie in zijn bedrijf in

kaart gebracht worden. Dit interview is gratis. Vervolgens

kan de ondernemer meedoen aan een adviesproject dat

als doel heeft exacter te omschrijven wat de uitdaging is

en welke oplossingsrichtingen er denkbaar zijn. Tenslotte

worden er projecten geëntameerd waarin kennisinstellingen

en ondernemers samenwerken aan onderzoek en ontwikke-

ling. Food Future heeft een budget van ongeveer 11 miljoen

euro. Een aantal Friese ondernemers zijn inmiddels aan

tafel geschoven in afwachting van het diner! Welke andere

Noordelijke ondernemers zetten hun tanden erin?

Voor meer informatie over Food Future bel Herman de Vries

(050) 521 44 23 of mail naar [email protected].

Food Future stond aleen tijdje op het vuur

Page 12: NOMMER 6

12

Aantal werknemers bij buitenlandse bedrijven per provincie

Provincie Werknemers Bedrijven

Groningen 10768 231

Fryslân 7424 197

Drenthe 9090 194

Totaal 27282 622

Aantal buitenlandse bedrijven per land van herkomst

Land van herkomst Werknemers Bedrijven

Australië 9 4

Bahrein 1 1

België 698 26

Bermuda 22 1

Brazilië 245 1

Britse Maagdeneilanden 18 2

Canada 44 4

China 287 5

Cyprus 75 5

Duitsland 3989 139

Denemarken 399 14

Finland 708 12

Frankrijk 2284 35

Gibraltar 130 2

Griekenland 1 1

Ierland 1843 26

India 453 1

Italië 89 5

Japan 2063 14

Luxemburg 888 24

Maleisië 15 1

Nederlandse Antillen 392 16

Nieuw Zeeland 4 1

Noorwegen 393 8

Oostenrijk 33 5

Portugal 1 1

Qatar 45 1

Spanje 224 7

Taiwan 103 2

Thailand 5 1

Tsjechië 1 1

Turkije 1 1

Verenigd Koninkrijk 3723 155

Verenigde Arabische Emiraten

247 1

Verenigde Staten 5155 64

Zweden 2242 22

Zwitserland 452 13

Totaal 27282 622

Aantal buitenlandse bedrijven per sector

Sector Werknemers Bedrijven

Basismetaal 2063 19

Chemie en pharma 5134 71

Elektronica en medische apparaten

368 3

Energietechnologie 485 12

Foodproductie 2188 22

ICT 615 19

Industriële dienstverlening 2537 65

Karton/ Papier en verpakking

3995 16

Machinefabrieken/ machine en apparatenbouw

2119 38

Overheid en publieke diensten

2 1

Recreatie en toerisme 322 10

Transport en logistiek 694 38

Zakelijke dienstverlening 6760 308

Totaal 27282 622

Disclaimer (behorend bij de kaart op bladzijde 14 en 15) Aan de inhoud en (technische) betrouwbaarheid van de kaart met buitenlandse bedrijven is veel zorg besteed. Bij het opstellen van de kaart hebben we ons gebaseerd op de gegevens van de databank Reach van Bureau van Dijk Publishing Electronic en gegevens uit ons eigen Customer Relationship Management. De kaart heeft echter slechts een algemeen en informatief karakter en volledige (technische) betrouwbaarheid onder alle omstandigheden kan dan ook per definitie niet worden gegarandeerd. Aan de inhoud van de kaart kunnen geen rechten worden ontleend en N.V. NOM kan geen aansprakelijkheid aanvaarden voor hetgeen zonder deskundig advies naar aanleiding van de inhoud van de kaart wordt ondernomen.

Connect International

Globalisering creëert nieuwe kansen voor de Noord-Neder-

landse economie. Het maakt het gebied tot een aantrek-

kelijke vestigingsplaats voor internationaal opererende

bedrijven. De komst van dergelijke bedrijven gaat vaak

gepaard met het aantrekken van personeel uit het bui-

tenland. En dat is eenvoudiger gezegd dan gedaan. Aan

Vanuit een ander land aan de slag gaan in Neder-

land. Er komt nogal wat op je af voordat je echt

gesetteld bent. Gelukkig is ook daar een oplossing

voor. De ‘Relocation Services’ van Connect Interna-

tional bijvoorbeeld.

Globalisering en relocatie gaan hand in handGlobalisering en relocatie gaan hand in hand

Page 13: NOMMER 6

13

I N V E S T E R E N I N O N T W I K K E L I N G

Connect International het werk gaan in Nederland is voor internationals meer dan

alleen verhuizen. Het is een complex en tijdrovend proces.

Om werknemers en werkgevers daarin adequaat te begelei-

den is ooit Connect International in het leven geroepen. De

dienstverlening van de organisatie is gestoeld op zogeheten

‘Relocation Services’. Bedoeld om ervoor te zorgen dat inter-

nationals zich snel in ons land kunnen vestigen en zich hier

thuis voelen.

Breed en intensief netwerkHonderden mensen, van uiteenlopende nationaliteiten,

zijn de afgelopen jaren al door Connect International bege-

leid bij hun komst naar Groningen, Friesland en Drenthe.

De organisatie maakt hierbij onder meer gebruik van een

breed en intensief netwerk. Denk aan lokale overheden, de

Immigratie- en Naturalisatie Dienst (IND), makelaars, banken

en scholen. Alle formaliteiten kunnen zo in korte tijd worden

geregeld. Ook is er een ledenorganisatie ‘Connecting Worlds’

en een zakelijke ledenservice ‘Connect Business Club’.

Deze services zijn erop gericht om de internationals en hun

families met elkaar in contact te brengen en hen wegwijs te

maken in de Nederlandse cultuur.

Midden- en KleinbedrijfAlleen bedoeld voor grote bedrijven? Nee, zeker niet. Want

ook in het Midden- en Kleinbedrijf wordt regelmatig gekwa-

lificeerd personeel uit het buitenland aangetrokken. Vaak

ontbreekt het de sector echter aan tijd om zich te verdiepen

in allerlei procedurele kwesties. Ook dan biedt ondersteuning

van Connect International uitkomst.

De NOM en buitenlandse bedrijvenDe NOM is blij met een organisatie als Connect International.

