de kleine we t e n s ch a pnl.unawe.org/static/archives/education/pdf/nrc_7.pdf · 2012. 5. 9. ·...

1
....................................................... Dr. Zeepaard ziet wat jij niet ziet DE PROEFJESFABRIEK De zon geeft licht én warmte. Dat licht kun je zien. Maar eh, hoe zit het met de warmte? In dit proefje kun je de warmte zichtbaar maken. Wat heb je nodig? - Een mobiele telefoon met ingebouwde camera en een afstandsbediening (zoals van de tv). Wat moet je doen? - Druk op een van de knopjes van de afstandsbediening en kijk of je aan de voorkant een lichtflits ziet. - Herhaal dit, terwijl je naar de afstandsbediening kijkt door de camera van je mobiele telefoon. - Wat zie je nu? Hoe kan dat? Zonlicht is een mengsel van verschillende kleuren. Dat zie je als zonlicht in regendruppels wordt teruggekaatst: dan ontstaat een regenboog waarin al die kleuren netjes op een rij zijn gezet. Maar de zon geeft ook licht dat we niet zien. Infraroodlicht bijvoorbeeld. Onze ogen zijn niet geschikt om infrarode lichtstralen waar te nemen. We voelen ze wel, als warmte op onze huid. Het onzichtbaar infrarood licht wordt ook gebruikt in afstandsbedieningen die signalen overbrengen, zoals naar de tv. En de grap is dat de camera van een mobiele telefoon dat infrarode licht wel ziet. De camera ziet het infrarode licht uit de zon trouwens ook. Maar ja, dat is er maar weinig, vergeleken bij het zichtbare licht. Dat valt dus niet op. Sterrenkundigen die de zon en de sterren bestuderen werken daarom vaak met cameras die alléén het infrarode licht laten zien. Met dank aan UNAWE Sterrenkunde voor kinderen Meer op: http://nl.unawe.org ILLUSTRATIE RIK VAN SCHAGEN

Upload: others

Post on 09-Mar-2021

1 views

Category:

Documents


0 download

TRANSCRIPT

Page 1: De Kleine We t e n s ch a pnl.unawe.org/static/archives/education/pdf/NRC_7.pdf · 2012. 5. 9. · De Kleine We t e n s ch a p nrc HANDELSBLAD . wekelijkse wetenschapspagina voor

De Kleine We t e n s ch a pn r c H A N D E L S B L A D . w e k e l i j k s e w e t e n s c h a p s p a g i n a v o o r k i n d e r e n . o n d e r r e d a c t i e v a n M a r g r i e t v a n d e r h e i j d e n

.......................................................

Zoiets heb je zelfmisschien ook weleens gehad. Karlijnde Jong (10 jaar) uitZeewolde bakte methaar moeder pan-nenkoeken en in-eens zag ze daarin:een eend. Ze heefthem opgegeten.Maar hij was mooi,vindt ook Dr. Zee-paard.Steven Zoetmulder,die géén kind meeris, zag ook een vo-geltje. Op het raam.Een vogeltje van vo-gelpoep. Ook ergmooi!Zag je ook een dierop de tegels, of ineen tak, rots ofwolk? Stuur dan jefoto naar:Dr. ZeepaardNRC HandelsbladPostbus 89873009 TH Rotterdamof: [email protected] maak kans op eenDr. Zeepaard T-shirt

Pannenkoekeend en vogelpoepvogel

I L LU S T R AT I E I R E N E G O E D E

Stokstaartje wordtlangzaam slim

Een wolf in Beieren. De Duitse wolven rukken op naar het westen – als ze tenminste niet worden geschoten. F O T O A F P

Oeps, het was een wolfJonge wolven trekken somswel duizend kilometer doorEuropa. Bij Keulen werd er perongeluk een doodgeschoten.

Dr. Zeepaard ziet wat jij niet ziet

DE PROEFJESFABRIEK

De zon geeft licht én warmte. Dat lichtkun je zien. Maar eh, hoe zit het met dewarmte? In dit proefje kun je dewarmte zichtbaar maken.

Wat heb je nodig? - Een mobieletelefoon met ingebouwde camera eneen afstandsbediening (zoals van detv).

Wat moet je doen? - Druk op een van deknopjes van de afstandsbediening enkijk of je aan de voorkant een lichtflitsziet.- Herhaal dit, terwijl je naar deafstandsbediening kijkt door decamera van je mobiele telefoon.- Wat zie je nu?