Niet voor niets is Connect International in het NOM-pand

gehuisvest. Ook de NOM doet er alles aan om een buiten-

landse vestiging naar Noord-Nederland te halen. Maar ook

reeds aanwezige dochters van buitenlandse moeders komen

geen aandacht tekort. Dit heet officieel Investor Development

(zie ook pagina 24 van deze NOMMER).

Meer weten over Connect International? Kijk dan eens op

www.connect-int.org.

Globalisering en relocatie gaan hand in handGlobalisering en relocatie gaan hand in hand

Page 14: NOMMER 6

1414

Harlingen

Franekeradeel

Bolsward

Gaasterlân-SleatLemsterland

WymbritseradielSkarsterlân

Hoogeveen

Midden-Drenthe

Borger Odoorn

Meppel

Coevorden

Ooststellingwerf

Opsterland

Heerenveen

Weststellingwerf

EMMEN

LEEUWARDEN GRONINGEN

ASSEN

HarenHoogezand-Sappemeer

De Marne

Aa en Hunze

Eemsmond

Appingedam

Delfzijl

Smallingerland

Achtkarspelen

Dongeradeel

Tytsjerksteradiel

Menaldumadeel

Sneek

Noordenveld

Tynaarlo

Grootegast

Zuidhorn

Leek

Pekela

Vlagtwedde

Veendam

Slochteren

Oldambt

Boarnsterhim

De Wolden

Leeuwarderadeel

Littenseradeel

Loppersum

Marum

Menterwolde

Nijefurd

Stadskanaal

Westerveld

Winsum

32

235

33

864

328

154

73

1895

1694

241

2288

403

1576

1524

188

3408

73212

3203

69029

52613

3806

2628

1.58533

1.25524

1.30347

1.35924

3.575

20

3.130

83

3.430

55

164

65624

93

397

67817

17310

82520

38211

1121

11

11

11

883

82116

11

1955

1893

90821

836

1.0728

1976

4663

1224

31

21112

Buitenlandse bedrijven in Noord-Nederland

0 - 250

250 - 1.000

1.000 - 2.000

> 2.000

Aantal werknemers

Aantal bedrijven

Voor de NOM is het belangrijk een overzicht te hebben van buitenlandse vestigingen in onze regio. Ze zijn

alleen al belangrijk vanwege hun potentie voor mogelijke vervolginvesteringen. Ook kan onze regio zich in

de volle breedte beter profileren door de toegevoegde kennis en competenties van buitenlandse nevenvesti-

gingen. Daarom ook dat we besloten een stapje verder te gaan. U vindt de kaart met buitenlandse bedrijven

niet alleen in deze NOMMER maar kunt deze ook als apart document downloaden via de website. Dit is een

Engelstalig document te gebruiken voor uw en onze Engelssprekende relaties (zie publicaties onderaan iedere

webpagina op nom.nl). En als klap op de vuurpijl nog een derde stap: via www.nvnom.eu/foreigncompanies

of www.nom.nl/foreigncompanies houden we de kaart up to date. Immers, een gedrukt document is vaak al

verouderd op het moment van uitgifte. De digitale versie houden we op kwartaalbasis bij.

Page 15: NOMMER 6

15

Harlingen

Franekeradeel

Bolsward

Gaasterlân-SleatLemsterland

WymbritseradielSkarsterlân

Hoogeveen

Midden-Drenthe

Borger Odoorn

Meppel

Coevorden

Ooststellingwerf

Opsterland

Heerenveen

Weststellingwerf

EMMEN

LEEUWARDEN GRONINGEN

ASSEN

HarenHoogezand-Sappemeer

De Marne

Aa en Hunze

Eemsmond

Appingedam

Delfzijl

Smallingerland

Achtkarspelen

Dongeradeel

Tytsjerksteradiel

Menaldumadeel

Sneek

Noordenveld

Tynaarlo

Grootegast

Zuidhorn

Leek

Pekela

Vlagtwedde

Veendam

Slochteren

Oldambt

Boarnsterhim

De Wolden

Leeuwarderadeel

Littenseradeel

Loppersum

Marum

Menterwolde

Nijefurd

Stadskanaal

Westerveld

Winsum

32

235

33

864

328

154

73

1895

1694

241

2288

403

1576

1524

188

3408

73212

3203

69029

52613

3806

2628

1.58533

1.25524

1.30347

1.35924

3.575

20

3.130

83

3.430

55

164

65624

93

397

67817

17310

82520

38211

1121

11

11

11

883

82116

11

1955

1893

90821

836

1.0728

1976

4663

1224

31

21112

Buitenlandse bedrijven in Noord-Nederland

0 - 250

250 - 1.000

1.000 - 2.000

> 2.000

Aantal werknemers

Aantal bedrijven

Page 16: NOMMER 6

16

Eind 2007 startten we met de ontwikke-

ling en productie van de eerste generatie

schaatsbanen: het was meteen raak. Toch

zijn we direct verder gegaan met de ont-

wikkeling. Zo kwamen we al in oktober

2008 met de tweede generatie banen. Dit

werd in het winterseizoen 2008-2009 een

groot succes en zorgde voor een flinke

omzetstijging (en dat nog wel in het jaar

van de kredietcrisis!).

Met de ontwikkeling van de tweede

generatie hebben we feitelijk een nieuw

product ontwikkeld: een nieuwe schaats-

plaat met nu een speciale clickverbinding

(net als bij kliklaminaat) die zorgt voor

een echt strakke, egale vloer zonder naden.

Dit blijkt een groot voordeel te zijn ten

opzichte van onze concurrenten die met

een soort puzzelstukverbinding werken.

Deze verbinding kan nog wel eens, als

gevolg van temperatuurverschillen, uitzet-

ten en gevaarlijke opstaande randjes geven

waarover je kunt vallen.

De combinatie met onze coating geeft een

glijprestatie die aardig dicht in de buurt

komt van echt ijs. We positioneren ons

product natuurlijk als Winterfun, maar

komen dit jaar ook met het zomerconcept:

Zomerfun. Zo kunnen we onze omzet ver-

hogen en zijn we niet uitsluitend van de

winterpiek afhankelijk. Deze ontwikkeling

is mogelijk omdat onze vloeren multi-

functioneel zijn. Zonder de coating zijn ze

uitstekend geschikt om rol- en balsporten

op te doen zoals in line skaten of basketbal

(de vloer heeft een prima ‘bounce’).

Als klap op de vuurpijl hebben we in

december 2009, in samenwerking met

het Friesland College, een schans bekleed

met Glice-platen. Zo een waar vanaf kan

worden gegleden met sleetjes.

De NOM heeft ons juist in het begin niet

alleen financieel gesteund maar ook met

advies, en ze hebben als klankbord gefunc-

tioneerd. Zonder hen hadden we über-

haupt niet kunnen starten. Door deelname

van de NOM was het ook makkelijker om

verdere financiering te regelen om zo te

kunnen groeien. Ook profiteren we van

het uitgebreide netwerk van de NOM.

Roel Wiewel

nonfrozen schaatsbanenGlice International BV ontwikkelt, produceert en vermarkt sinds eind 2007 nonfrozen schaatsbanen. Dit zijn schaatsbanen van kunststof platen die voor elke schaatsdag licht besproeid worden met de unieke, door onszelf ontwikkelde Nano Coating. Deze coating én onze schaatsplaten zijn het grote geheim van Glice.

‘Multifunctionaliteit typeert de modellen

van KidCar. Ouders kunnen met hun

KidCar fietsen, wandelen én joggen. Het is

één van de grote voordelen ten opzichte

van een kinderzitje of bakfiets. Bovendien

past de KidCar met een totale breedte

van 78,5 cm tussen iedere deur en zit het

kind altijd lekker veilig en droog door de

waterdichte regenhuif. In de winkel is de

KidCar met zijn sportieve look in frisse

kleuren een blikvanger voor jonge gezin-

nen. Dankzij korte lijnen met onze dealers

Fietsen én wandelen met

In The Flexible World zoeken jonge gezinnen naar praktisch oplossingen om er met zijn allen op uit te trekken. KidCar springt hier al meer dan tien jaar op in met een flexibele oplossing. ‘Wij maken als enige in Nederland op ambachtelijke wijze fiets-buggy’s’, aldus Volker de Vogel, directeur van KidCar.

GliceParticipaties aan het woord

KidCar Company

Page 17: NOMMER 6

I N V E S T E R E N I N O N T W I K K E L I N G

17

blijven we onszelf ontwikkelen en bieden

bovendien hele goede service.’

‘Het leuke van onze onderneming is dat

alle aspecten van het proces aan de orde

komen. De ontwikkelfase, productie en

het vermarkten zijn belangrijke peilers

binnen het bedrijf. Eind 2008 kwamen

we op een punt dat de marketing een

nieuwe impuls nodig had. Door gesprek-

ken met de NOM kwamen we in contact

met Jan de Jong, directeur van MultiCycle.

Met zijn adviezen hebben we een geheel

nieuw marketingconcept ontwikkeld. Een

belangrijk onderdeel is hoe ons merk zich

positioneert in de markt. Het is een inte-

grale aanpak waarbij ook de ontwikkeling

van nieuwe modellen is meegenomen.

Door de inbreng van de NOM kunnen we

onze plannen verwezenlijken en ons merk

verder uitbouwen.’

Volker de Vogel

Fietsen én wandelen met

In de geschiedenis van PendraCare speelt

de NOM een prominente rol. Bij de start

van het bedrijf in 2001 verleende de NOM

een belangrijk deel van het startkapitaal

aan de oorspronkelijke vijf oprichters. In

drie jaar tijd lukte het PendraCare een

diagnostische catheter te ontwikkelen en

te vermarkten. Helaas lukte het niet om

dit product ook in voldoende mate te ver-

kopen, waardoor PendraCare BV in 2004

failliet ging. Met nieuw extern kapitaal

maakte het bedrijf daarna een doorstart als

PendraCare International BV.

In tweede instantie lukte het wel om de

verkoop succesvol op gang te krijgen, ech-

ter het bedrijf bleef forse verliezen maken.

Het nieuwe management besloot daarom

in 2007 opnieuw de NOM te benaderen

om te participeren. Het toont de bereid-

heid van de NOM om elke business case

apart te beoordelen om voor de tweede

keer in een bedrijf te participeren, ook na

een faillissement. Dat het een juiste beslis-

sing is geweest hebben de afgelopen jaren

aangetoond.

Na de herfinanciering, medio 2007, kon

een forse reorganisatie en professionalise-

ring van het bedrijf worden doorgevoerd.

Het financiële systeem, het Quality Ma-

nagement Systeem en de productieproces-

sen werden gereorganiseerd. In de loop

van 2008 is vervolgens een nieuwe gene-

ratie diagnostische cardiologie-catheters

ontwikkeld, de Pointer product range: het

keerpunt in de resultaten van PendraCare

International BV.

Daarnaast is in de tweede helft van 2008

PendraCare Vascular BV opgericht. Een

bedrijf dat, op contractbasis voor derden,

catheters en andere interventieproducten

ontwikkelt. Door het besluit van Cordis

Europa NV om de vestiging in Roden te

sluiten, kwam er veel hooggekwalificeerd

personeel beschikbaar. Daar heeft Pen-

draCare dankbaar gebruik van gemaakt.

Hierdoor zijn eind 2008 ook opdrachten

binnengehaald voor de ontwikkeling van

PTA en PTCA ballon-catheters. Het totale

productportfolio van PendraCare is daar-

door sterk toegenomen.

Na een moeizaam begin in 2009, onder

andere door de inzakkende verkopen in

verband met de wereldwijde kredietcrisis,

steeg de omzet langzaam maar zeker van

maand tot maand, waardoor aan het eind

van 2009 voor het eerst in de geschiede-

nis een positief jaarresultaat gehaald kon

worden.

Met de groei in omzet is ook het perso-

neelsbestand gestaag gegroeid, van 40 fte

in oktober 2008 tot 90 fte in januari 2010,

waarvan ongeveer 30 fte binnen de afde-

lingen R&D en QA. Verwachting is dat het

aantal arbeidsplaatsen in de loop van 2010

nog behoorlijk verder zal stijgen.

Met twee nieuwe ontwikkelopdrachten

voor 2010 en de lancering in Q1 2010 van

een intern ontwikkelde Guiding catheter,

ziet de toekomst er dan ook rooskleurig uit.

Tjeerd Homsma

PendraCare

PendraCare produceert catheters en andere producten voor het doen van interventies bij cardio-logische en radiologische toepas-singen.