Hoe kan dat? Zonlicht is een mengselvan verschillende kleuren. Dat zie jeals zonlicht in regendruppels wordtteruggekaatst: dan ontstaat eenregenboog waarin al die kleuren netjesop een rij zijn gezet. Maar de zon geeftook licht dat we niet zien. ‘Infrarood’licht bijvoorbeeld. Onze ogen zijn nietgeschikt om infrarode lichtstralen waarte nemen. We voelen ze wel, alswarmte op onze huid.Het onzichtbaar infrarood licht wordtook gebruikt in afstandsbedieningendie signalen overbrengen, zoals naarde tv. En de grap is dat de camera vaneen mobiele telefoon dat infrarode lichtwel ‘ziet’. De camera ziet het infrarodelicht uit de zon trouwens ook. Maar ja,dat is er maar weinig, vergeleken bijhet zichtbare licht. Dat valt dus niet op.Sterrenkundigen die de zon en desterren bestuderen werken daaromvaak met camera’s die alléén hetinfrarode licht laten zien.Met dank aan UNAWESterrenkunde voor kinderen

Meer op: http://nl.unawe.org

16

ILL

US

TR

AT

IE R

IK V

AN

SC

HA

GE

N

Wie niet sterk is, moet slim zijn. Bijstokstaartjes is dat net zo als bijmensen. Er zijn bazen die het etenvan anderen afpakken als het zouitkomt. En er zijn ondergeschik-ten die hun kostje slim bij elkaarmoeten scharrelen.Dat zagen biologen die in Zuid-Afrika groepen wilde stokstaartjesbestudeerden. In elk van die groe-pen zaten pups (jonger dan driemaanden), jonkies (drie tot zes

maanden), jongvolwassenen (zestot twaalf maanden) en vol-

wassenen (ouder dan eenjaar). En elke groep had eenbaas en een bazin.Eerder hadden de biologen

al gezien dat die groepen zohun eigen gewoontes had-

den. De ene groep stond vroeg

op om insecten te vangen en verseschorpioenen. De andere groepsliep liever uit.Dit keer deden de biologen nog ietsextra’s. ’s Morgens in alle vroegtezetten ze doorzichtige bakjes voorde holen van de stokstaartjes. Metzo’n lekkere schorpioen erin.De bakjes hadden verschillendevormen, maar één ding was steedshetzelfde: het deksel was gekleurd.Soms moesten stokstaartjes dat ge-kleurde deksel ronddraaien of weg-schuiven om de schorpioen te pak-ken te krijgen. En soms was het vanzilverfolie dat ze – als ze slim wa-ren! – konden openscheuren.Deden ze dat ook?Nou, de bazen waren liever lui. Enjonge stokstaartjes probeerden deschorpioen wel te pakken, maar

kwamen er niet achter hoe datmoest. Alleen volwassen, onderge-schikte stokstaartjes visten na veelgepruts de schorpioen op – yes!Toch waren deze stokstaartjes nietper se superslim. Ze hadden bij-voorbeeld niet door dat de openinga l t ij d achter het gekleurde dekselzat. Stond er een ander soort bakje,dan begonnen ze gewoon weer aande doorzichtige wanden te krabben.Het verschil zat hem in: geduld. Zegaven niet op. Dat maakte ze uitein-delijk slimmer dan de rest.De biologen hadden vooraf wel degiftige angel van de schorpioenweggehaald. Gelukkig maar. Stel jevoor dat het geduldige gepruts be-loond was met een dodelijke prik:dat zou te zielig zijn geweest.Margriet van der Heijden

De wolven komen! Dat isfeestelijk nieuws. Echt, zedoen geen mens kwaad,ondanks alle sprookjesdaarover. Wolven willen ei-genlijk niks met mensen temaken hebben. Alleen inslechte stripverhalen etenze graag mens.Zelf zijn wolven wel vaakaangevallen – en haastoveral door ons uitgeroeid.Maar kijk: ze komen terug.In het verre Rusland veran-derde de jacht en kondener weer meer wolven ko-men. Sommige daarvan be-reikten Polen. Vanuit Polengingen er wolven in Duits-land leven. En vanuit

Duitsland? Wie weet.Vooral de jonge dieren uiteen groep wolven, een roe-del, kunnen enorm verrondtrekken. Naar dui-zend kilometer verderop?Geen probleem. Ze zullendus ook Nederland wel we-ten te vinden, op den duur.In België is er al een wolfgeweest, vorig jaar, in deArdennen. Het was grootnieuws, want wolven zijndaar net als in Nederland allang geleden uitgeroeid. InNederland werd in 1897voor het laatst een wolf ge-zien, in België in 1886.Ook in Duitsland duiken ersoms verkenner-wolvenop. Maar net terwijl haastiedereen blij was dat wol-ven weer in West-Europadurven te leven, is daar nueen eenzame wolf doodge-schoten – dicht bij Keulen.Wandelaars vonden hem

vorige week in het bos, meteen gat in zijn flank. Veelmensen waren boos, ookechte jagers. De jager heeftzich nu maar aangegeven.“Ik dacht dat het een hondwas die wild opjoeg”, zeihij. “Ik dacht dat ik hemgemist had.” Lekker slim.Dat was het einde van dejonge wolf, die rond Keu-len al heel bekend was.Jammer. Maar er volgenheus wel meer wolven. Ookin Nederland. Ze zijn han-dig, en met verkeer kun-nen ze goed overweg.Hopelijk vinden ze bij onsde Veluwe en de Oostvaar-dersplassen, waar het wol-venleven goed is. Dan moe-ten er natuurlijk geendomme nepjagers op dap-pere wolvenverkennersgaan schieten, zoals nu inDuitsland.Frans van der Helm