Participaties aan het woord

KidCar Company

Page 18: NOMMER 6

marktkans voor Noord -NederlandSmart Grids

De energiemarkt staat voor een complexe uitdaging. De wereld ‘elektrificeert’ in

rap tempo. Nieuwe vragers als elektrische auto’s en warmtepompen stuwen de

stroomconsumptie omhoog. Tegelijkertijd nemen de zorgen over fossiele energie-

bronnen - kosten, leveringszekerheid, milieuaspecten - verder toe. Energieopwek-

king gebeurt steeds meer decentraal, door zon, wind en aardwarmte. Kortom, de

wereld gaat andere eisen stellen aan de belasting en inrichting van energienetten.

Het uitroltempo van die ontwikkelingen is lastig te voorspellen, maar dat ze er

komen is zeker. Gelukkig ligt het concept voor de oplossing klaar. Smart Grids

hebben de toekomst. En daar liggen kansen voor bedrijven.

18

Page 19: NOMMER 6

19

NOM wil voorop lopen bij Smart GridsVolgens sommigen heeft de conventionele energie-

infrastructuur zijn houdbaarheidsdatum bijna bereikt.

‘Energie wordt als internet’ zeggen anderen, ‘Nog even

en we kunnen capaciteit met elkaar delen en gaan naar

peer-to-peer concepten.’ De NOM is ervan overtuigd dat

de wereld toe is aan slimmere, efficiëntere netten. Smart

Grids hebben de toekomst en daar liggen kansen voor

bedrijven.

Flexibel slim net met decentrale bronnenAllard van Dijk, projectmanager business development

energie van de NOM, ziet Smart Grids als de belangrijk-

ste energieontwikkeling van dit moment: ‘Het concept

speelt direct in op actuele trends én toekomstverwach-

tingen. Het voorziet in zaken als integratie van decen-

trale opwekking, elektrische mobiliteit, netintegratie

van stroom en gas en waardetoevoeging voor en door

de consument. Smart Grids integreren door middel

van intelligente ICT de drie hoofdlagen van de ener-

giemarkt: opwekking, distributie en gebruik. Dat werkt

in twee richtingen: van net naar gebruiker, maar ook

van gebruiker naar net. Een Smart Grid wordt name-

lijk vanuit allerlei bronnen gevoed: grote centrales en

windmolenparken op zee, maar vooral ook decentraal

door zonnepanelen, windturbines en HRe-ketels (micro-

warmtekrachtkoppeling) bij consumenten en bedrijven.’

Ideaal voor duurzame wijkenLokale oplossingen voor opwekking, opslag, gebruik en

teruglevering, gecombineerd met centrale voorzienin-

gen, dat is de crux van Smart Grids. Daarmee is het dé

denkrichting voor duurzame wijken. In onze regio zijn

onder meer Groningen, Meppel, Leeuwarden, Heerhugo-

waard en Emmen koplopers op dat gebied. ‘In verschil-

lende plaatsen wordt hard gewerkt aan voorbeeldwijken

met innovatieve energiesystemen. Bijvoorbeeld geba-

seerd op HRe-ketels, groen gas voor wijkverwarming,

warmtepompen en zonnecollectoren. Maar er zijn

bijvoorbeeld ook laadpunten voor elektrische auto’s en

scooters. Via een Smart Grid kan zo’n wijk voor een flink

deel zijn eigen energiehuishouding regelen.’

Power to the people via slimme metersBij Smart Grids kan de gebruiker even makkelijk energie

betrekken als zelfopgewekte stroom voor een goede prijs

aan het net leveren. De passieve consument van nu

wordt daardoor een actieve ‘prosument’ met grotere zeg-

genschap over zijn eigen in- en verkoop. Niet voor niets

worden Smart Grids wel eens omschreven als ‘Power to

the People’.

‘Om die voordelen echt te realiseren moeten er intel-

ligente meet- en communicatiesystemen ingevoerd

worden. Deze ‘slimme meters’ worden vaak in relatie

gebracht met privacy-vraagstukken. Met respect voor

die discussie: ik denk dat het onvermijdelijk is dat ze er

komen. Slimme meters combineren gas, elektra en water

en regelen de ‘verkeersstromen’ op het net. Ze zijn de

gateway tussen het net en de woning en verzorgen de >

marktkans voor Noord -NederlandSmart Grids

I N V E S T E R E N I N O N T W I K K E L I N G

Page 20: NOMMER 6

20

communicatie tussen het net en de apparaten in huis.

Verder geeft zo’n meter de gebruiker én de leverancier

realtime inzicht in het actuele verbruik en de eventuele

teruglevering van zelfopgewekte stroom. De consument

weet dus op elk moment van de dag precies hoeveel hij

verbruikt.’

ToekomstmuziekAllard van Dijk voorziet dat dit basissysteem de kapstok

wordt voor veel nieuwe services en functionaliteiten:

‘Neem bijvoorbeeld de afrekening van stroom. Nu ge-

beurt dit meestal nog op basis van eerdere jaaropnames

die resulteren in een vast voorschot per maand. Je hebt,

behalve dag- of nachtstroom, maar één tarief waarin de

dure piekuren en voordelige daluren verwerkt zijn. Er

valt dus niet veel te kiezen, behalve niet gebruiken. In

een Smart Grid regel je dat veel slimmer. Op basis van de

realtime verbruikscijfers die de slimme meter doorgeeft

wordt bijvoorbeeld de actuele prijs bepaald, die zelfs per

kwartier kan fluctueren. Die prijs komt via de meter bij

de consument. Die kiest vervolgens zelf een voordelig

moment om een was te draaien of de auto op te laden, en

wacht een hoger tarief af om zelfopgewekte stroom aan

het net te leveren.’ Een volgende stap is dat dit volledig

automatisch gebeurt, op basis van een voorkeursprofiel

van de consument: de slimme meter zet de wasdroger aan

als de stroom goedkoop genoeg is. ‘Een beetje vergelijk-

baar met de in de bankwereld wel gehanteerde consu-

mentenprofielen zelf beleggen, samen beleggen

of laten beleggen. Dat klinkt eng, maar

kan erg lucratief worden. Netbeheerders

als Enexis en Alliander experimenteren

al langer met dit soort mogelijkheden,

maar zijn nog op zoek naar het even-

wicht tussen klantenbelang en eigen

belang. Zij leveren het liefst constant

dezelfde hoeveelheid stroom. Onvoor-

spelbare pieken of netverzwaringen

(elektrische mobiliteit!) leiden tot extra

kosten. Zij zien dus graag dat consu-

menten in de daluren extra energie

verbruiken en in de piekuren stroom

aan het net leveren.’

Deze voorbeelden zijn pas het begin

van de ontwikkelingen die de markt

voorziet. De verwachting is dat Smart

Grids de energiemarkt op de langere termijn een revolu-

tionair ander aanzicht geven, met innovatieve diensten

en toepassingen. Het worden zelfdenkende, zelfherstel-

lende netten die optimaal gebruikmaken van beschikbare

energie, verspilling en inefficiency voorkomen en extra

services, waarde en comfort toevoegen voor de consu-

ment. Daarnaast bieden ze - last but not least - belangrijke

optimalisatie- en beheerinstrumenten voor netbeheerders,

energieleveranciers en apparatenbouwers, zoals bouwers

van warmtepompen en CV ketels.

Marktkansen voor ondernemersdie vooruit denkenHet concept lijkt realistisch en technisch uitvoerbaar.

‘Maar dat betekent niet dat er over een paar jaar overal

slimme netten liggen’, voorspelt Allard. ‘Het is een proces

dat langzaam vorm moet krijgen. Organisatorisch, maar

ook op het gebied van techniek en diensten. Ook op het

gebied van financiële en juridische kaders én sociale accep-

tatie is veel ontwikkelwerk nodig. Voor ondernemers die

vooruit durven denken liggen er dus volop uitdagingen

en marktkansen. Als energieregio bij uitstek kan Noord-

Nederland daarin voorop lopen. NOM en Energy Valley

hebben daarom gezamenlijk Smart Grids als speerpunt op-

gepakt. We zijn actief in gesprek met noordelijke en natio-

nale markttrekkers om inzicht te krijgen in de impact van

Smart Grids en om in kaart te brengen wat er nodig is voor

een succesvolle uitrol. In eerste instantie gaat het daarbij

om kennis mobiliseren en ideeën genereren. De volgende

Page 21: NOMMER 6

21

stap is ontwikkelen en maken in business development

clusters. Het doel is om innovatieve producten en

diensten te realiseren die we op verschillende plaatsen

in het Noorden gaan demonstreren om hun werking en

economische haalbaarheid in de praktijk aan te tonen.’

Investeren in R&D Om vaart te zetten achter dit proces is het project

Smart Grids opgedeeld in vijf herkenbare deelgebieden

(‘kavels’). Allard is zelf procesbegeleider van het kavel

‘Opslag van warmte en elektriciteit’. ‘Steeds meer men-

sen hebben HRe-ketels, windmolens, warmtepompen

of zonnepanelen. Als je zelfgeproduceerde stroom of

warmte op kunt slaan voor later gebruik nemen je flexi-

biliteit en efficiency enorm toe. Je kunt dan bijvoorbeeld

’s nachts met goedkope stroom je warmtepomp laten

draaien, de warmte opslaan en daarmee overdag je huis

verwarmen. Een ander scenario waar wij naar kijken is

windstroom uit nachtelijke daluren opslaan in accu’s

van elektrische auto’s of boten. De grote uitdaging is nu

om een technische oplossing te vinden om vanuit die

accuopslag een gebouw te voeden of om de stroom op

een gunstig prijsmoment terug te leveren aan het net.

Proeven wijzen uit dat dit met de huidige techniek nog

niet aantrekkelijk is, maar waarschijnlijk wel wordt. Ook

noordelijke bedrijven zijn daar mee bezig. Als EnergyValley

regio willen we vooroplopen. Dan moet je investeren in

nieuwe technische ontwikkelingen.’

Op weg naar nieuweproduct-marktcombinatiesDe andere vier kavels richten zich respectievelijk op

decentrale opwekking van energie, elektrische mobiliteit

(o.m. laadinfrastructuur), slimme meetsystemen voor

data-acquisitie en nieuwe services en afrekensystemen.

Ook bij deze onderwerpen gaat het volgens Allard vaak

om ontwikkelingen en bedrijfsmodellen op de wat

langere termijn: ‘Met de huidige technieken is al veel

mogelijk, maar voor er echt een compleet en goed wer-

kend Smart Grid in Nederland en Europa ligt zijn we wel

een aantal jaren verder en is er nog veel R&D nodig. Nu

voorop lopen in die ontwikkeling betekent een voor-

sprong op het moment dat het actueel wordt. Daarom

wil de NOM bedrijven stimuleren om mee te werken aan

nieuwe product-marktcombinaties voor slimme netten.

Bij het Ministerie van EZ is daarvoor een subsidie in de

maak. De randvoorwaarden zijn nog niet bekend. Maar

ook los daarvan kunnen bedrijven die geïnteresseerd zijn

in smart grid of ideeën hebben, altijd contact met mij

opnemen.’ ■

I N V E S T E R E N I N O N T W I K K E L I N G

Het NOM-energieteam. Van beneden naar

boven: Allard van Dijk, Ruud van Dijk,

Herman de Vries, rechts van Herman:

Anja Rombout, zittend, Maarten Goddijn,

links van Herman: Jan Rienk Timmer

Page 22: NOMMER 6

22

Meer dan alleen investeringsbevorderingHet woord Investeringsbevordering doet misschien ver-

moeden dat NOM-IB zich uitsluitend bezighoudt met ac-

quisitie van (buitenlandse) bedrijven. Sander haast zich

om dat recht te zetten: ‘Nieuwe investeerders naar het

Noorden halen is voor NOM-IB een essentiële taak. Maar

Issue based werken

NOMInvesteringsBevordering

NOM InvesteringsBevordering (NOM-IB)

is een van de drie hoofdonderdelen van

de NOM, naast Finance en Ontwikkeling

& Innovatie. Het ‘marketing & sales front-

office’ van de NOM, zo ziet hoofd NOM-IB

Sander Oosterhof de functie van dit veel-

zijdige onderdeel. Klantgericht werken is

daarbij het adagium. Sinds kort compleet

met gekwantificeerde targets. Want, vindt

Sander: ‘Als je de klant professioneel, snel

en slagvaardig verder wilt helpen moet je

intern scherp blijven.’

met de ondernemer in het middelpunt

Page 23: NOMMER 6

I N V E S T E R E N I N O N T W I K K E L I N G

23

I N V E S T E R E N I N O N T W I K K E L I N G

Issue based werken

het is voor ons zeker zo belangrijk om die honderden

bedrijven die hier al zitten vooruit te helpen en voor de

regio te behouden. Daarnaast hebben we met compen-

satieprojecten en subsidieadvies nog twee volwaardige

taken.’

Al die taken vallen voor Sander onder één noemer:

professioneel de belangen behartigen van de individuele

ondernemer. ‘Dat is onze hoofdtaak en die vullen we zo

adequaat mogelijk in. We wachten niet af wat er op onze

weg komt, maar gaan actief op zoek naar nieuwe leads

en investeerders. Naar bedrijven die we vooruit kunnen

helpen. Voor al onze activiteiten hebben we concreet

meetbare doelstellingen geformuleerd. Daar staan we

voor als team. Dat houdt ons alert.’

Buitenlandse investeerdersVele buitenlandse bedrijven vonden de afgelopen de-

cennia de weg naar Noord-Nederland via de NOM. En

als het aan NOM-IB ligt volgen er nog veel meer. Een

belangrijke partner daarbij is de Netherlands Foreign

Investment Agency. Een Nederlandse overheidsorga-

nisatie met kantoren over de hele wereld. ‘De mensen

van het NFIA hebben contacten met het internationale

bedrijfsleven. Zij leveren ons leads waar wij actief werk

van maken. Daarnaast genereren we ook leads via andere

intermediairs en ons eigen netwerk. Als blijkt dat er

concrete belangstelling is, spreken we ons volledige

servicearsenaal aan om een bedrijf over de streep te

trekken en wegwijs te maken in het Noorden. Advies

over vestigingslocaties, contacten met dienstverleners en

toeleveranciers, hulp bij het krijgen van vergunningen en

subsidies, noem maar op. Via onze collega’s van NOM-

Finance kunnen we een rol spelen bij de financiering.’ >

met de ondernemer in het middelpunt

Sander Oosterhof,hoofd NOM InvesteringsBevordering

Page 24: NOMMER 6

24

Werken aan imago Noord-Nederland Om goed te kunnen functioneren moeten NFIA en

andere intermediairs beschikken over actuele informatie

over het vestigingsklimaat in de verschillende regio’s.

De NOM draagt die aan voor Noord-Nederland. ‘We

hebben vorig jaar geld ter beschikking gekregen voor

ons Acquisitie Ondersteunend Programma. Daarmee

doen we uitgebreid onderzoek naar de sterke punten

van verschillende noordelijke sectoren. Iedereen weet

dat we veel te bieden hebben op het gebied van energie,

water en sensoren. Maar we hebben meer kansrijke sec-

toren. Chemie bijvoorbeeld. En callcenters en datacen-

ters. Sectoren waarvoor Noord-Nederland uitstekende

vestigingsfactoren biedt. Die gaan we goed in kaart

brengen en communiceren. We willen af van het imago

als regio met ruimte en aardige mensen. Waar het met

name om draait zijn zaken als lage arbeidskosten, gemo-

tiveerd personeel, voordelige grondprijzen. Maar ook:

wie zitten er al, hoe staat het met de supply chain en de

bereikbaarheid van klanten?’

Account management en het InvestorDevelopment-programmaOm het wel en wee van het bestaande bedrijfsleven te

volgen houdt NOM-IB constant een vinger aan de pols.

Accountmanagers bezoeken jaarlijks een groot aantal

bedrijven. ‘Voor een deel zijn dat dochters van buiten-

landse moeders die we in het kader van het Investor

Development-programma bezoeken. Strak aangestuurd,

hoge productiviteit, gezonde resultaten. Toch kan de

stekker er zo maar opeens uitgaan. Dat willen we uiter-

aard voorkomen.’

‘We willen weten wat een ondernemer drijft. Niet via

vluchtige bezoekjes, maar door gesprekken op strategisch

niveau. Waar sta je nu? Wat wil je bereiken? Wat zijn de

belemmeringen? Zo krijgen we aanwijzingen waar we

concreet mee aan de slag kunnen. Adviseren, doorverwij-

zen, obstakels wegwerken, gunstige voorwaarden schep-

pen. Issue based werken is de lijn waar we op inzetten.’

‘Ook leveren die gesprekken een berg informatie op.

Zijn er nieuwe technologische ontwikkelingen? Zoekt

een bedrijf samenwerking? Hoe staat het met de werkge-

legenheid en arbeidsmarkt? Zijn er uitbreidingsplannen?

Opvallende kostenontwikkelingen? Zo krijgen we niet

alleen actuele facts en figures, maar functioneren we ook

als voelsprieten voor andere onderdelen van de NOM.’

Compensatieorders en subsidieadviesEen succesvolle activiteit van NOM-IB zijn compensa-

tieprojecten. Buitenlandse leveranciers van het Minis-

terie van Defensie zijn verplicht om voor minimaal het

orderbedrag gelijkwaardige tegenorders te plaatsen bij

de Nederlandse industrie. NOM-IB koppelt compensatie-

plichtige bedrijven doelgericht aan bedrijven in Noord-

Nederland, en andersom. ‘Er is een goed samenspel

tussen de landelijk coördinator en onze adviseur com-

pensatieorders. De coördinator weet welke opdrachten er

spelen en wij kennen de bedrijven die daar specifiek voor

in aanmerking komen. In het verleden bleek het vooral

voor kleinere bedrijven lastig om dit soort orders binnen

te halen. Op dit moment loopt dat prima. We hebben

onze doelstellingen ruim gehaald.’

Dat geldt ook voor het onderwerp subsidieadvies. NOM-

IB heeft twee subsidieadviseurs die bedrijven uit het

netwerk van de NOM helpen bij de aanvraag. ‘Subsidies

zijn nu nog een belangrijke stimulans voor investerin-

gen in Noord-Nederland. Maar het subsidielandschap is

behoorlijk complex. Er zijn veel subsidies beschikbaar.

Landelijke, maar ook veel regiogebonden subsidies van-

uit het SNN. Veel bedrijven hebben subsidiabele projec-

ten. Onze accountmanagers zijn daar op gespitst als ze

plannen horen voor nieuwe investeringen. We wijzen

bedrijven pro-actief op de mogelijkheden en weten hoe

je een aanvraag effectief indient.’ ■

Het NOM-IB team, v.l.n.r. : Joep de Vries, Aiwi Chiu, Jan Hendrik van Tuil,Giny Hulsebos, Wubbo Everts, Gerard Lenstra (voor), Sietse Wiersma (achter),Allette Snijder, Anja Rombout, Reinder de Jong, Sander Oosterhof, JanietaMulder en Wim A,B. Op de foto ontbreekt: Stephanie de Noord.

Page 25: NOMMER 6

2525

I N V E S T E R E N I N O N T W I K K E L I N G

Errit Bekkering

Projectmanager Ontwikkeling & Innovatie

[email protected]

Allekleinebeetjeshelpen

Het jaar is inmiddels al weer een eindje op streek. Over goede voornemens zal ik niet meer be-

ginnen maar een jaarwisseling nodigt wel uit tot terug- en vooruitblikken. Wat hebben de jaren ‘nul’

ons opgeleverd? Twin Towers, Icesave en Copenhagen. En - wat kunnen we verwachten van de jaren

10? Een zich verdiepende crisis, energieschaarste, het ‘fort Europa’ dat zich verdedigt tegen buiten-

lands gevaar of juist verdergaande globalisering, groei en de doorbraak van Clean-Tech?

Heeft de volgende technologische revolutie zich reeds (ongemerkt) aangediend?

Als we economisch ons hoofd boven water willen houden moeten

we ons, denk ik, richten op twee zaken: efficiënter produceren dan onze

buren met zo min mogelijk verspilling van grondstoffen, kapitaal en

talent én vernieuwen, innoveren en veranderen. Dat gaat niet altijd moei-

teloos samen. Op het gebied van efficiency is dit veelal een kwestie van

aandacht en gewoon doen. Lean, Six Sigma, de combinatie van beiden,

de aanpak is beproefd.

Aan innoveren en veranderen heb ik het afgelopen jaar een beschei-

den bijdrage kunnen leveren. Onder andere met het IJkdijk-project waar

de NOM bij betrokken is. In dit project is een aantal bedrijven bezig met

de ontwikkeling van een ‘real-time’ monitoringsysteem voor dijken. Een

soortgelijk systeem bestaat nog niet. Het idee is dat sensoren continu

meten hoe een dijk erbij ligt en ons waarschuwen als de conditie veran-

dert. De verzamelde data stellen ons in staat om betere beslissingen te

nemen daar waar het gaat om (kostbaar) onderhoud en versterking van

dijken. Een antwoord op de verwachte zeespiegelstijging én - bouwend

op de goede naam die Nederland heeft op het gebied van waterbouw -

een potentieel Nederlands exportproduct. Zo snijdt het mes aan twee

kanten.

Als ik verder terugblik kom ik niet in 2008 maar in 1908. Dit komt door een boek dat onder de

kerstboom lag: a short history of nearly everything. Hierin wordt in ruim 500 bladzijden de geschiede-

nis van de exacte wetenschap behandeld. Als je er één ding aan overhoudt is het hoe recent belang-

rijke ontdekkingen gedaan zijn, die de wereld en onze kijk erop fundamenteel hebben veranderd.

Nog maar drie generaties geleden boog men zich nog over de vraag of er iets bestond als ‘de ether’,

had Mendeleyev net het periodiek systeem ontwikkeld (1895), deed Rutherford onderzoek naar

opbouw van atomen en radioactieve straling (1905) en ontdekte Bohr de electronensprong (1922).

De theorie dat continenten bewegen (platen tectoniek) stamt uit 1944. De structuur van DNA is pas

in 1953 ontrafeld. Stuk voor stuk ‘recente’ sensationele ontdekkingen met een grote impact.

Dat streven we op bescheiden schaal ook na in 2010: kunnen we wetenschappelijke kennis van

de RUG aanwenden om de Biobased Economy in Noord Nederland een stap dichterbij te brengen?

Kunnen we een rol spelen bij het verbinden van watertechnologische kennis met concrete markt-

vragen? Kleine stapjes waar waarschijnlijk niemand de Nobelprijs voor gaat krijgen, maar toch.

Van mijn moeder heb ik geleerd dat alle kleine beetjes helpen ...

Page 26: NOMMER 6

26

www.nom.nl

nom.nl

´warehouse´ Deze ondernemer is in dit voorbeeld alleen

geïnteresseerd in requests, dat wil zeggen in een vraag van

een andere ondernemer. Als u hierna op search drukt komt

u in een scherm met gevonden sectoren. Door te kiezen

voor ´Transport Infrastructure´, verschijnt er in dit voorbeeld

de volgende ´request´:

Automated Storage & Retrieval System REQUEST from Czech_

Republic (NL-Ref: INT-TR-13719)A Czech branch of multinatio-

nal company that provides complex logistics services is looking

for an Automated Storage & Retrieval Systems (ASRS). The

company is seeking a developer of ASRS that will be able to

develop a system for storage of small carton boxes of various

dimensions with electronic components. The company is

looking for a technical cooperation or commercial agreement

with technical assistance.

U kunt direct uw interesse voor samenwerking tonen als

u de link boven de beknopte beschrijving activeert. U kunt

ook een e-mail of print maken van het aanbod. Bij een

eerste gebruik van de module moet u een profiel aan-

maken. Het is aan te raden dit zo volledig mogelijk te doen.

Er wordt onder meer gevraagd naar uw contactpersoon via

Syntens of SenterNovem. Als u hier geen contacten heeft,

kunt u ´NV NOM´ invullen. Het Enterprise Europe Network

wijst in dit geval een Syntens-contactpersoon voor u aan.

Iedere volgende keer dat u de module gebruikt volstaat

een eenvoudiger, korte registratie waarmee een match

gemaakt kan worden.

Naast deze module is het sowieso aan te raden eens een

kijkje te nemen op www.enterpriseeuropenetwork.nl.

U kunt zich hier abonneren op de ´nieuwsbrief internatio-

nale kansen´. Hier kunt u ook de zojuist verschenen water-

catalogus downloaden met de nieuwste profielen op het

gebied van watertechnologie, internationale waternet-

werken en waterexperts.

Succes!

Europese matchmaking

www.nom.nl

Op zoek naar een zakelijke partner in Europa? Wij maken

het u gemakkelijk. Maak gebruik van de module Enterprise

Europe Network Matchmaking. Deze module staat op

www.nom.nl en biedt u de kans om voor een eigen

product een zakelijke partner te vinden in Europa.

We hadden kunnen volstaan met een link naar

http://www.enterpriseeuropenetwork.nl maar dat leek

ons een gemiste kans. Door deze module op de site

verder uit te werken en met de uitleg hieronder kunnen

we voorkomen dat de toegang tot een slordige 4.000

mogelijke business partners het best bewaarde geheim

van onze website wordt.

Hoe het werktOp www.nom.nl vindt u een invulscherm om in te loggen

op de Enterprise Europe Network Matchmaking-module.

U kunt deze module vinden vanaf onze homepage via

Ondernemen » Netwerken » Matchmaking Search.

De zoektocht naar een veelal internationale business

partner gaat als volgt in zijn werk:

Een voorbeeldEen ondernemer in de verpakkingsmiddelenindustie kan

bijvoorbeeld zoeken met de trefwoorden ´storage´ AND

Page 27: NOMMER 6

27

I N V E S T E R E N I N O N T W I K K E L I N G

‘Water Waves werkt aan een nieuwe methode om vloeistoffen te zuiveren. De methode

is gebaseerd op een patent dat bij Wetsus berustte. Om het patent te kunnen over-

nemen, hadden wij financiering nodig’, zegt Maurice Tax, partner in Water Waves.

‘Van eerdere contacten met de NOM kende ik Koen van den Berg, inmiddels werk-

zaam bij Flinc. Ik vroeg Koen hoe wij dit konden aanpakken, want voor mij is de

wereld van de fondsen nogal ondoorzichtig. Koen wist op basis van zijn kennis en

ervaring dat ik bij Bison moest zijn...’

Lees voor meer informatie de advertentie op de achterzijde van deze NOMMER.

Deze ondernemers deden Flinc, en hoe!Flinc doen zit in ondernemers. En Flinc is er juist ook voor ondernemers. Dat bewijzen onder

andere de verhalen van Martijn, Marloes en Maurice. Zij trokken de stoute schoenen aan,

namen contact op met onze Flince collega’s en doorliepen het driestappenplan. Zij bewijzen

dat Flinc werkt. En hoe!

Leren op het Web is volgens oprichter Martijn Pot ‘een virtueel practicumlokaal’.

‘Wij bieden trainers digitale tools om hun eigen lesmateriaal samen te stellen,

gericht op ‘leren door doen’.

In 2008 hebben we het business-model ontwikkeld, maar hoe krijg je dat over

het voetlicht? Over die vraag hebben we Flinc gebrainstormd. Al pingpongend

kwamen we verder...’

Onze ex-werkgever ging in 2008 failliet, maar had tevreden klanten. Zij stimu-

leerden de medewerkers om de activiteiten voort te zetten: het beschermen van

off shore kabels en leidingen. Zo ontstond het plan om CPNL op te richten.

Marloes Tuk: ‘Bij de start kregen we te maken met verschillende partijen:

overheden, financiers en de convenantpartners van de NOM. Maarten Goddijn

heeft iedereen steeds Flinc wakker gehouden zodat de vaart erin bleef...’

Flinc financieren

Flinc de vaart erin houden

Flinc brainstormen

Maurice Tax

Water Waves

Marloes Tuk

CPNL

Martijn Pot

Lerenop het Web

WIST JE DAT +++ Flinc tot nu toe ruim 360 leads heeft gehad? +++ Er daarvan momenteel 70 in behandeling zijn? +++ Het totaal geïnvesteerde risico-ka-

pitaal 2,688 miljoen euro is? +++ Gerdy Geersing (&Talent) met haar Inspiratiedoeboek te zien was bij Paul de Leeuw? +++ De meetsystemen van StabiAlert

al geruime tijd panden in Groningen aan het Damsterdiep en bij de Berlagebrug ‘in de gaten houden’? +++ Michael Boogerd gespot is met de Drymer? +++

Er 3 ondernemers via Flinc in de incubator Cube 050 zijn geland? +++ Het Innovatief Actieprogramma Drenthe (IAD) een doorslaand succes is? +++

Victor Hennink gespot is langs de waterkant met een prototype van zijn ‘mobiele karpervisonderkomen ’ De HENNINK? +++ Alex Oldenburger van Optilease

tijdens de Flinc Masterclasses zijn acquisitieskills ruimschoots heeft gepresenteerd bij zowel deelnemers als sprekers en daar al 2 concrete afspraken voor een

leaseofferte uit zijn gekomen? +++ Ook Ingoogle en &Talent Flinc zaken doen naar aanleiding van de Masterclass? +++ Hans Jongedijk van LSID eerst geen

voet aan de grond kreeg in het Midden Oosten tot hij vertelde dat zijn elektronische schermen ook kunnen worden uitgevoerd met goudkleurige inkt?

Page 28: NOMMER 6

28

Doe FlincDoe Flincin drie stappen!

Ben je op zoek naar risicokapitaal voor een nieuwbedrijfsidee? Of: ben je ondernemer, heb je ideeënvoor een andere bedrijfsactiviteit en wil je ditrealiseren in een Project BV? Of zoek je een zaken-partner om in een joint venture je innovatieve planuit te voeren? Doe dan Flinc! We introduceren je graagons driestappenplan. Flinc, dé weg naar startkapitaal.

B e r i c h t a a n o n d e r n e m e r s

Wees Flinc! Schrijf ons over dat innovatieveidee waarmee je een nieuwe onderneming wiltstarten. Of dat bijzondere plan dat je bedrijf nieuwleven inblaast of waarmee je alle concurrentie achterje laat. Oh ja: je onderneemt in Noord-Nederland.

Doe Flinc! Als we jouw plan zien zitten zijn webenieuwd naar jou. Als ondernemer. Wie benjij? Heb je lef en bezit je voldoende daadkracht?Presenteer je plan met flair en overtuig ons vande mogelijkheden.

Echt Flinc! Ons netwerk is Flinc. We zoeken naar mogelijkepartners en kapitaalverstrekkers. En naar de juiste financiering: een lening, een aandelenparticipatie of subsidie. En: we bege-leiden je een eind op weg.

Trek de stoute schoenen aan: bel of mail ons!

Dé weg naar startkapitaal

Flinc wordt uitgevoerd door NV NOM

Paterswoldseweg 810 • Postbus 424 • 9700 AK GroningenT (050) 521 44 34 • E [email protected] • I www.f-linc.nl